Hoe bepaal je de bijdrage van een natuurgebied aan de economie? Als het aan Lars Hein, hoogleraar Ecosysteem Diensten aan de Universiteit Wageningen ligt, is er binnenkort de mogelijkheid om dit in te schatten met een simpele internetviewer. Achter de viewer bevindt zich een gecompliceerd rekenmodel dat de natuur tot op de hectare in kaart brengt. Hein ontwikkelt dit rekenmodel in samenwerking met het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). We spreken hem voor ons dossier Dier en Bouw.

Hein vertelt er graag over. Hij reist de wereld over, omdat er in veel andere landen ook belangstelling is voor deze rekenmethode. Zo werkt Hein mee aan een programma van de Verenigde Naties waarin internationale richtlijnen voor deze methode zijn ontwikkeld.

Maar wat werkt zo’n rekenmodel precies? En wanneer kunnen we de eerste resultaten daarvan verwachten?

Hein: ‘We zijn al heel ver met de ontwikkeling, maar de methode is experimenteel en er is nog wel verder werk nodig. Nederland is een van de eerste landen met deze wereldprimeur. We werken hier namelijk met gedetailleerde kaarten met hele hoge resolutie. De rekenmethode wordt nu ook op grote schaal getest in andere landen. 20 landen zijn de methode al aan het toepassen, zoals bijvoorbeeld ook de Verenigde Staten.

Wat kan zo’n rekenmodel ons opleveren?

‘Bijvoorbeeld bij de aanleg van een nieuwe snelweg door het bos kan je van te voren inschatten wat de economische gevolgen zijn voor toerisme, recreatie, voor de drinkwatervoorziening etc. Je kunt bijvoorbeeld ook uitrekenen of deze schade groter is bij aanleg op traject A of op traject B. Voor zo’n analyse levert ons model de basis, er zijn nog wel aanvullende berekeningen nodig.’

Wat hebben we eraan als je weet wat de bijdrage van een natuurgebied aan de economie waard is?

‘Een voorbeeld. We zijn begonnen met een rekenmodel voor de provincie Limburg. Een opmerkelijke bevinding daar was dat – gemiddeld - de bijdrage van bos aan de economie groter lijkt te zijn dan voor landbouwgrond. Volgens de meetmethode die wij toepassen levert 1 hectare bosgrond gemiddeld zo’n 1100 euro op; een hectare landbouwgrond 600-850 euro. Met andere woorden, aan 1 hectare bosbouwgrond wordt meer verdiend dan aan landbouwgrond. Dat komt onder andere door de bijdrage van bos aan toerisme en recreatie, grondwaterwinning, de hogere prijzen van woningen die uitkijken op groen, en het vasthouden van koolstof. Dat laatste is belangrijk, want daardoor krijgen we minder klimaatverandering. Dit zijn overigens wel voorlopige cijfers die nog verder getest moeten worden.

Wie profiteert eigenlijk van zo’n rekenmodel?

‘Als het model verder ontwikkeld is, en we hopen dat het eind 2018 klaar is, zijn er denk ik heel veel toepassingen. Ideaal zou zijn als de data voor iedere burger en ook voor bedrijven beschikbaar zou komen, maar daar zou dan wel vanuit de overheid ondersteuning voor moeten zijn. De natuur staat nog steeds onder druk en wordt steeds schaarser. We willen ook de biodiversiteit in de data van het rekenmodel opnemen. In Nederland zien veel mensen wel het belang van biodiversiteit, maar dat is niet in alle landen het geval. Vooral in landen waar natuurbescherming geen prioriteit heeft, maar de economische kant van natuur wel belangrijk is, kan je met zo’n rekenmodel veel bereiken. ‘

Noemt u eens een voorbeeld daarvan?

‘Neem bijvoorbeeld de Filipijnen. We hebben een project gedaan op het eiland Palawan, en we laten zien dat op dat eiland een hectare bos meer oplevert dan een hectare plantage met oliepalmen. Dat zit hem in de bijdrage van bos aan toerisme, een belangrijke sector op het eiland, maar ook in het belang van bos voor drinkwaterwinning, koolstofvastlegging, en de oogst van allerlei producten uit het bos. Dus de economie is juist gebaat bij het in stand houden van het bos. Als je dat met een rekensom kunt aantonen, kan je regeringen makkelijker overtuigen van de noodzaak om oerwouden te behouden.’

Makers