Japanse duizendknoop. Het klinkt als iets exotisch en dat is het ook. Op het eerste gezicht een niet al te opvallende, onschuldige buitenplant, met witte pluimen als hij in bloei staat. In werkelijkheid is het een woekerplant waar je bijna niet meer vanaf komt, weet Karin inmiddels. Ze had geen idee wat voor een plant het was, toen ze wat jonge scheuten aanplantte op haar seizoenplaats op de camping. Alleen dat ie lekker snel groeide.
Dat klopt, want de duizendknoop kan wel 10 centimeter per dag groeien. En onschadelijk is hij niet. De plant nestelt zich tussen straatstenen en stoeptegels en kan zelfs door asfalt heen groeien. De wortels van volwassen planten gaan ook dwars door beton en kademuren, die daar ernstig door verzwakt worden. Japanse duizendknoop is een invasieve exoot, met andere woorden: een plant die hier oorspronkelijk niet vandaan komt. Én waar je niet meer vanaf komt, weet Karin inmiddels.
Althans, bijna niet. Uitgraven met wortel en al, kokend water erop gieten, gooi de duizendknoop vooral niet bij het gft en goed afsluiten in een vuilniszak en bij het restafval, zeggen deskundigen. “Maar zelfs dát is geen garantie om van die woekerplant af te komen”, weet Karin door schade en schande wijs geworden.
Weghalen helpt niet
De ellende begon toen Karin wat jonge scheuten van de duizendknoop meenam van mensen verderop op de camping. Karin: “In no time hadden zij een jaloersmakende groene haag rondom hun plek. Dat wilde ik ook!” De plant, die meer dan 3 meter hoog kan worden, leek haar ideaal als afscheiding met haar buren. Nu, 5 jaar verder, heeft zij spijt als haren op haar hoofd. “De duizendknoop komt overal op: op het pad, in het gras, tussen andere struiken en bomen. Mijn buren zijn niet blij met mij. Tot hun ergernis komen zij er ook niet meer vanaf. Weghalen helpt niet, telkens schieten er weer nieuwe scheuten omhoog.”
De Japanse duizendknoop rukt inmiddels in heel Nederland op. In tuinen, parken, plantsoenen, overal schieten ze uit de grond. Veel mensen weten niet dat het een exoot is. Veel exotische planten staan inmiddels op een lijst van verboden planten, de Unielijst van invasieve soorten. Op de website van de overheid is te lezen: “Invasieve exoten zijn op de Unielijst geplaatst omdat ze in delen van de EU schade toebrengen (of dat in de toekomst waarschijnlijk zullen gaan doen) aan de biodiversiteit en/of ecosysteemdiensten. Ze kunnen ook nadelige gevolgen hebben voor de menselijke gezondheid, veiligheid of de economie.”
Verplicht bestrijden
Op de Unielijst staan allerlei planten met illustere namen: Amerikaans bezemgras, ballonrank, Chinese struikklaver, grote vlotvaren, hemelboom, hoog pampagras, Japanse klimvaren en oosterse hop. Planten die oorspronkelijk niet in Europa voorkwamen. Sinds 2 augustus 2017 zijn alle landen van de Europese Unie verplicht de planten op de Unielijst te bestrijden. Maar ondanks dat de duizendknoop misschien wel de grootste woekeraar is, staat de plant niet, of nog niet op de Unielijst.
Ernstige brandwonden
Op de Unielijst is wel een andere exoot te vinden die inmiddels ook oprukt in stedelijke gebieden: de reuzenberenklauw, een tuinplant uit de Kaukasus die in de 19e eeuw in Europa werd geïntroduceerd. De plant, met scherpgetande bladeren die wel een meter groot kunnen worden, is verre van onschuldig. Het sap van de reuzenberenklauw kan bij aanraking van de plant ernstige brandwonden veroorzaken. Ook is de plant schadelijk voor de infrastructuur. Op dijken en heuvels waar veel reuzenberenklauw groeit, kan erosie ontstaan en de waterregulering worden verstoord omdat het alle andere planten verdringt. Vooral als in de winter het blad afsterft en er geen andere beplanting meer is.
Veel gemeenten zijn tegenwoordig actief bezig met de bestrijding van de Japanse duizendknoop, al is dat een tijdrovende en kostbare opgave. Ook omdat nog niet is aangetoond welke vorm van bestrijding echt effectief is. En zolang bewoners de duizendknoop in hun tuin laten staan, blijft het sowieso een beetje dweilen met de kraan open. Sinds Karin weet wat de plant aanricht, waarschuwt ze tuinbezitters regelmatig voor de gevolgen. “Maar de meeste mensen halen hun schouders en op en denken: ‘Het zal allemaal wel niet zo’n vaart lopen’.”