De boodschappen vallen nog nét niet uit onze mand. Voor ons onderzoek naar de Plasticplaag zijn we op weg naar Jelmer Vierstra van Natuur & Milieu. Hij gaat ons uitleggen wat er mis is met de verpakkingen die in onze supermarkten liggen. ‘Marketeers denken: plastic is evil, dus wordt het verstopt.’

‘Dat is een mooie mand vol.’ Onderzoeker Jelmer Vierstra van milieuorganisatie Natuur & Milieu helpt ons met uitpakken. Hij onderzocht de verpakkingen in onze supermarkten op hun duurzaamheid en publiceerde er afgelopen augustus samen met zijn collega's een rapport over. Waar zullen we beginnen? ‘Ik vind dit altijd een mooie,’ zegt Jelmer als hij een plastic schudfles voor pannenkoekenmix uit de mand trekt. Hij houdt de fles naast een normale verpakking voor pannenkoekenmix. ‘Er zijn wettelijke regels die zeggen dat je zo min mogelijk verpakkingsmateriaal moet gebruiken als producent. Met zo’n schudfles kun je bijna wel met zekerheid zeggen dat die regels overtreden worden.’

Een boterzachte wet

Hetzelfde probleem geeft de emmer met snoeptomaatjes die ernaast staat. ‘Als ouder geef je je kind liever dit mee naar school dan een reep chocola natuurlijk,’ licht Vierstra toe. ‘Maar er zit weer veel te veel verpakkingsmateriaal omheen. Dat is niet duurzaam en dat geeft een dubbel gevoel.’ Nu hebben we al twee verpakkingen te pakken die niet aan de wet voldoen. Daar moeten we toch wat mee? ‘De wet zegt weliswaar: de verpakking moet zo duurzaam mogelijk, maar er zit een soort ontsnappingsclausule in. Namelijk: tenzij het je omzet kost. Dan mag je daarvan afwijken.’ Een boterzachte wet dus? ‘Daar hebben we inderdaad niks aan.’

Zwart is slecht

We gaan verder met het mooi luxe vleesschaaltje. Daar is toch niks mis mee? ‘Dit is PET. Dat is op zich prima te recyclen. Maar er zijn wel wat haken en ogen aan dit specifieke schaaltje.’ Jelmer peutert aan het etiket: ‘dit zit heel vast en is bovendien van een ander materiaal dan PET. Dat vindt de recycler niet fijn.’ Daarnaast is het schaaltje zwart. ‘Daar heeft de apparatuur bij de sorteerder moeite mee.’ We gooien het dus wel braaf bij het plastic, maar de kans is groot dat het bij het restafval terechtkomt en verbrand wordt.

Uitgelicht

De grondstoffen van SUEZ liggen klaar voor sorteren / De Monitor

Hier zoekt machine Eddy 24 uur per dag jouw plastic rotzooi uit

Koop vooral geen composteerbare verpakking

Maar deze is dan dus prima? We trekken een doorzichtig schaaltje met rundergehakt uit de mand en drukken het Jelmer in de hand. ‘Dit is een schaaltje zoals wij dat het liefste hebben. Transparant waardoor het goed te gebruiken is in nieuwe producten.’ Jelmer scheurt de folie van het bakje: ‘Ook dat lukt goed bij dit bakje, dat is fijn voor de recycling. Dat zouden we allemaal moeten doen.’ Dit bakje is dus geslaagd.

Maar dan de volgende: een groen biologisch afbreekbaar bakje voor kipfilet. Dat zal wel nog beter zijn qua duurzaamheid? Jelmer: ‘Dit is een bijzonder bakje. Met een kiemplantlogo. In theorie betekent het dat het een verpakking is die gecomposteerd kan worden.’ Dat is fantastisch toch? Die gooien we dus in de compostbak? Jelmer: ‘Dat staat er niet op. En dat is omdat het in Nederland volstrekt onduidelijk is waar dit in moet.’ Op zich is dit logo heel fijn voor producenten, legt Jelmer uit. ‘Consumenten vinden plastic maar vervelend, want het levert vervuiling op. Daar voelen ze zich schuldig over. Ze kopen dus liever iets wat composteerbaar is.’

Echt een rótbakje

Als we deze verpakking dus in onze groene bak of in de natuur gooien, lost hij samen met onze aardappelschillen op in het niets? ‘Nee, dat is dus waar het misgaat. Ons GFT-afval gaat naar industriële composteringsinstallaties. Maar daar vergaat dit bakje niet. En in de natuur ook niet. Er blijven stukjes plastic achter, omdat het alleen vergaat onder omstandigheden die in Nederland nooit voorkomen. Ook niet in de installaties.’ Gooien we het dan in de plastic container? ‘Nee, ook niet. Dat verstoort de andere recycling. Dus juist het groene bakje doen we bij het restafval, waar het wordt verbrand.’

Dit mooie duurzame bakje met biologisch vlees erin is dus een marketingval? ‘Het is nog erger. We hebben de verpakking onderzocht en er zit zelfs PVC in de folie die erop geplakt zit. Iets waarvan we hebben gezegd: dat willen we echt niet meer in verpakkingen zien.’ Echt een rotbakje dus? ‘Echt een rótbakje.’

Uitgelicht

Vrouw doet boodschappen / ANP

‘Het milieu is alleen belangrijk als marketinginstrument’

‘Niet iedereen heeft 12 mandarijnen nodig, toch?’

En dan het mandarijnennetje. Dat is in ieder geval een minimale verpakking. Jelmer: ‘Jazeker. Het nadeel van deze verpakking is alleen dat het uit twee materialen bestaat; metaal en plastic. Dat gaat dus naar de verbrander. Bovendien vallen er meteen kleine stukjes plastic af als je het openknipt, die kunnen in de natuur belanden.’

Op het doel van de verpakking is Jelmer ook kritisch. ‘Niet iedereen heeft 12 mandarijnen nodig. Waarom kun je er niet minder kopen? Het doel van deze verpakking is dat je veel mandarijnen koopt. Bij de groenteboer koop je ze gewoon los.’

Chips met afvalinstructie

Dan een doorn in het oog van de mensen die graag willen recyclen: de chipszak. ‘Daar zit een aluminium laag in om het licht buiten te houden. En plastic om het luchtdicht te maken. Dat kan regelrecht de verbranding in.’ Toch zijn er alternatieven. Bijvoorbeeld een transparante plastic zak met de chips erin. Die dan weer los in een papieren zak zit om het licht tegen te houden. ’Deze heb ik zelf niet geanalyseerd, maar dit ziet er goed uit. Hoewel het wel weer veel materiaal is. En er moet nog een instructie op hoe we het weg moeten gooien.’

Tot slot leggen we een knisperende broodzak in Jelmers handen. Wat vindt hij daar nou van? ‘Dit is ook zoiets moois: 'rustiek, vers en krokant' staat erop, dus het probeert de luxe consument te verleiden. Maar de verpakking is verschrikkelijk.’ Dit is verschrikkelijk? ‘Marketeers hebben het idee: plastic is evil, dus daar moeten we vanaf. Maar wat je dan ziet gebeuren is dat plastic verstopt wordt of gecombineerd wordt met andere materialen zoals hier: plastic en papier. Maar het is juist die combinatie van materialen die niet recyclebaar is.’ Je zou het dus eigenlijk uit elkaar moeten halen? ‘Ik heb collega’s die dat netjes uit elkaar zitten te pulken. Maar gewone mensen zie ik dat niet zo snel doen.’

Hoe simpeler de verpakking, hoe beter, is de conclusie die we kunnen trekken. Maar het lijkt erop dat fabrikanten de marketing belangrijker vinden dan de recyclebaarheid van hun verpakking. Jelmer weet raad: ‘Ik zou zeggen: overheid, wees een beetje strenger voor de fabrikanten en geef ze geen ruimte meer voor marketinguitwassen. Uiteindelijk komt het afval namelijk allemaal in dezelfde afvalbak en het is het beste te recyclen als het allemaal op elkaar lijkt.’

Meer weten over onze plasticrecycling? Kijk dan zondag 13 oktober naar De Monitor op NPO2. Wil je meer weten over het onderzoek dat Jelmer deed voor Natuur & Milieu, kijk dan hier.

Jelmers tips voor marketeers:

1. Kies voor een transparante verpakking

2. Kies voor 1 materiaal

3. Zet er duidelijk op in welke afvalbak het moet

Makers