Vrijwel alle meldingen die Max tijdens zijn diensten krijgt zijn: ‘corona’ of ‘verdenking corona’. Zelfs de negentigplusser waar hij naartoe ging vanwege een val, bleek te hoesten en verkouden te zijn. Dat is voor de ambulancebroeder lastig werken. “Met al die bescherming aan kan ik gewoon niet goed naar je longen luisteren.”

“Ik dacht op een gegeven moment: Doe me nu maar weer gewoon een melding van pijn op de borst”, verzucht Max na twee nachtdiensten vol coronameldingen. Want bij zo'n 'onbesmette melding', waarbij er geen sprake is van hoesten, proesten of koorts, kan de ambulanceverpleegkundige simpelweg beter zijn werk doen.

“Longen luisteren is lastig”
“Met al die bescherming aan kan ik gewoon niet goed naar je longen luisteren. En ik kan je niet goed zien als mijn bril beslagen is.” Ook standaardhandelingen doet hij soms niet, omdat hij zo snel mogelijk in het ziekenhuis wil komen. “Je prikt altijd iemands bloedsuiker om een goed beeld te krijgen, maar nu doe ik dat niet omdat ik het hele apparaat dan weer moet ontsmetten. Je wordt er makkelijker mee. Hup, naar het ziekenhuis.“

Bij een niet-coronamelding heeft Max ook wel bescherming op, maar dat is alleen een spatbril en een licht mondmasker. Volgens de spoedzorgverlener is dat een groot verschil. “Dan kan ik me gewoon bewegen.” We hoorden al dat de zorg op de Intensive Care aan kwaliteit inboet door de druk van de coronacrisis. Als we Max zo beluisteren, lijkt hetzelfde te gelden voor de ambulancezorg.

“Ga je eindeloos door als de prognose heel slecht is?”
Soms komen zijn patiënten door omstandigheden niet meer op de IC. “Ik vraag altijd wat ze willen. Heb je ernstige COPD of hartfalen? Dan moet je je afvragen of je nog een IC-opname wil. Nu gaat het daar op tv en in de kranten veel over, en ik snap de huidige discussie ook wel. Maar dit speelt natuurlijk altijd al; ga je eindeloos door als de prognose heel slecht is?”

Van wat hij in de ziekenhuizen zag de afgelopen dagen, wordt hij niet vrolijk: ”Ik zie veel paniek. Vannacht waren er weer ergens materialen op.“ Hij checkt daarom zelf altijd vóór hij aan zijn dienst begint of er voldoende pakken in zijn auto zitten: ”Ik wil niet in een acute situatie zitten en erachter komen dat mijn materialen op zijn.”

Max is een gefingeerde naam, de echte naam is bekend bij de redactie.

Makers