Exotische plaagdieren en woekerplanten worden steeds vaker waargenomen. Ze komen mee met importproducten uit verre landen en door het veranderende klimaat worden hun overlevingskansen hier steeds groter. Deze zogenoemde ‘invasieve soorten’ kunnen tropische ziektes meebrengen en tasten onze flora, fauna, oppervlaktewater en bodem aan. Wat zijn de belangrijkste soorten en hoe pakken we ze aan?
Van de Amerikaanse Rivierkreeft tot de Japanse duizendknoop en van de tijgermug tot de Ambrosia. Het zijn de zogenoemde invasieve exoten, ook wel uitheemse soorten genoemd. Dit zijn dieren, planten, schimmels of micro-organismen die door menselijk handelen terechtkomen in een gebied waar ze van oorsprong niet voorkomen en zich er ook handhaven.
Chris van Dijk, onderzoeker aan de universiteit van Wageningen, vertelt dat door klimaatverandering exoten makkelijker overleven in Nederland, waardoor ze ook meer worden waargenomen. Bovendien worden ze volgens Van Dijk steeds vaker ons land binnengebracht. ‘Door toerisme en de handel met landen over de hele wereld is de kans veel groter dat deze dieren/planten ook bij ons terechtkomen, let dus altijd goed op wat je meeneemt uit het buitenland.’
We vragen Van Dijk naar enkele bekende voorkomende exoten:
Bron: ANP/Emmy Varley
Tijgermug: Deze mug komt oorspronkelijk uit Zuidoost-Azië, maar wordt sinds 2005 ook in Nederland gesignaleerd. De tijgermug kan zo’n twintig verschillende virussen verspreiden, waaronder tropische ziekten zoals dengue (knokkelkoorts) en gele koorts. Daarmee vormt het beestje in Azië een ernstige bedreiging voor de volksgezondheid. De kans dat de tijgermuggen die tot nu toe in Nederland zijn aangetroffen virussen kunnen overdragen is volgens het NWVA te verwaarlozen.
Japanse duizendknoop: In veel steden is deze woekerende exoot een snelgroeiend probleem. ‘Hij komt al sinds 1830 voor in Nederland en sindsdien is de plant niet meer weg te denken. De plant bedreigt de biodiversiteit, tast de stabiliteit van waterwerken aan, beschadigt infrastructuur, verlaagt de landschappelijke kwaliteit en de kwaliteit van de woonomgeving en heeft een negatieve invloed op de waarde van gronden,’ laat van Dijk weten. De duizendknoop komt het meeste voor in Noord-Brabant, Gelderland, Overijssel en in de kuststrook van Nederland.
Bron: ANP/ Valerie Kuypers
Ambrosia: Ook wel bekend als ‘hooikoortsplant’, is afkomstig uit Noord-Amerika. Sinds een aantal jaar wordt in Nederland een sterke groei van de hoeveelheid ambrosiapollen in de lucht gemeten. ‘Via voer van vogels komt het zaad in de natuur terecht en dat zorgt voorheftige hooikoortsreacties.’ Daarnaast is de plant door haar grote productievan pollen (tot 1 miljard per plant) en haar late bloei, van augustus tot en met oktober, in staat het hooikoortsseizoen met 2 maanden te verlengen.
Amerikaanse Rivierkreeft: Deze kreeft verovert het Nederlandse oppervlaktewater en begint een ware plaag te worden, zo vertelt onderzoeker aquatische ecologie aan de universiteit van Wageningen Ivo Roessink. ‘Deze kreeft vreet sloten kaal waardoor planten en ander leven verdwijnen. Bovendien veroorzaakt de kreeft schade aan de oevers van sloten en andere wateren, wat voor veel overlast zorgt. Daar komt bij dat ze lastig te bestrijden zijn.’
Beleid
Per 1 januari 2018 zijn de provincies verantwoordelijk voor de bestrijding van het merendeel van de door de minister aangewezen invasieve soorten. Van Dijk: ‘Provincies zijn zelf terreinbeheerder maar ook alle organisaties die terreinen, percelen of kapitaalgoederen beheren of bezitten moeten aan de bak, ook particulieren. Omdat er vaak weinig budget is blijven preventie en bestrijding achter bij wat eigenlijk nodig is. Het is belangrijk dat er meer wordt gedaan aan preventie, dat er onderzoek wordt gedaan naar goede bestrijdingsmethoden en dat de verschillende partijen blijven samenwerken.’