Scholen moeten een passende plek bieden voor alle leerlingen in Nederland, ook voor kinderen met leer- en gedragsproblemen. Dat staat in de wet Passend Onderwijs, die tien jaar geleden werd ingevoerd. Maar de praktijk wijst anders uit. Steeds meer kinderen met een hulpvraag zitten langdurig thuis. Dat scenario dreigde ook voor Sam (7)*, hij kon bij geen enkele school terecht.
Petra’s* kleinzoon Sam heeft op jonge leeftijd al veel meegemaakt. Zijn moeder kan niet meer voor hem zorgen, en Petra neemt de zorg op zich. Op school merken ze dat het niet goed gaat met Sam. Hij bevriest vaak en krijgt soms woedeaanvallen. Ze krijgen op dat moment moeilijk contact met hem.
Enorme terugslag
Ook Petra ontgaat het gedrag van Sam niet, maar het blijkt moeilijk om de juiste zorg voor hem te krijgen, vooral in tijden van corona. Toch lukt het Petra. Ze trommelt een heel zorgteam op. Sam blijkt zwaar getraumatiseerd. Iedereen in het zorgteam, van de kinderpsychiaters tot de dokter in het ziekenhuis, geeft Petra hetzelfde advies: "Houd Sam op school. We gaan de behandeling starten, en geloof ons: je krijgt een ander kind terug.” Sam van school halen zou een enorme terugslag betekenen voor zijn herstel, was de boodschap.
Toch krijgt Petra een paar weken later het bericht van school dat ze Sam geen veilige basis kunnen bieden. Zelfs de aanbieding van Sam’s psychiater, om een aantal uren per week ambulante zorg te verlenen, wordt afgeslagen. “Voor Sam was het wel zijn veilige basis, maar ze zaten gewoon niet op hem te wachten,” zegt Petra. “Je staat gewoon machteloos!”
Oproep
Sam kan niet op zijn vertrouwde basisschool blijven en start zijn traumabehandeling bij een zorginstelling waar hij in plaats van lessen dagbesteding krijgt. De intensieve behandelingen slaan goed aan en het gaat steeds beter met Sam. Iedereen in het zorgteam is het erover eens dat Sam het beste zal gedijen op een school met kleine klassen, waarbij de leraren rekening houden met de behoeften van getraumatiseerde kinderen.
Petra schrijft Sam ruim voor de zomervakantie in op een speciale basisschool in de hoop dat hij daar na de vakantie kan beginnen. “We waren zeven maanden bezig, en toen plots, een paar weken voor de grote zomervakantie, kregen we een brief: ja sorry, we zitten vol.” Al met al heeft Sam dan al bijna twee jaar geen onderwijs gehad.
Wat nu?
“Ja, wat moet je dan? Dan ga je aan de slag.” Petra belt verschillende scholen en instanties, samen met het samenwerkingsverband. In een samenwerkingsverband maken schoolbesturen afspraken over welke extra ondersteuning scholen aan leerlingen bieden. Ze belt Ouders en Onderwijs, onderwijsconsulenten en zelfs de kinderombudsman. "Iedereen heeft begrip voor mijn verhaal, maar niemand kan iets doen! Want als een school niet wil, dan gaat het niet door.”
Uiteindelijk vindt Petra na bijna 2 jaar toch nog een school die Sam een kans wil geven. Hij krijgt hier drie dagdelen per week begeleiding en start in groep 3. “Hij kan al een beetje lezen en schrijven, en over een paar dagen horen we of hij op deze school kan blijven. Het blijft onzeker.”
*De namen Petra en Sam zijn gefingeerd, hun volledige echte namen zijn bij de redactie bekend.