Niet alleen particuliere huiseigenaren hebben last van wat er in de Groningse bodem gebeurt, horen we in ons onderzoek Heel Holland Zakt. Ook bedrijfspanden kraken in hun voegen. Martine Beks, eigenaar van een financieel kantoor in Ten Boer, maakt zich zorgen over haar werknemers. ‘Ik ben verantwoordelijk voor een veilige werkplek.’
Martine Beks wacht al 7 jaar, zo mailt ze ons. Het pand in Ten Boer waar ze woont en een assurantiekantoor en RegioBank drijft, heeft schade. Dat moet hersteld worden en het pand moet versterkt, blijkt uit onderzoeken. Aan de telefoon vertelt Beks dat er twee onveilige bouwelementen zijn in het pand: de grote zware schoorsteen in het midden en de rollagen van het dak die los zitten. Beks: ‘En dan is de fundering nog niet eens onderzocht.’
‘Nog geen cent van de NAM ontvangen’
Vorig jaar kregen Beks en haar man, met wie ze samen het kantoor heeft, na vele bezoeken van experts eindelijk een aanbod van de NAM, maar dat bleek absoluut niet toereikend. ‘Geen aannemer die voor dat geld aan het werk gaat,’ meent de eigenaresse. Nu ze er niet uitgekomen zijn, begint het circus van onderzoeken en rapportages opnieuw: ‘Onze grootste frustratie is de onmacht en enorme bureaucratie.’
Het bankkantoor draait ondertussen natuurlijk gewoon door: ‘Dit is de drukste tijd van het jaar.’ Om het pand representatief te houden voor klanten hebben de eigenaars op eigen kosten de noodzakelijke reparaties uitgevoerd. Beks: ‘Tot op heden hebben we geen cent van de NAM ontvangen, noch voor de schade noch voor de uren die ik de afgelopen 7 jaar in dit dossier heb zitten.’
‘Ik ben verantwoordelijk voor een veilige werkplek’
De Beksen zijn een zogeheten 'complex dossier’, meldt ze, waarvan de NAM niet weet wat ze ermee aan moet. De schade moet hersteld worden, het pand moet versterkt en ondertussen moet het kantoor gewoon door blijven draaien. Dat moet dan op een andere locatie. Beks: ‘Versterken van ons pand zal 15 maanden duren, maar er is geen vervangend pand in Ten Boer beschikbaar waar ik mijn bankkantoor kan vestigen en we kunnen niet zomaar naar een andere plek uitwijken. Ik heb te maken met een concurrentiebeding en bovendien zitten mijn klanten hier in Ten Boer. De NAM weet het niet meer, hebben ze vlak voor de kerst gezegd. Dus we zijn weer terug bij af...’
Als ware ondernemers houden Beks en haar man de moed erin: ‘Wij denken in oplossingen. Maar we hebben hier ook vier man personeel zitten. Ik ben verantwoordelijk voor een veilige werkplek. Mijn angst is dat de schoorsteen bij een volgende beving dwars door het dak naar beneden komt.’ Beks heeft haar werknemers al verteld dat ze niet voor hun veiligheid kan instaan: ‘We hebben één veilige plek in het pand, dat is de oude Lips-kluis, als er weer een beving komt, rennen we met z’n allen daarheen.’