Veel gestalkte vrouwen vangen bot als ze bij de politie aankloppen. Sommigen van hen wenden zich daarom tot een privédetective. In een korte serie artikelen zoeken we uit hoe het komt dat slachtoffers van stalking niet altijd op hulp van de politie kunnen rekenen, en welke soms dubieuze rol privédetectives vervolgens spelen. In deel 1 het verhaal Philomenia.

Wandelend door het bos probeert Philomenia (51) haar hoofd leeg te maken. Haar twee honden lopen aangelijnd naast haar. Het pad is bedekt met geel en oranje gekleurde bladeren, de geur van paddenstoelen en boomschors prikt in haar neus. Ze probeert te ontspannen, maar wordt overmand door een onrustig gevoel. “Waar is hij?”, vraagt ze zich af. “Is hij in de buurt?”

Vastberaden loopt ze door. Ze wil niet voortdurend aan haar ex denken, de man die haar sinds 2014 stalkt. Maar dan staat hij, schijnbaar uit het niets, recht voor haar neus. Haar hart klopt in haar keel. Ze wil zich omdraaien, maar haar lichaam bevriest. Haar ex blijft een paar meter bij haar vandaan staan, en kijkt haar strak aan. Een paar minuten staren ze elkaar aan zonder iets te zeggen, totdat hij zich omdraait en langzaam wegloopt.

Luister naar de radio-uitzending van Wil van der Schans:

Hulp bij stalking, hoe ver mogen privédetectives gaan?

Drones om te spioneren

Negen jaar geleden ontsnapte Philomenia uit een gewelddadige relatie. Daarna begon het stalken. Haar ex achtervolgt Philomenia en haar vier kinderen, waarvan de jongste ook van hem is, en gebruikt drones om ze te bespioneren. Langs de route naar school plaatst hij borden met hun initialen en ‘I love you’ en ‘I miss you’.

Keer op keer doet Philomenia aangifte bij de politie. Telkens krijgt ze te horen dat er te weinig bewijs is om hem aan te houden. Politieagenten vragen haar waarom ze geen foto’s maakt als hij plotseling voor haar staat, zoals die middag in het bos. Als ze uitlegt dat ze dan verstijft van angst, zegt de agent: “Misschien kun je een privédetective inschakelen om bewijs te verzamelen?” Philomenia antwoordt, verbouwereerd: “Van welk geld?”

Structureel en intimiderend

Een op de vijf vrouwen krijgt in haar leven te maken met stalking, blijkt uit onderzoek van de Europese Unie. Stalking kan vele vormen aannemen: hinderlijk volgen, belagen met mailtjes, telefoontjes en appjes, of valse informatie over iemand verspreiden. Het kenmerk van stalking is dat het structureel is, en dat het intimiderend is voor het slachtoffer. Omdat de politie niet alle slachtoffers helpt, schakelen sommigen een privédetective in, ook wel een particulier rechercheur genoemd. Die verzamelt bewijsmateriaal en overhandigt dat aan de politie. Of hij gaat de confrontatie aan met de stalker.

Maar het inschakelen van een privédetective heeft ook een schaduwkant, blijkt uit gesprekken met meerdere slachtoffers, detectives, politiemedewerkers, criminologen, advocaten en hulporganisaties. Door gebrek aan toezicht zijn er ‘detective-cowboys’ die zich niet aan de regels houden. Zij gebruiken illegale methoden, waardoor de rechter het bewijs kan afkeuren. Of ze verzuimen hun plicht om het motief van een opdrachtgever te checken, waardoor detectives opdrachten aannemen van stalkers.

Risico-inschatting politie

Als een slachtoffer van stalking zich meldt bij de politie, maakt die een risico-inschatting om te bepalen in hoeverre ze het slachtoffer gaan helpen. Hierbij gebruikt de politie sinds 2019 een vernieuwd vragenformulier, met vragen als ‘Is er nog contact tussen stalker en slachtoffer?’ en ‘Geeft het slachtoffer aan erg bang te zijn voor geweld door de stalker?’

Bij een ‘gemiddeld’ of ‘hoog’ risico maakt de politie een veiligheidsplan en start een onderzoek. Slachtoffers met een ‘laag risico’ krijgen een contactpersoon en tips om hun veiligheid te vergroten

Dit beleid is op papier netjes uitgewerkt, maar is volgens slachtoffers, advocaten en experts ontoereikend in de praktijk. De politie schaalt pas op als een slachtoffer een gevaarlijk incident meldt. Slachtoffer Philomenia: “Telkens als de politie niet wilde ingrijpen, vroeg ik me af: gaan jullie wel wat doen als er bloed te zien is?”

Dubbel slachtoffer

Roy Heerkens, woordvoerder van Slachtofferhulp Nederland, ziet dat de inzet van politiemedewerkers hoog is, maar dat het ook weleens mis gaat. “Dan hebben slachtoffers het gevoel dat er aan hun verhaal getwijfeld wordt en dat ze moeten bewijzen dat ze gestalkt worden. In dat geval kan er sprake zijn van dubbel slachtofferschap: slachtoffers van stalking worden dan slachtoffer van het systeem.”

Meldingen of aangiftes van stalking worden niet altijd adequaat door de politie verwerkt, erkent Anita Eberson, coördinator Zorg en Veiligheid van de politie-eenheid Limburg. Dat komt deels omdat slachtoffers zich vaak niet bij de politie melden voor stalking, maar voor een ander misdrijf zoals mishandeling of vernieling. “Het is dan aan de politie om uit die losse incidenten een patroon te herkennen. ‘Dat lukt helaas niet altijd.”

“Natuurlijk wil ik graag dat de politie-agenten beter patronen gaan herkennen”, vervolgt Eberson. “Maar agenten moeten veelzijdig zijn en zich ook op andere terreinen ontwikkelen. De politie in Limburg wil daarom dat in elk basisteam een paar agenten zich onder andere specialiseren in stalking, zodat signalen van stalking sneller worden herkend.”

Daarnaast krijgt de politie alle informatie versnipperd binnen, wat patronen signaleren nog lastiger maakt, zegt de politieagent. “We willen missers voorkomen door elke dag op een moment de binnengekomen meldingen consequent te bestuderen.”

‘Stopgesprek’

Maar ook als een agent stalking als zodanig erkent, zijn de handen van de politie soms gebonden. Door beperkte capaciteit is de politie genoodzaakt te werken met de aangeleverde informatie, erkent ze. “We kijken eerst of er genoeg bewijs is om de dader aan te houden. Dat is vaak niet het geval.” En bewijs verzamelen is voor de politie een tijdrovende bezigheid. Als de politie een stalker na een melding 24 uur per dag zou observeren, is bewijs verzamelen een stuk gemakkelijker. “Helaas is daar onvoldoende capaciteit voor”, onderschrijft de coördinator.

Als er onvoldoende bewijs is, voert de politie een zogeheten zogeheten ‘stopgesprek’, vertelt Eberson. “In een gesprek maant een agent de stalker om te stoppen en waarschuwt hem voor de gevolgen als dat niet gebeurt.” Ook geeft de politie praktische tips, vervolgt ze. “Wij zeggen altijd tegen de vrouwen: schrijf alles op, hang camera's op. Als er incidenten zijn bij je eigen woning, zorg voor getuigen. Met die informatie kan de politie een aangifte opbouwen.”

Het dark number

In 2021 registreerde de politie 3600 aangiftes tegen stalking. In de praktijk komt stalking vaker voor. Hoe veel vaker, is onbekend. Om achter dit zogenaamde ‘dark number’ te komen, houden onderzoekers slachtofferenquêtes. Uit niet eerder gepubliceerde cijfers van het CBS blijkt dat ruim 210.000 Nederlanders in de Veiligheidsmonitor aangaven in 2021 te zijn gestalkt. Veel meer dan het aantal slachtoffers dat in de politieregistraties terechtkomt.

Hoe kan dat? Uit cijfers van het CBS blijkt dat slechts 22% van de gestalkten daar aangifte van deed. Van de slachtoffers die geen aangifte deden, gaf bijna een derde als reden op ‘dat het niet zou helpen’.

Een andere verklaring is dat slachtoffers een aangifte verwarren met een melding, zegt een medewerker van het CBS. Een aangifte is eigenlijk een verzoek om iemand te vervolgen, terwijl een melding slechts het op de hoogte stellen van de politie is.

Daarnaast kan de politie stalkingsmisdrijven anders registreren, bijvoorbeeld als ‘bedreiging’, zegt de woordvoerder van de nationale politie. In deze categorie registreerde de politie in 2021 22.310 aangiftes.

Na zes jaar bewijs verzamelen had Philomenia eindelijk genoeg voor een veroordeling van haar stalker. Met een privédetective was dit waarschijnlijk sneller gegaan, denkt ze. “Al weet ik niet of ik de detective had vertrouwd. Je moet weer opnieuw je verhaal doen en weet niet of je daarin begrepen wordt.” Haar ex is, ook tijdens en na de veroordeling, altijd doorgegaan met stalken.

Dit was deel 1 van een korte serie over stalking en de invloed van privédetectives.

Luister zondag 10 september naar Pointer om 19:00 uur op NPO Radio 1: Hulp bij stalking, hoe ver mogen privédetectives gaan?

Auteurs: Margot Hoogerwerf, Trudi Janssens en David Kabel

Deze publicatie is tot stand gekomen met steun van het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten.