Steeds meer kinderen vallen uit en zitten met toestemming van school maanden tot zelfs jaren thuis. Achter elke stap richting passende zorg of onderwijs duiken obstakels en wachtlijsten op. Schattingen over het aantal thuiszitters lopen uiteen van twintigduizend tot zestigduizend, de groep is niet in beeld bij gemeenten. Eenmaal thuis op de bank, zakken kinderen en hun kans op onderwijs steeds verder weg. Wat maakt het systeem voor thuiszitters zo complex en ondoorzichtig?
“Je hebt je flink verslapen? Ben je al onderweg?” Het is maandagochtend en Marjolein Krist en Carlijn Roozemond bellen, net als iedere ochtend, leerlingen op met de vraag waar ze blijven. In september startten zij met de Binnenhaven, een plek voor thuiszitters van Portus scholengroep in Rotterdam. Ze bieden twaalf- tot achttienjarigen een veilige plek en intensieve begeleiding om langzaamaan terug naar school te keren. Ze weten inmiddels hoe intensief het is en hoe ze kinderen letterlijk bij de hand moeten nemen.
“Op een dag zeiden we tegen elkaar: hoe kan het dat de kloof tussen zorg en onderwijs zo groot is?” vertelt Roozemond. Beiden werken al jaren met jongeren met psychische problemen. “We zien dat scholen van alles proberen om in contact te blijven met deze leerlingen, maar het lukt vaak niet. Ondertussen zijn er lange wachtlijsten voor geschikte zorg, en zitten leerlingen soms maandenlang thuis.” De Binnenhaven heeft als doel om zorg en onderwijs dichter bij elkaar te brengen.
Alarmerend rapport
Ook Stans Goudsmit, de kinderombudsvrouw Rotterdam-Rijnmond, ziet de kloof tussen zorg en onderwijs. Ze ontvangt steeds vaker schrijnende signalen van ouders die zich zorgen maken over hun kinderen die langdurig thuiszitten, zonder onderwijs en met weinig contact met school of medeleerlingen. Daarom schreef ze een alarmerend rapport.
Naar schatting zijn er volgens dat rapport in Rotterdam alleen al 2500 kinderen die het afgelopen schooljaar ongeveer een jaar thuis hebben gezeten. “Dat zijn tachtig klassen die een jaar thuis hebben gezeten,” zegt Goudsmit. Het raakt haar zichtbaar omdat ze weet wat het met kinderen doet. “Ieder kind heeft het recht om zich te ontwikkelen. En bij deze kinderen zie ik: het leven staat stil. Het staat te wachten en gaat maar niet beginnen.”
Het gaat bij deze thuiszitters niet om kinderen die spijbelen, maar om kinderen die met toestemming van school thuis zitten omdat ze ziek zijn, wachten op zorg of een passende plek in het onderwijs. Deze kinderen zijn dus niet bekend bij gemeenten, omdat scholen geen plicht hebben om ze te melden, en worden niet meegenomen in de officiële cijfers van de overheid. Ingrado, de landelijke vereniging voor leerplicht, schat dat de echte cijfers acht keer hoger liggen. “De gemeente kent deze groep dus onvoldoende om goed beleid te maken. Als je de kinderen niet kent, kun je het probleem ook niet oplossen”, stelt de kinderombudsvrouw.
Binnenboord houden
Wat maakt het zo lastig voor scholen om alle kinderen binnenboord te houden? Er zijn veel "hokjes" die bepalen wanneer een kind wordt doorverwezen naar de juiste ondersteuning. Als we als school iets bij een leerling signaleren, kunnen we niet snel zeggen: dan gaan we dit of dat doen,” zegt Leo van ‘t Spijker, directeur onderwijs van Portus scholengroep. Op een aantal van 4200 leerlingen hebben zij 35 thuiszitters.
"Stel, een leerling kampt met angsten en paniekaanvallen en durft niet meer naar school. Dit moet behandeld worden door een psycholoog, waarvoor een verwijzing nodig is die via het wijkteam loopt. Bij het wijkteam en zorgverleners zijn er wachttijden, en vervolgens zit het kind thuis zonder dat er iets gebeurt," legt Van 't Spijker uit. Met de Binnenhaven wil Portus verwijzingen naar externe zorg vermijden en kinderen dicht bij de school in een veilige setting snel kunnen helpen. Zodat de stap terug naar onderwijs kleiner wordt.
Het systeem
Dat het systeem voor een thuiszitter complex en ondoorzichtig is, beaamt ook kinderombudsvrouw Stans Goudsmit. “Dat noemen wij de ‘loketten-jungle’. Er zijn loketten waar je terecht kunt voor een beetje onderwijs en je hebt loketten waar je terecht kan voor een beetje zorg. En dan heb je nog de loketten van de gemeente. Ouders raken daardoor de weg kwijt”, aldus Goudsmit. Daarmee gaat kostbare tijd verloren. Hoe langer een kind thuis zit, hoe moeilijker het is om weer naar school te gaan.
Ook professionals ervaren deze jungle. Ze wenden zich gefrustreerd tot de kinderombudsvrouw, omdat ze te veel tijd kwijt zijn aan het zoeken naar geschikte hulp voor kinderen. Ze lopen vast in hun eigen systemen. Een helder overzicht, dat is er onder andere nodig volgens Goudsmit. Wat is er überhaupt aan aanbod en wat zijn de wachttijden?
Maar wat volgens haar nog belangrijker is dat onderwijs en zorg veel beter gaan samenwerken. “Wat we nu zien is dat onderwijs een stapje achteruit doet, als een kind zorg nodig heeft. Want ja: eerst zorg”, zegt Goudsmit. “En wij zeggen: kinderrechten gelden niet na elkaar, maar naast elkaar. Als een kind zorg nodig heeft, moet je ook vragen: heb je behoefte aan onderwijs? En hoe gaan we zorgen dat we dat geregeld krijgen voor jou?”
Sociale contacten
In de Binnenhaven druppelen langzaam kinderen binnen. Ze verzamelen zich rond de grote tafel, zoals elke dag, om gezamenlijk een spelletje te spelen en daarna ieder aan hun eigen schoolprogramma te werken. “Als je lang thuis zit, mis je het contact met je klas, de sfeer, het op school zijn”, zegt Carlijn Roozemond. “Die sociale contacten zijn een heel belangrijk onderdeel.”
Hoewel Roozemond ontzettend blij is dat ze in korte tijd een aantal leerlingen hebben kunnen opvangen, blijft het probleem onverminderd groot: “Dat vind ik zelf ook moeilijk om te zien. Want je weet: er zijn nog duizenden kinderen in heel Nederland. Hoe worden zij opgevangen? En hoe houd je ze betrokken bij het onderwijs?”
Maar ze houdt hoop voor de toekomst. “Ik denk dat het echt kan helpen als er meer van dit soort kleinschalige initiatieven komen, waarbij je leerlingen echt kan vasthouden. Dat ook wanneer ze niet opdagen, dat je naar ze toe gaat of dat je ze belt of appt, dat je er echt achteraan gaat.”
Kijk hieronder de uitzending van Pointer over thuiszitters: