Inwoners van arme landen moeten achteraan aansluiten bij het ontvangen van coronavaccins. De pandemie lijkt in die landen nog veel langer te gaan duren, met grote gevolgen voor de zorgsystemen daar. Er moeten daarom veel meer vaccins geproduceerd worden, vindt Artsen zonder Grenzen. En daarvoor moeten de patentrechten van farmaceutische bedrijven tijdelijk opgeheven worden.
Zoals het er nu uit ziet kan elke inwoner van Canada straks bijna negen keer ingeënt worden tegen het coronavirus. Het land heeft namelijk 362 miljoen vaccins besteld en heeft maar 38 miljoen inwoners. Fijn voor Canada dat ze in ieder geval geen tekort hebben, maar minder fijn voor armere landen. Doordat rijke landen zoveel vaccins hebben ingekocht, gaat het nog lang duren voordat de inwoners van minder welvarende landen gevaccineerd kunnen worden.
Volgens Karel Hendriks van Artsen zonder Grenzen is dit erg zorgwekkend. Canada is namelijk niet het enige land dat veel meer vaccins heeft gekocht dan nodig. Ook de EU heeft anderhalf miljard vaccins gekocht voor bijna 500 miljoen inwoners. “Rijke landen, inclusief Nederland, hebben een grote mond gehad over solidariteit tijdens de pandemie. In de praktijk blijkt er echter weinig solidariteit te zijn. Rijke landen blijven doorgaan met het opkopen van alle vaccins, waardoor de meerderheid van de wereldbevolking pas in 2022 en 2023 een vaccinatie kan verwachten. Het massaal opkopen van die vaccins is niet alleen immoreel, maar het vergroot ook de kans op mutaties die de werkzaamheid van vaccins kunnen bedreigen.”
Weinig geld
Om alle landen gelijke toegang te geven tot vaccins heeft de World Health Organization (WHO) Covax in het leven geroepen. Dit samenwerkingsverband zou concurrentie tussen landen tegen gaan en de vaccins onder landen evenredig verdelen. Maar landen zoals de Verenigde Staten en Canada, en ook de Europese Unie, besloten buiten Covax om bilateraal te onderhandelen met de farmaceutische bedrijven. Hierdoor hebben zij al veel meer vaccins in handen dan binnen Covax beschikbaar zijn.
Voorspellingen laten dan ook zien dat het vaccin pas op zijn vroegst vanaf april 2022 of pas in 2023 ruim voor handen is in de meeste arme landen. In de EU en andere rijke landen zoals de VS en Japan is dit al vanaf september 2021 het geval. Als corona in de arme delen in de wereld zich nog langer blijft verspreiden , kan dat grote gevolgen hebben voor de toch al niet al te beste zorgsystemen daar.
Patenten
En dat mag niet gebeuren, zegt Artsen zonder Grenzen. Volgens Hendriks is dit vooral op te lossen door op dit moment veel méér vaccins te produceren. Dit kan door generieke producenten toe te staan om ook vaccins te gaan ontwikkelen. Maar dit is alleen mogelijk als de grote producenten van de vaccins hun patentrechten loslaten.
India en Zuid-Afrika vinden dit ook. Daarom zijn zij in de World Trade Organization (WTO) gesprekken gestart om deze intellectueel eigendomsrechten tijdelijk op te heffen. Zoiets is niet nieuw, vertelt Hendriks: “Tijdens de HIV-pandemie heeft de WTO dit ook een tijdje gedaan. Wrang is dat toen ook al de farmaceutische industrie en hun bondgenoten dit plan tegenwerkten, en zelfs Zuid Afrika aanklaagden, met als gevolg dat de patent waiver jaren later tot stand kwam. Schattingen van het aantal ‘onnodige doden’ door deze vertraging lopen in de miljoenen. Maar toen de patent waiver (tijdelijke opheffing van het patent, red.) werd ingevoerd heeft het er voor gezorgd dat ontzettend veel mensen, juist ook in armere landen, toegang kregen tot deze medicijnen en enorm veel levens gered zijn.”
Tegenwerken
Veel arme landen ondersteunen het voorstel van Zuid-Afrika en India. Maar onder andere de EU, de VS en Japan, allemaal landen met een grote medicijnenindustrie, werken tegen. “Deze landen stellen dat als het zo lastig wordt voor de farmaceutische bedrijven om aan de vaccins te verdienen, het innovatie in de weg zal staan. Maar voor het COVID-19-vaccin gaat dat niet op. De ontwikkeling hiervan is tot stand gekomen met miljarden aan overheidssubsidies.” Volgens Hendriks is het daarom extra opmerkelijk dat overheden niet meer eisen stellen aan het breder beschikbaar maken van de vaccins. Hij hoopt dat de Nederlandse overheid binnen de Europese Unie het gesprek aangaat over het huidige standpunt.