‘Dit is echt één van de zaken waar ik hoofdpijn van heb gehad. Ik zag een jong gezin steeds verder in de vernieling gaan.’ We spreken met Hans Martijn Ostendorp, oud-burgemeester van Bunnik. Hij was betrokken bij een hevig burenconflict en wilde eerst geen partij kiezen, tot bleek dat er toch iets niet in de haak was bij de overlastgevers.
Voor ons onderzoek naar burenoverlast publiceerden we eerder het verhaal van Rosanne en Teun, die jarenlang belaagd, getreiterd en geïntimideerd werden door hun buren. Ze hebben de meest bizarre incidenten meegemaakt. Zo vertelden ze dat er poep op hun auto is gesmeerd, hun gevel is bekogeld met eieren en de buren de muziek in de tuin heel hard aanzetten, terwijl zij zelf binnen gingen zitten.
De pesterijen gingen jarenlang door, zonder dat iemand écht iets kon betekenen. ‘We hadden het idee dat ze precies wisten hoe ver ze konden gaan,’ zegt Rosanne over haar buren. Teun en Rosanne hingen camera’s op om de buren op heterdaad te betrappen, want zonder bewijs kon de politie niks voor ze betekenen. Maar ook dat loste niets op. ‘Het probleem was dat alles wat we vastlegden, niet strafbaar was. Dan kan de politie ook niets voor je doen en sta je er alleen voor,’ vertelt Rosanne.
‘Beste burgemeester...’
Oud-burgemeester Ostendorp raakte bij de zaak betrokken toen Teun en Rosanne hem een brief schreven. De overlast was toen al 2 jaar aan de gang. ‘Ik kom niet veel van dit soort casussen tegen,’ vertelt Ostendorp. ‘We waren het in Bunnik ook niet gewend. We hebben vanuit de stad Utrecht een casusregisseur ingeschakeld die wat meer met dit soort bijltjes gehakt heeft. Maar ook bij hem hadden we de indruk dat hij dacht: ‘Hoe pak ik dit aan?’
Ostendorp vond het lastig om een standpunt in te nemen. ‘Ik heb heel lang gedacht dat het een burenruzie was. Ik moet hier geen partij in kiezen, dacht ik destijds. En ik vind dat de gemeente en de burgemeester over het algemeen geen partij moeten kiezen. Maar toen we op geen enkele wijze achter de voordeur van die buren kwamen, dacht ik: ‘Wat speelt daar dat ze niet met mij het gesprek aan willen gaan?’ Op dat moment ging bij Ostendorp de knop om. ‘Ik kreeg steeds meer het beeld dat er getreiterd werd om het leven van Teun en Rosanne onmogelijk te maken.’
Het belang van bewijs
Wat kan je doen in dit soort zaken? ‘Het is heel belangrijk dat er bewijs is,’ vertelt Marcel van Wezel, de advocaat van Rosanne en Teun. ‘En dat is voor bewoners van koopwoningen een stuk lastiger dan bij de meeste overlastzaken, die zich vooral bij huurwoningen afspelen. Dan heb je corporaties die professionals in dienst hebben die kunnen zorgdragen voor de opbouw van een dossier. Bij koopwoningen moet je dat allemaal zelf doen,’ aldus Van Wezel.
Bij de zaak van Teun en Rosanne kon Van Wezel direct aan de slag. ‘Het dossier was al voldoende klaar om in de aanval te gaan. Dat was ook nodig, want er waren kleine kinderen in het spel en die hadden echt last van de terreur die door de buren werd uitgeoefend.’ Wanneer Rosanne met hun vierjarige dochter langs de buren moest om naar school te gaan bijvoorbeeld, ging de buurvrouw in de auto zitten en gas geven, vertelt ze. ‘Ze hield de koppeling in, dus ze reed niet, maar zo’n klein meisje schrikt daar wel van. Dan zat de buurvrouw heel hard te lachen.’
Een logboek van negentig pagina’s
Rosanne en Teun zijn jarenlang elke avond bezig om een logboek met dit soort incidenten bij te houden. Na 3 jaar is dat negentig pagina’s dik en bevat het meer dan 300 incidenten. Veel mensen en instanties waren inmiddels bij de zaak betrokken: de gemeente, burgemeester, de politie en een casusregisseur van welzijnsorganisatie U-Centraal die in opdracht van de gemeente Bunnik probeert te bemiddelen tussen beide partijen. Maar niemand krijgt echt voet aan de grond.
Met de verzamelde informatie kon Van Wezel wel direct aan de slag. Hij stelde voor om een civiele procedure aan te spannen en vond dat Teun en Rosanne een goede kans maakte. ‘Het gaat erom dat de rechter overtuigd is dat er sprake is van overlast. En dat kan op allerlei manieren, maar alleen met je eigen verklaringen kom je er niet. Er moet dus meer zijn dan alleen jouw eigen bevindingen,’ legt Van Wezel uit. Teun en Rosanne hadden camerabeelden en geluidsopnamen. ‘We hebben ook mensen benaderd die in de buurt wonen en die iets konden verklaren over wat ze hadden gezien.’
Steun van de buurt
Van Wezel betuigt dat Teun en Rosanne geluk hebben gehad dat de buurt aan hun kant stond: ‘Mensen in de straat hebben ook flink geholpen. In 3 jaar tijd zijn er ook 300 meldingen geregistreerd van overlast door deze ‘treiterburen’. Moet je voorstellen! Dat ging van geluidsoverlast, expres dichtslaan van deuren, opsteken van middelvingers, scheldpartijen, dat soort dingen.’
Uiteindelijk hebben de buren hun huis te koop gezet, nog voordat de rechter uitspraak deed. Van Wezel meent dat de aanhoudende druk in buurt daar wat mee te maken had. ‘Alle mensen in de buurt wisten dat er een procedure liep en dan kan je op een gegeven moment geen normaal leven meer leiden. Los daarvan heeft de rechter uitspraak gedaan.’ Uiteindelijk legde de rechter de treiterende buren een dwangsom op van 500 euro, voor elke keer dat zij de fout in gaan.
Psychiatrische stoornis
Oud-burgemeester Ostendorp wilde destijds hulpverlening voor het gezin, omdat er vermoedelijk sprake was van een psychiatrische stoornis bij de buurvrouw, maar dat kreeg hij niet voor elkaar. ‘Als je niet met de buren in gesprek komt en de instanties niet het beeld hebben dat hier sprake is van grote problematiek, dan kom je niet verder,’ zegt Ostendorp.
De oud-burgemeester had achteraf gezien eerder de ‘puzzelstukjes bij elkaar willen leggen’ in deze casus, vertelt hij. ‘Iedereen ziet een klein fragment van de problematiek en vindt het niet ernstig genoeg. Maar geen enkele instantie weet dat het groter is dan het lijkt. En de buren zitten er wel mee. Terugkijkend had ik een gesprek willen voeren om te kijken: hoe groot is het vraagstuk en kunnen we er wat mee doen. Dan had ik die instanties wellicht aan elkaar kunnen koppelen. Misschien had het geholpen.’
*Rosanne en Teun willen wegens privacy redenen niet met hun achternaam genoemd worden.