Veel mantelzorgers zitten met de handen in het haar nu de dagbesteding nog minimaal drie weken gesloten blijft. Dat gold aanvankelijk ook voor Leidy Sanderman (55) wiens jong dementerende man Henk (57) ineens 24/7 thuis kwam te zitten. Maar Leidy is van gedachten veranderd. “Ik heb mijn man in de afgelopen maanden niet zo vrolijk en rustig gezien als nu.”
We komen in contact met Leidy naar aanleiding van een oproep aan mantelzorgers in de knel. “Mijn man van 57 heeft Alzheimer”, mailt ze ons op 18 maart. “De dagbesteding is gesloten en ik werk veertig uur per week. Ik moet alle zeilen bijzetten om oppas aan huis te regelen en ‘vrijwilligers’ bieden zich aan voor twintig euro per uur.” We bellen haar op.
20 maart
Tien jaar lang werkte Leidy in de ouderenzorg, afdeling dementie. Ze had gehoopt dat het leed dat ze daar zag haar en haar gezin bespaard zou blijven, maar vier jaar geleden bleek het tegendeel waar. Alzheimer. Haar man Henk was toen 54.
“Het is een erfelijke vorm”, vertelt Leidy ons aan de telefoon. “Mijn schoonvader had het, twee schoonzussen hadden het. Zij zijn allemaal al overleden. In principe is de kans klein dat je het na je 45e nog krijgt. Dus wij hadden zoiets van: 40, 41, 42… 45. Yes! Maar helaas.”
Ik ben kostwinner. Moet ik dan mijn snipperdagen opnemen? Het is pas maart. En waar eindigt dit?!
Inmiddels heeft haar man 24 uur per dag zorg nodig. Leidy helpt hem met aankleden, douchen, scheren, eten, drinken en op het toilet. “Alles wat je je kunt bedenken.” Behalve als ze aan het werk is. Want terwijl zij 40 uur per week werkt als magazijnmedewerker, gaat haar man naar de dagbesteding. Of ja, gíng.
Vanwege de corona-uitbraak is de dagbesteding al ruim twee weken gesloten. “Ik kreeg ’s middags om half vijf te horen dat mijn man de volgende dag niet meer welkom was. Hoe moet ik dan mijn planning rondkrijgen? Ik ben kostwinner. Moet ik dan mijn snipperdagen opnemen? Het is pas maart. En waar eindigt dit?!”
Het lukt haar om een ‘oppas’ te regelen; een klein leger aan hulptroepen bestaande uit drie dochters, een zoon, een schoondochter en twee nichtjes. Zelf werkt ze nu met toestemming acht uurtjes per week thuis. Maar hoe lang is dit vol te houden?
2 april
Als ik Leidy later nogmaals bel om te vragen wat er door haarheen ging toen ze hoorde dat alle maatregelen worden verlengd tot 28 april, hoor ik haar aan de andere kant van de lijn een blije kreet slaken. “Jippie!” Ik spot sarcasme, althans, dat denk ik. Maar al snel vervolgt ze haar zin in dezelfde enthousiaste toon. “Mijn man zit zó goed in zijn vel, hij kan weer veel meer dingen dan eerst. Hij doet weer zelf zijn schoenen aan of uit. Hij doet zelf zijn kleding aan en uit.”
De coronacrisis is voor ons echt een cadeautje geweest.
Het blijft even stil. Dit antwoord had ik niet verwacht. Ik vraag of ze enig idee heeft waardoor het komt dat de ontregeling haar man juist goed doet. “Rust”, antwoordt ze kordaat. “Als ik naar mijn werk ga vraagt hij normaal altijd: kom je zo snel mogelijk weer terug? Nu niet meer. Nu weet hij dat hij thuis mag blijven en dat een van zijn dochters, schoondochter of nichtjes komt. En dan is het goed.”
Maar haar kinderen moeten ook gewoon werken, net als zijzelf. Is ze niet bang voor een terugval als straks alles weer normaal is? Ook daarin is Leidy resoluut. “Nee. Hij gaat niet meer terug.” In overleg met de casemanager dementie is besloten dat Henk thuis beter op zijn plek is. De dagbesteding brengt hem vooral onrust en dus is er besloten om zorg aan huis aan te vragen.
“De coronacrisis is voor ons echt een cadeautje geweest. Ik heb mijn man in de afgelopen maanden niet zo vrolijk en rustig gezien als nu. Als we een beetje mazzel hebben, dan is de zorg aan huis geregeld voordat de dagbesteding weer opengaat. Spreekwoordelijk heb ik de vlag al uitgehangen, maar dan misschien ook nog wel letterlijk.”