“Ik zit in een groep met veel patiënten die eerder een verkeerde diagnose hadden gehad. Daar zit heel veel pijn. Sommigen kwamen er pas heel laat achter. Daardoor is hun gedrag nooit serieus genomen, althans zo voelen zij dat. Voor anderen betekent het dat behandelingen niet hebben geholpen of zelfs averechts werkten. En weer anderen hebben het eigenlijk al opgegeven”, vertelt Sharon. Zij wordt zelf nu klinisch behandeld voor een persoonlijkheidsstoornis en PTSS.
We spreken Sharon voor ons onderzoek Verkeerd Gediagnosticeerd, waarin we onderzoeken waarom zoveel mensen de verkeerde diagnose en daarmee dus ook de verkeerde behandeling krijgen. Sharon heeft te maken gehad met een gemiste diagnose. “Als er eerder aandacht was geweest voor mijn trauma’s dan had ik niet zoveel mislukte behandelingen gehad.” Afgelopen jaar vroeg Sharon haar dossier van 2007 tot 2010 op. “Als ik dat teruglees dan snap ik niet waarom niet veel eerder is gezien dat ik kampte met PTSS (Post Traumatische Stress Stoornis). Sterker nog, er staat in dat ik het zelf had aangekaart, maar dat werd door mijn toenmalige behandelaar afgedaan als onzin en dat ik gewoon een schop onder mijn kont nodig had.”
Gesloten crisisafdeling
De 29-jarige Sharon heeft een trits aan behandelingen en verschillende diagnoses op haar naam staan. Ondertussen heeft ze wel nog een hbo-opleiding gedaan. Op haar 17e jaar werd ze opgenomen in een ggz-instelling. Later werd ze gediagnosticeerd met een borderlinepersoonlijkheidsstoornis, een depressie en adhd. Het onderliggende trauma werd toen niet gezien. Een gemiste kans, vindt Sharon nu. “Ik kwam binnen op de gesloten crisisafdeling. Ik had toen al een dossier met mijn geschiedenis en levensverhaal. Daar stonden ook traumatische ervaringen in. In mijn dossier kan ik nu teruglezen dat verpleegkundigen wel zeiden dat ze dachten dat ik veel meer last had van trauma’s dan opgemerkt werd door de behandelaars.”
Volgens Sharon ging het in de drie jaar dat ze toen behandeld werd alleen maar over haar gedrag. “Ik zou onhandelbaar zijn en geen verantwoordelijkheid nemen. Terwijl, ik heb hele nare dingen meegemaakt als kind en daar werd niet naar gekeken.” Sharon werd al die tijd ambulant behandeld. “Ik was heel depressief en suïcidaal. Mijn toenmalige psychiater vertrouwde het niet meer en vond dat ik opgenomen moest worden. Toen ik 19 jaar was werd ik opgenomen. Ik vond toen zelf niet dat ik onhandelbaar was, ik wilde gewoon hulp. Als ik er nu aan terugdenk, was ik wel onhandelbaar. Maar met een reden. Ik wist niet hoe ik met mezelf moest omgaan en hoe ik mijn behoeftes duidelijk kon maken.”
Onderbehandeld
Toen Sharon opgenomen werd, werd na een half jaar ook de diagnostiek opgestart. Dat gebeurde volgens haar wel grondig. Ze kreeg veel vragenlijsten. “Er was wel ook strijd tussen de psychologen en psychiaters over wat er met mij aan de hand kon zijn. Er is uiteindelijk wel een goed beeld uit naar voren gekomen: borderline. Inmiddels praat ik daar openlijk over. Ik heb me er lang tegen verzet, borderline heeft toch een negatieve bijklank. Ik ben wel onderbehandeld, want ik heb niet alleen een persoonlijkheidsstoornis. Er is ook toen helemaal niet naar de jeugdtrauma’s gekeken.”
Inmiddels wordt Sharon ook daarvoor behandeld. “Ik ervaar nu hoe fijn het is om een behandeling te krijgen die helemaal bij mijn diagnose past.” Sinds september is ze opgenomen en heeft ze een intensieve behandeling voor vier dagen in de week tot eind juni. “Nu gaat het ook over de afkeuring die ik in mijn jeugd voortdurend heb gevoeld. En mijn behoeftes waar niet aan tegemoet gekomen is. En dat ik als kind nooit mezelf kon zijn. Ik heb al superjong geleerd mezelf weg te cijferen en niks te uiten op emotioneel gebied. Nou dat komt er later dus wel uit. Hierna moet ik het normale leven weer in, maar dat zal wel met begeleiding zijn.”