‘Ultrafijnstof is eigenlijk de grote onbekende bij luchtverontreiniging,’ vertelt longarts Hans in ’t Veen als we bij hem langsgaan voor het onderzoek Overlast vliegtuigen. Ondanks het gebrek aan hard wetenschappelijk bewijs maakt hij zich wel degelijk zorgen over de gezondheidseffecten van de hele kleine deeltjes die in de lucht komen door onder andere vlieg- en wegverkeer. ‘Het is in potentie gevaarlijker dan gewoon fijnstof.’
Als longarts in het Franciscus Gasthuis in Rotterdam komt hij de gevolgen van vuile lucht regelmatig tegen. ‘Als luchtverontreiniging in je longen komt dan geeft dat daar een ontstekingsreactie. En dat zorgt voor meer luchtwegklachten als astma en COPD,’ zo legt hij uit. En ook een deel, zo’n tien procent, van de longkanker is volgens de longarts zeer waarschijnlijk gerelateerd aan luchtverontreiniging. Ontstekingsreacties in de bloedbaan - veroorzaakt door fijnstof - kunnen daarnaast ook zorgen voor problemen met hart en vaten.
Fijnstof is ‘stille moordenaar’
Recent noemde de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) fijnstof niet voor niets een ‘stille moordenaar’ waar wereldwijd jaarlijks zeven miljoen doden door vallen. Ook in Nederland levert dat volgens In ’t Veen zo’n 12.000 vroegtijdige overlijdens op en 130.000 verloren levensjaren.
‘Als je dat soort getallen op papier zet, dan schrik je.’
Bewijs moeilijk te leveren
Maar deze getallen gaan over fijnstof, niet over de ultrafijne deeltjes waar verschillende tipgevers rond Schiphol zich zorgen over maken. Wat zijn de gezondheidseffecten daarvan? ‘Ultrafijnstof zijn hele kleine deeltjes die relatief snel verwaaien,’ legt de longarts uit. ‘Tenzij je ze inademt. Dan komen ze heel diep in de longen terecht en blijven daar ook langer. De deeltjes worden beter opgenomen door de bloedbaan en dat geeft waarschijnlijk ook meer ontstekingseffecten.’
Hij zegt ‘waarschijnlijk’, want het wetenschappelijke bewijs over hoe ultrafijnstof zich exact verhoudt tot gezondheidsrisico’s is nog minimaal. ‘Het bewijs is moeilijk te leveren, maar toch zijn de meeste experts er wel van overtuigd dat ultrafijnstof misschien wel een groter probleem is dan gewoon fijnstof. Juist omdat het zo makkelijk in het lichaam komt en blijft. En zelfs, dat is bewezen, tot in de hersenen en in de zenuwbanen doordringt,’ aldus In ’t Veen. ‘Waarbij er ook suggesties zijn - maar dat is volstrekt onduidelijk nog - dat alzheimer mogelijk ook gerelateerd is aan ultrafijnstof.’
Roken
Veel mogelijke effecten, maar nog weinig hard bewijs. En geen regels voor maximale ‘veilige’ concentraties, zoals die er voor de grotere varianten fijnstof wel zijn. De longarts maakt een vergelijking met de gezondheidsgevaren van roken.
‘Het heeft heel veel jaren gekost voordat we konden bewijzen dat het roken van sigaretten echt slecht was. Dat weten we inmiddels. En ook van fijnstof weten we dat nu. Het probleem met ultrafijnstof is dat ik kan roepen dat het gevaarlijk is, maar het bewijs moet nog geleverd worden. Maar aanwijzingen dat het op zijn minst zo’n groot probleem is als fijnstof, die zijn er wel.’
Regeren is vooruitzien
In ‘t Veen begrijpt dan ook wel dat het voor de overheid lastig is om maatregelen te nemen. ‘Aan de andere kant als je het nu laat voor wat het is, dan is de kans dat je over tien of twintig jaar grote gezondheidsproblemen hebt enorm,’ aldus de longarts. ‘Het is altijd makkelijk om je te verschuilen achter het feit dat er geen harde gegevens zijn. Maar regeren is vooruitzien en ik verwacht nu juist van de regering dat ze in de toekomst kijken.'
Hij legt uit dat gezondheidswinst ook een economisch belang heeft. ‘Ongeveer vier tot vijf procent van de hele ziektelast is gerelateerd aan luchtverontreiniging in Nederland,’ aldus In ’t Veen. 'Dus als je ons in Nederland minder zieken zou geven, dan is dat op de lange termijn gunstig. De overheid vraagt ons altijd om te bezuinigen, ik vraag de overheid: geef ons minder zieken.’
Milieuzone in de lucht
Het zou volgens In ‘t Veen verstandig zijn als de overheid nu al kijkt naar maatregelen om de blootstelling aan ultrafijnstof te doen verminderen. ‘We spreken altijd over milieuzones op de weg. Ik geloof ook dat je milieuzones in de lucht zou moeten hebben. Daar passen maatregelen in om te kijken of je bijvoorbeeld het aantal vliegbewegingen verminderd. Of een vliegveld maken op een plek waar minder bewoning is. Of andere toestellen. Dat zijn politieke beslissingen, maar ik denk wel dat het goed is dat je daar nu over nadenkt. En niet straks.’