Na onze uitzending over de toename van ongezond eten in ons straatbeeld, komen we in contact met moeder Marit, opa Koos en vader Lucas. Zij verbazen zich niet alleen over het ongezonde eten, maar vooral ook over de hoeveelheid frisdrank die ze dagelijks tegenkomen. “Er zijn in mijn woonplaats winkels die voor de helft bestaan uit pallets en pallets vol frisdrank voor een habbekrats.”
In ons onderzoek VET!, waarin we ontrafelen wat er allemaal van invloed is op hoe gezond kinderen opgroeien, krijgen we frisdrankfoto’s toegestuurd van moeder Marit*. Zij blijft liever anoniem, maar uit wel haar zorgen bij ons: '”Het valt me op dat supermarkten en groentewinkels hele pallets en schappen vol frisdrank en energydrinks in de winkel hebben staan. Er zijn in mijn woonplaats zelfs winkels die voor de helft bestaan uit pallets en pallets vol frisdrank voor een habbekrats.” Ze staan soms ook voor de winkel opgesteld, meldt ze: “Om zo mee te grijpen voor passerende scholieren.”
Marit vindt deze ‘frisdrank-ellende’ zorgwekkend omdat het advies van de Gezondheidsraad is om zo min mogelijk drankjes met suiker te drinken. “Hoe kan het dat die suikers zo goedkoop en gemakkelijk voor het grijpen liggen? Ben ik nou gek of is de omgeving steeds verder aan het verzoeten?”
Red Bull-autootjes
Marit is niet de enige die haar zorgen uit. Ook opa Koos Tiemersma zet vraagtekens bij alle subtiele frisdrankmarketing om kinderen heen: “Mijn kleinzoon van zeven speelt bijvoorbeeld met Red Bull-autootjes. Dat merk staat dus nu al in zijn geheugen gegrift.” Het is niet zo dat zijn kleinzoon het nu ook al drinkt, maar hij vraagt zich wel af hoe normaal kinderen iets gaan vinden als ze het dag in dag uit voorbij zien komen. “Wat er gebeurt er als mijn kleinzoon straks vijftien is, door de supermarkt loopt en het vertrouwde merk van zijn speelautootjes ziet?”
“Overal cola en chocoladebonbons”
Van Lucas Stuurman, vader en jeugdarts in Amsterdam, krijgen we eveneens foto’s van stapels frisdrank die hij ziet in zijn supermarkt. “Voordat ik überhaupt door de poortjes ben, loop ik al tegen een stand met cola aan, om daarna op een muur van chocoladebonbons te stuiten.” Het is allemaal snoep en frisdrank wat hij ziet en daar ergert hij zich groen en geel aan. Stuurman: “Ondertussen zie ik de kinderen op mijn spreekuur dikker en dikker worden: 9-jarigen van soms wel 80 kilo. Ik kan mijn ogen hier niet voor sluiten.”
Meer dan 17 suikerklontjes per dag
Zijn het vooral kinderen en jongeren die zoete dranken drinken? Het lijkt er wel op. Het Nationale Frisse Drankenonderzoek laat zien dat generatie Z (van 14 tot 24 jaar) de grootste groep is die zeker 1 keer per maand frisdrank drinkt. Wat jongere kinderen aan frisdranken en sappen drinken, heeft de Nederlandse vereniging Frisdranken, Waters, Sappen (FWS) niet gemeten. Het RIVM meet wel wat Nederlanders aan suikers binnenkrijgen. Zij schrijft in haar laatste peiling (2012-2016): “Voor kinderen en met name de tieners is de consumptie van toegevoegde suikers en vrije suikers gemiddeld hoger dan voor volwassenen.” Kinderen eten gemiddeld zo'n 70 gram toegevoegd suiker per dag, lezen we daar. Dat zijn zo'n 17,5 suikerklontjes per dag. (een suikerklontje is ongeveer 4 gram)
Is dat veel? Een echte norm van hoeveel toegevoegd suiker je per dag mag, is er niet, zegt het Voedingscentrum als we het vragen. Wat ze wel kunnen zeggen is dat de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) stelt dat 10 procent van de dagelijkse energiebehoefte uit vrije suikers mag bestaan. Vrije suikers zijn toegevoegde suikers plus de suikers die van nature aanwezig zijn in honing, siropen, vruchtensappen en vruchtenconcentraat. (Maar suikers die van nature aanwezig zijn in fruit, groente en zuivel vallen dan weer niet onder vrije suikers. Die komen er dus nog bij. Volg je het nog? Als je meer wil weten over suikers kun je hier verder lezen bij het Voedingscentrum.)
Kwart suikers komt uit zoete dranken
Even terug naar hoeveel suiker je mag: dat wisselt dus per persoon omdat iedereen een andere energiebehoefte heeft. Het Diabetesfonds rekent ons hier wel grof voor dat een kind in de leeftijdscategorie 9 tot 12 jaar op basis van het WHO-advies dus ongeveer 51 gram aan vrije suikers per dag mag. Dat is dus veel minder dan de 70 gram die ze binnenkrijgen volgens het RIVM. En hoeveel van al die suikers krijgen kinderen dan binnen door het drinken van zoete dranken? 28 procent van de suikerinname komt –logischerwijs- uit suiker en snoepgoed, berekende het RIVM, maar ze berekende ook dat maar liefst 24 procent naar binnen wordt geklokt via suikerhoudende dranken.
*Naam bekend bij de redactie.