“Je bent aan het laden en lossen terwijl je eigenlijk je verplichte rust moet nemen”, zegt vrachtwagenchauffeur Ronald*. “Scheelt het bedrijf weer geld, want je kan meer doen in je diensttijd. Terwijl de baas zijn normale nachtrust pakt, moeten wij truckers gewoon doorgaan. De economie gaat door en voor jou honderd anderen.” Dit horen we van meer truckers: de werkdruk in de transportsector is hoog, je hebt te maken met strakke planningen en als je er wat van zegt tegen je baas, wordt er gedreigd met ontslag.
We spreken de vrachtwagenchauffeurs voor ons onderzoek naar arbeidsomstandigheden.
“Transportbedrijven voeren steeds de druk op”, vertelt ook trucker Peter*. “Met steeds meer klanten in je diensttijd. Daardoor voel je je opgejaagd en krijg je stress. Als je vraagt: kan het wat minder? Zeggen ze: “Nee, dat kan niet, het is druk. Het is even niet anders”.” Peter zit nu al meer dan een jaar in de ziektewet en hij is langzaam aan het re-integreren. “Maar tijdens de re-integratie proberen ze de druk er al weer op te zetten. Ik hoop echt op betere werkomstandigheden.”
We horen ook van andere chauffeurs over werkdruk en stress. Niet zelden worden dan de rijtijden - zoals die zijn voorgeschreven in de rij- en rusttijdenwet - overschreden.
Zo zegt vrachtwagenchauffeur Roelof Bonte: “Dat overschrijden van de rijtijden, dat is al zo oud als de weg naar Rome. Als het om werkdruk gaat, heeft digitalisering niet voor verbetering gezorgd. Ik werk al twintig jaar (via een transportbedrijf, red.) voor Albert Heijn. Via de boordcomputer in mijn vrachtwagen kijken zowel mijn baas als Albert Heijn de hele tijd mee. Je hebt te maken met heel strakke tijden. Ik rijd nu bijvoorbeeld naar Arnhem. Ik moet daar om 17.30 uur lossen en dan om 18.05 uur weer weg. Om 18.31 uur moet ik weer bij een andere winkel zijn. Daar heb ik exact 29 minuten om te lossen. Ik word daar niet zenuwachtig van, maar veel jonge collega’s wel.”
Bonte vervolgt: “De transportsector vormt de ruggengraat van onze economie. Iedereen vindt het heel normaal dat pakketjes op tijd zijn, dat de winkels zijn gevuld. Maar het moet allemaal voor een schijntje. En dat voelen de chauffeurs.”
Afgelopen tien jaar is alles verslechterd, zegt ook trucker Rob Bevers. “Strakke planningen, vijftien adressen waar je moet zijn, maar na twaalf keer lossen is je tijd op. Ik rijd dan naar huis, maar dat doet niet iedereen. Het ligt aan jezelf of jij je onder druk laat zetten om de rijtijden te overtreden. Het ligt aan het karakter van de chauffeur. Wat niet kan, kan niet.”
Inspectie heeft weinig inspecteurs
Er is toezicht op de rijtijden. Door middel van het uitlezen van de tachograaf in de vrachtwagen (die bijhoudt wanneer de vrachtwagen rijdt en wanneer stilstaat) controleert de Inspectie voor Leefomgeving en Transport (ILT) de naleving van de rij- en rusttijdenwet. Heb je te lang doorgereden, dan laat de tachograaf dat zien en volgt een boete; hij kan wel tot 28 dagen terug worden uitgelezen.
ILT heeft echter relatief weinig inspecteurs. Peter: “We worden in Nederland bijna niet gecontroleerd. Het bedrijf waarvoor ik werk laat chauffeurs te lang doorrijden, maar calculeert de eventuele boetes in. Dan zijn ze uiteindelijk goedkoper uit. In het buitenland kun je overigens wel fikse boetes van twee- a drieduizend euro krijgen voor te lang rijden.” Ook Bonte beaamt dit. “Ik ben twaalf jaar geleden voor het laatste gecontroleerd door de ILT.”
Als we ILT om een reactie vragen, laat een woordvoerder weten: “Het toezicht van de ILT richt zich op eerlijk en veilig wegtransport. De ILT handhaaft structureel op de regels voor arbeids-, rij- en rusttijden met als doel: het tegengaan van concurrentievervalsing in de transportsector, het waarborgen van de veiligheid, gezondheid en het welzijn van chauffeurs én de veiligheid van andere weggebruikers. Echter, de coronacrisis heeft grote impact gehad op de werkzaamheden van de ILT. Een deel van het toezicht heeft op afstand plaats kunnen vinden, maar het aantal inspecties ter plaatse is de afgelopen maanden fors lager geweest.”
Een hoop gepuzzel
Trucker Jaco van het Kruis heeft het er mee te doen. “Die rijtijdenwet bezorgt je alleen maar stress. In de pauzes die je hebt, ben je vaak aan het uitzoeken waar je ‘s avonds terecht moet komen. Want op de parkeerplaatsen is geen plek, dus je moet goed puzzelen, waar je je wagen neer kan zetten. Het rijden doe ik al vijfendertig jaar en vind ik leuk, maar door dat gezeur met die rijtijden zou ik het liefst gelijk stoppen. Aan het einde van de week kom je moe thuis door al dat gepuzzel. Vroeger (voordat de rij- en rusttijdenwet er was, red.) klopte er weinig van mijn rijtijd, maar was ik wel veel fitter dan nu. Dan ging je rond de middag wel eens een uurtje op bed liggen en kon je de rest van de dag weer fit verder.”
*Deze namen in dit stuk zijn gefingeerd, volledige namen zijn op de redactie bekend.