‘Het is lachwekkend dat een overheid hierin meegaat en ontheffingen verleent. En dat de rechter daar ook in meegaat. Dat is triest.’ Natuurbeschermer van het eerste uur Jaap Dirkmaat is erg kritisch over de natuurbescherming in Nederland. Bouwprojecten gaan vrijwel altijd door, ook al zitten er beschermde dier- of plantensoorten op een bouwplek. De natuur die verloren gaat, moet dan worden gecompenseerd. Zo worden er veldjes aangelegd waar verjaagde dassen kunnen eten, of kastjes opgehangen voor mussen die moeten verhuizen. 'De vraag is of die compensatie ook werkt in de praktijk,’ zegt Dirkmaat. ‘Het is een doekje voor het bloeden.’
Sinds 1 januari 2017 is er de nieuwe Wet Natuurbescherming. In die wet staat onder meer welke dieren in Nederland worden beschermd. Wil je ergens een ‘ruimtelijke ingreep’ doen, bijvoorbeeld een weg verbreden of een sauna bouwen, dan moet je van tevoren laten onderzoeken wat voor flora en fauna er aanwezig is in het gebied waar je wilt bouwen. Dat wordt vaak gedaan door een ecologisch adviesbureau. Wordt er een beschermde diersoort gevonden, zoals de das, dan moet je een ontheffing aanvragen op de Wet Natuurbescherming. Sinds 1 januari zijn het de provincies die de ontheffing moeten goedkeuren.
Ondernemers die willen bouwen krijgen vrijwel altijd een ontheffing op de Wet Natuurbescherming. Dat blijkt uit cijfers van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), de instantie die tot 1 januari 2017 de ontheffingen op de Flora- en Faunawet (de voorloper van de Wet Natuurbescherming) beoordeelde.
In 2016 werd 578 keer een ontheffing aangevraagd, slechts 46 keer werd dat geweigerd. In 92% van de gevallen kan de bouw dus doorgaan, als het aan de overheid ligt. Het zijn burgers, activisten en natuurbeschermers die vervolgens bezwaar kunnen maken tegen de plannen, met vaak rechtszaken tot gevolg.
Als er dan een ontheffing is en er gebouwd mag worden, zijn daar vaak voorwaarden aan verbonden. Als er schade wordt toegebracht aan de natuur, moeten bouwers die compenseren: zogenaamd compensatiegroen.
Smikkelbosje
Zo ook bij recreatiegebied Berendonck bij Wijchen waar een luxe wellness resort moet verrijzen. Al 8 jaar voeren ondernemers strijd, omdat omwonenden en activisten proberen om de bouw van de sauna tegen te houden. De das, een beschermde diersoort die daar woont, is inzet van de strijd. De bouw kan hoogstwaarschijnlijk doorgaan, maar omdat het eetgebied van de dassen wordt aangetast door de bouw van de sauna, moet die worden gecompenseerd. En dus is er een veldje aangelegd met fruitbomen erop: ‘een smikkelbosje’ volgens de ondernemers.
‘Het is lachwekkend’
Wat vindt Dirkmaat daarvan? ‘Dat perceel lag er al. En het beest wordt straks getrakteerd op licht van de parkeerplaats, op auto’s die wegrijden. Dit is een doekje voor het bloeden. Het zogenaamde ‘smikkelbosje’ bestaat uit fruitbomen, terwijl dassen vooral regenwormen eten. Van dat fruit dat van de bomen valt, kunnen ze maar 1 week van het jaar eten.’
Dirkmaat neemt het niet zozeer de ondernemers kwalijk, maar wel de overheid: ‘Het is lachwekkend dat een overheid hierin meegaat en ontheffingen verleent. En dat de rechter daar ook in meegaat. Dat is triest. Dat vind ik wel droef.’
Volgens Dirkmaat wordt er straks niet gecontroleerd of de dassen ook daadwerkelijk van het veldje met fruitbomen gebruikmaken. Daarom loopt er een handhavingsverzoek van Stichting Das en Boom: een verzoek aan de provincie om te controleren.
Klaar is Kees
Volgens Dirkmaat is die gebrekkige controle een structureel probleem: ‘Ondernemers krijgen een opdracht voor compensatiemaatregelen, ze voeren die uit en denken ‘Klaar is Kees’. En er wordt bijvoorbeeld een dassentunnel aangelegd, onder een snelweg. Maar als je dat doet, moet je de tunnel ook onderhouden. En als je fruitbomen plant, dan moet je snoeien anders komt er geen fruit in te hangen. Dat is allemaal niet geregeld. Het is voor de bühne.’
Ook de Algemene Rekenkamer concludeerde in 2014 dat natuurcompensatie niet altijd goed wordt uitgevoerd en dat er niet voldoende wordt gecontroleerd of het ook werkt. 'Er is onvoldoende toezicht op de naleving van de natuurcompensatieplicht. De verantwoordelijkheid voor dit toezicht is nog niet goed geregeld. Daardoor blijft het onduidelijk of de compensatie daadwerkelijk leidt tot volwaardige en blijvende vervanging van de aangetaste natuur.'
Alleen op verzoek en bij meldingen
De RVO laat weten dat er (tot 1 januari 2017) inderdaad niet structureel werd gehandhaafd, alleen op handhavingsverzoeken en meldingen. Een woordvoerder schrijft: ‘Afhankelijk van de zaak kon de RVO de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) vragen om een controle ter plaatse te doen.’
Sinds 1 januari is er de nieuwe Wet natuurbescherming en zijn de provincies verantwoordelijk voor handhaving en controle. ‘Onder de Wet natuurbescherming wordt er eveneens gehandhaafd op meldingen en handhavingsverzoeken. Daarnaast maakt het team handhaving op basis van een risico- en doelgroepanalyse een selectie van projecten en gaat steekproefsgewijs na of er bij bepaalde projecten mogelijk onterecht geen ontheffing van de Wet Natuurbescherming is aangevraagd,’ aldus RVO.