Fokko Oldenhuis is hoogleraar Religie en Recht aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij maakt zich zorgen om het beperkte toezicht op religieuze bewegingen. Wij spreken hem voor ons onderzoek naar Religieuze gemeenschappen in Nederland.
Regelmatig krijgt Fokko Oldenhuis mails en telefoontjes van radeloze familie van mensen die in een sekte zijn beland. Als hoogleraar Religie en Recht verschijnt hij regelmatig in de media als sektes en religie in opspraak raken. ‘Ze zeggen: ‘Help ons want ons kind is verslingerd aan een sekte. We mogen geen contact met hem of haar zoeken’. Maar ik kan ze niet helpen, daar heb ik ook geen tijd voor, dus verwees ik ze naar Sektesignaal.’
Wanneer je zorgen had over wat er zich afspeelde binnen een religieuze organisatie kon je voorheen terecht bij het meldpunt Sektesignaal. Hier kon je anoniem je verhaal doen en terecht voor advies. Maar sinds 1 januari 2020 is het meldpunt niet meer bereikbaar. Het ministerie van Justitie en Veiligheid heeft besloten de subsidie voor de dienst stop te zetten.
Malafide praktijken
Tot onvrede van Oldenhuis. ‘We hebben een grote vrijheid van godsdienst in Nederland. In die grote zee zwemmen af en toe ook vissen die alleen maar bezig zijn zichzelf te verrijken. Die met malafide praktijken bezig zijn onder het mom van religie. Dat betekent dat je een instantie nodig hebt als Sektesignaal. Je moet mensen die zelf in een sekte hebben gezeten hoop en advies kunnen bieden, maar ook overheidsinstanties zelf hebben de expertise van Sektesignaal nodig.’
Het Ministerie van Justitie en Veiligheid laat ons weten: ‘Uit de dossiers van Sektesignaal blijkt dat het huidige instrumentarium van politie, handhavers en toezichthouders volstaat om misstanden binnen sektes effectief aan te pakken.’ Om te zorgen dat mensen bij de juiste instantie aankloppen om misstanden te melden komt er een zogenoemde ‘online verwijsfunctie’.
Oldenhuis is sceptisch. ‘De overheid grijpt pas in als het echt over de grens gaat. Een instantie zoals Sektesignaal zit in het voorportaal daarvan. Als een beweging evident de strafwet overtreedt dan grijpen politie en autoriteiten wel in. Maar een instantie zoals Sektesignaal is nodig om te zorgen dat sektes toch in beeld worden gebracht wanneer de wet nog niet overtreden wordt.’
‘Vrije spel wordt te groot’
‘Nog nooit heeft Sektesignaal meer meldingen gehad dan in 2019. Dan zeg ik, je spant het paard achter de wagen als je dat wegbezuinigt. In heel Europa zijn er op dit moment heel veel nieuwe religieuze bewegingen en dan moet je een vinger aan de pols houden. We hebben vrijheid van godsdienst, maar als er geen enkele signaalfunctie meer aanwezig is dan wordt het vrije spel dat sekten hebben in mijn ogen te groot.’
Oldenhuis vertelt dat in omringende landen het toezicht op dubieuze religieuze organisaties vaak beter geregeld is. ‘Die landen doen het beter dan Nederland. In België is bijvoorbeeld in 1996 al het IACSSO opgericht. Dat is een overheidsinstantie die de overheid advies geeft over religieuze bewegingen die steeds schadelijker worden en wellicht sektarisch.’
Grijze gebied
Je moet Sektesignaal daarom niet opheffen, maar juist meer bevoegdheden geven, vindt Oldenhuis. Hij vindt dat er een overheidsinstantie zou moeten komen die naast het verzamelen van meldingen óók moet kunnen oordelen. ‘We kennen allemaal het College voor de Rechten van de Mens, die zich onder andere uitspreekt over discriminatie. Zo’n instantie zou je ook moeten hebben voor schadelijke sekten. Een instantie die officieel en onafhankelijk het signaal mag afgeven dat een beweging aan het afglijden is, en in de richting gaat van een schadelijke sekte.’
‘Binnen het strafrecht is het heel lastig om tot een veroordeling te komen. Dan moet vaak opzet bewezen worden. In dit vrije land hebben religieuze bewegingen tot op grote hoogte vrij spel. Aan de randen en over de randen grijpt de politie in. Maar in het grijze gebied heb je juist instanties nodig die de overheid en eigenlijk ons allemaal gevraagd en ongevraagd advies kunnen geven en kunnen zeggen: deze instantie is een schadelijke vereniging en die zou je moeten verbieden,’ aldus Oldenhuis.