Het beleid om mensen met autisme verplicht aan een extra keuring te laten deelnemen, waaruit de rijgeschiktheid blijkt, is gebaseerd op drijfzand. Een verhoogd risico voor mensen met autisme in het verkeer is niet wetenschappelijk aangetoond, dat blijkt uit onderzoek van Reporter Radio. Volgens het CBR worden jaarlijks naar schatting ongeveer 5000 mensen met de diagnose autisme gekeurd.
Het beleid van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is gebaseerd op een advies van De Gezondheidsraad uit 2013. De Gezondheidsraad maakt bij dat advies onder meer gebruik van een onderzoek uit 2005 van de Europese onderzoeksgroep IMMORTAL.
Hieruit blijkt dat mensen met een psychische stoornis in het algemeen een verhoogd risico hebben van ruim 70% om bij een verkeersongeluk betrokken te raken. Maar de Noorse onderzoeker Truls Vaa betrokken bij het IMMORTAL onderzoek, zegt dat "het niet mogelijk is om op basis van dit onderzoek, iets te zeggen over autisme en verkeersveiligheid". De Gezondheidsraad baseert zich ook op andere onderzoeken, maar zegt zelf dat daar weinig relevante conclusies uit te trekken zijn.
Keuring heeft geen toegevoegde waarde
Wouter Staal, Hoogleraar autisme van de Universiteit Leiden, zette voor Reporter Radio alle wetenschappelijke onderzoeken die te maken hebben met autisme en verkeersveiligheid op een rijtje. Hij concludeert dat een keuring geen toevoegde waarde heeft, omdat er geen wetenschappelijk bewijs is dat mensen met autisme ook echt een gevaar op de weg vormen.
Het ministerie van Infrastructuur laat weten dat ze de Gezondheidsraad heeft gevraagd om alle medische keuringen van het CBR nog eens goed tegen het licht te houden. De Gezondheidsraad zelf wilde niet ingaan op inhoudelijke vragen.
Autisme vereniging wil afschaffing van de keuring
In augustus vroeg de Nederlandse Vereniging voor Autisme aan minister Cora van Nieuwenhuizen om de keuringen af te schaffen. Binnenkort gaan de NVA en de Gezondheidsraad in gesprek over de CBR-keuringen.