Wie slachtoffer is van huiselijk geweld kan een beroep doen op de gemeente. Zij biedt hulp aan om de cirkel van huiselijk geweld en kindermishandeling te doorbreken. Gemeenten hebben veel vrijheid om de organisatie rond die hulpverlening zelf in te richten. Met als risico dat slachtoffers in een doolhof van instanties terechtkomen.

Erika (*) pakt het dikke dossier dat op de keukentafel ligt en bladert er doorheen. Het zit vol met uitspraken van rechters, mails aan het wijkteam, meldingen bij Veilig Thuis en dreigmails. Erika krijgt al vroeg in haar huwelijk het gevoel dat er iets niet klopt. Haar man heeft een alcohol en drugsprobleem en scheldt haar regelmatig uit.

Bij de geboorte van haar zoontje neemt dat alleen maar toe. “Hij kon dan plotseling heel boos worden of ’s nachts zwaar onder invloed de boel op stelten zetten. Dan begon hij tegen mij te schreeuwen, waar onze zoon bij was. Op een gegeven moment heeft hij ons kind uit zijn bedje gehaald. Hij had gedreigd hem te laten vallen als ik dichterbij zou komen.”

Huiselijk geweld en het gemeentelijk doolhof

Peloton hulpverleners op de stoep na melding

Voor Erika is dat het moment om de politie in te schakelen. Haar man wordt meegenomen en krijgt voor een aantal weken een huisverbod. De dag na het incident staat een peloton aan hulpverleners op de stoep bij Erika. Uiteindelijk gaat het buurtteam met het gezin van Erika aan de slag. “Ik had daar vertrouwen in. Ze gingen me helpen. Er zou een veiligheidsplan komen en dit zou niet meer mogen gebeuren.”

Er gebeurde eigenlijk helemaal niks. We moesten er samen maar uitkomen

Erika

Haar man komt uiteindelijk weer thuis wonen. Er volgen gesprekken met het buurtteam, dat steeds benadrukt dat Erika er met haar man samen uit moet komen. Maar opnieuw gaat het mis. Erika vreest voor haar veiligheid en dat van haar zoontje. Ze laat verschillende mails zien, waarin ze een klemmend beroep doet op het buurtteam. “Maar er gebeurde eigenlijk helemaal niks. Ja, gesprekken. En dat we er maar samen uit moesten komen.”

Huis uitgevlucht na vrees om veiligheid

Met hulp van een andere instantie weet Erika samen met haar zoontje het huis uit te vluchten. Inmiddels is ze van haar man gescheiden. Ook heeft de rechter bepaald dat er alleen nog begeleide omgang tussen vader en zoon plaats mag vinden. Aan het buurtteam zegt Erika weinig te hebben gehad.

“Dat is toch vaak de ideologie van het wijkteam,” zegt Katinka Lünnemann van het Verwey-Jonker Instituut. Lünnemann doet al jaren onderzoek naar huiselijk geweld. “Mensen moeten de regie houden over hun eigen leven. Dat is ook goed. Maar als het gaat om geweld moet je dat ook bespreekbaar maken. En dat blijkt toch lastig.”

Veilig thuis

Regie bij aanpak huiselijk geweld ontbreekt

“Wij horen van ouders en kinderen terug dat zij het overzicht kwijt zijn. Ze weten vaak niet of er een veiligheidsplan ligt."

Decentralisatie zorgt voor wildgroei aan hulpteams

Sinds de decentralisatie in 2015 is de hulpverlening bij huiselijk geweld en kindermishandeling bij de gemeenten belegd. Veel gemeenten zijn daarom gestart met sociale wijkteams. Het was de ambitie om vanuit die teams inwoners dichtbij en laagdrempelige hulp te bieden. Een gemeente bepaalt zelf hoe een wijkteam is ingericht en wat precies de functie is.

Hoe de hulpverlening aan slachtoffers van huiselijk geweld is geregeld verschilt per gemeente. Er zijn wijkteams die zélf met het gezin aan de slag gaan. In zo’n team zitten dan ook specialisten huiselijk geweld, maar dat is niet overal zo. Er zijn wijkteams specifiek voor jongeren, alleen voor volwassenen of allebei. En er zijn wijkteams die gezinnen doorverwijzen naar een andere instantie, die de hulp vervolgens moet bieden.

Katinka Lünnemann van het Verwey-Jonker Instituut: “Het is een enorme lappendeken. Soms is onduidelijk wie wat precies doet. Iedere gemeente heeft weer zo zijn eigen invulling. Vooral bij gemeenten waar wijkteams alleen maar doorverwijzen, is het ingewikkeld. Dan moeten mensen bij verschillende hulpverleners steeds weer opnieuw hun verhaal doen.”

Onderzoek naar effectiviteit sociale wijkteams

Het landelijk kenniscentrum Movisie doet onderzoek naar sociale wijkteams. Silke van Arum is onderzoeker en programmaleider passende ondersteuning bij Movisie. Volgens Van Arum is er steeds meer aandacht voor huiselijk geweld bij de sociale wijkteams. “Toch blijkt uit onze laatste peiling dat slechts 24 procent van de gemeenten aangeeft dat ze de sociale wijkteams ook ondersteuning bieden. In zo’n 75 procent van de gemeenten verwijst het wijkteam weer door naar een specialistische instantie.”

Veilig thuis

Huiselijk geweld, waar moet ik heen?

Ieder wijkteam een eigen aanpak

Er zijn wijkteams die een eigen aanpak hebben. Maar wat is daarvoor nodig? Van Arum: “Een wijkteam moet de kennis hebben over geweldspatronen. Ook moet je dat huiselijk geweld kunnen signaleren en bespreekbaar maken. Het vraagt specialistische kennis over veiligheid en de mogelijke oorzaken die leiden tot huiselijk geweld. Dat is niet in elk wijkteam het geval.”

Daarnaast is het volgens Van Arum belangrijk dat er niet alleen naar het gezin als geheel wordt gekeken. Een gesprek aan tafel met alle betrokkenen is niet genoeg. Een wijkteam moet zich ook richten op de individuen in een gezin. “Je moet mensen ook echt apart spreken. De tijd hebben om een vertrouwensband op te bouwen. Dat is nodig om een goede inschatting van de veiligheid te maken. Soms durft iemand uit angst niets te zeggen, omdat de geweldpleger erbij zit. Een wijkteam dat zich alleen richt op het totaal mist die signalen.”

Verschillende oorzaken van huiselijk geweld

Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het organiseren van de hulpverlening rond huiselijk geweld. Maar wélke hulp er nodig is om geweld te stoppen, hangt van de oorzaak af. Huiselijk geweld kan ontstaat door stress over schulden. Er kan sprake zijn van gedragsproblemen, een verslaving, opvoedingsproblemen. Of het is een combinatie van deze factoren. Voor de aanpak zijn weer verschillende loketten: de schuldsanering, verslavingszorg, opvoedpoli’s.

Verschillende loketten. Meerdere hulpverleners. Instanties als politie en Veilig Thuis. Bij huiselijk geweld krijgt een gezin met meerdere partijen te maken. “Ik zag soms door de bomen het bos niet meer,” zegt Evelien (*), die door haar man werd bedreigd. “Het veroorzaakte vooral veel stress. De verschillende contacten. Steeds weer je verhaal moeten doen bij instanties. Ik kreeg het gevoel dat niemand echt goed zicht had op wat er nou precies speelde.”

Evelien besluit uiteindelijk zelf haar man te verlaten. “Ik was op dat moment vooral heel erg bang. Ik wist niet precies wat mijn vertrek zou veroorzaken. Achteraf gezien had ik daar wel meer steun bij willen hebben. Iemand die ik had kunnen vertrouwen en me advies kon geven. Dat heb ik gemist.”

Huiselijk geweld

Huiselijk geweld strafbaar maar niet vervolgd

Bij stress kun je zelf niet goed meer nadenken

Katrien de Vaan is directeur bij Regioplan, een organisatie die onderzoek doet naar de effecten van beleid. Volgens de Vaan moet er bij de aanpak van huiselijk geweld voor gezinnen niet te snel worden uitgegaan worden van de eigen kracht en eigen regie van mensen. “Bij huiselijk geweld is er sprake van stress. En bij veel stress kun je moeilijk redelijk denken. Je hebt iemand nodig die je ondersteunt en kan helpen. Iemand waar je direct en regelmatig een beroep op kunt doen.”

Regioplan deed de afgelopen maanden onderzoek naar de ‘intensieve casusregisseur’ huiselijk geweld in de gemeente Goeree Overflakkee. Deze casusregisseur geldt als direct contactpersoon voor gezinnen. Daarnaast houdt diegene ook contact met alle hulpinstanties en biedt ook zelf hulp waar dat nodig is. “Dat neemt al veel stress bij gezinnen weg. De casusregisseur houdt ook het overzicht. Weet wat er speelt en wat er voor welk moment nodig is.”

Casusregisseur houdt de regie en boekt succes

Uit cijfers van de gemeente Overflakkee blijkt dat de casusregisseur succes boekt. In de meeste situaties stopt het huiselijk geweld. Andrea van Nimwegen is één van de casusregisseurs bij de gemeente. “De mensen die we begeleiden kunnen ons altijd bellen of appen. Wij zijn langdurig bij de gezinnen betrokken. Tot het huiselijk geweld ook echt is gestopt. Maar ook daarna is er nog contact hoe het nou precies gaat.”

Toch is Goeree Overflakkee slechts 1 van de 9 gemeenten waar de casusregisseur met succes is ingevoerd. Waar dat precies aan ligt? Van Nimwegen: “Natuurlijk moet je als hulpverlener veel ervaring hebben met situaties, waarin huiselijk geweld speelt. We leggen huisbezoeken af en maken analyses. Maar het heeft het ook met het mandaat van de gemeente te maken. Bij andere gemeenten is het toch vaak een coördinerende functie vanaf kantoor. Dat maakt wel een verschil.”

Goeree Overflakkee loopt al vooruit op de plannen van staatssecretaris Van Ooijen van Volksgezondheid. Die wil dat sociale wijkteams als vast gezicht bij de gezinnen betrokken blijven. Dat betekent dat wijkteams gezinnen niet zomaar kunnen overdragen. Zij blijven als aanspreekpunt voor het gezin aanwezig. De plannen van de staatssecretaris worden binnenkort bekend gemaakt.

* In verband met de bescherming van de privacy zijn de namen van de slachtoffers gefingeerd.

Luister zondag 23 april Pointer om 19:00 uur op NPO Radio 1: Huiselijk geweld en het gemeentelijk doolhof

Makers