De Plastic Soup Foundation stoort zich aan het plastic dat in de natuur terechtkomt wanneer wandelpaden worden aangelegd met recyclinggranulaat, een hernieuwde grondstof gemaakt van bouwpuin. Harmen Spek van de foundation reageert op ons onderzoek hiernaar. “We moeten gewoon niet willen dat miljoenen kilo’s plastic op een legale manier in het milieu worden gebracht.”

Het gerecyclede bouwpuin, dat onder andere wordt gebruikt voor de verharding van paden in natuurgebieden, mag namelijk tot 1 procent van het gewicht uit plastic bouwafval bestaan, zoals pluggen, isolatiemateriaal, elektriciteitsdraden, stukjes pvc-buis of een hoekje van een kunststof raamkozijn. Die norm is vastgesteld door de markt zelf.

Die 1 procent plastic is heel veel, stelt Harmen Spek, manager Innovations & Solutions bij de Plastic Soup Foundation. Want per jaar komt er zo’n 23 miljoen ton aan puin vrij dat wordt bewerkt tot recyclinggranulaat. Toen de producteisen voor recyclinggranulaat (BRL 2506) 2 jaar geleden opnieuw onder de loep werd genomen schreven ze daarom een zienswijze aan de Stichting Beheer BRL 2506, met als doel een aanscherping van de plasticnorm.

Zienswijze Plastic Soup Foundation

Amsterdam/Utrecht, 21 maart 2019

Geachte bestuur van de Stichting Beheer BRL 2065,

(…) Aangezien volgens uw eigen opgave in Nederland jaarlijks ongeveer 23 miljoen ton puin vrijkomt, mag aangenomen worden dat er via toegepast recyclinggranulaat elk jaar miljoenen kilo’s in de openbare ruimte terecht komt (…) Wij pleiten ervoor dat plastic uit al het recyclinggranulaat wordt verwijderd vóór toepassing.

Met vriendelijke groet,

Plastic Soup Foundation
Recycling Netwerk

Die aanscherping van de norm kwam er niet. Volgens de huidige regelgeving, zoals beschreven in de BRL 2506, mag recyclinggranulaat nog steeds tot 1 procent van het totaalgewicht aan plastic bevatten. Een snelle rekensom leert ons inderdaad dat door het gebruik van recyclinggranulaat jaarlijks mogelijkerwijs miljoenen kilo’s plastic onder de grond verdwijnen. Hoewel het gros van het granulaat belandt onder een met asfalt bedekte (snel)weg of wordt hergebruikt in beton, ligt het soms ook open en bloot op een wandelpad in de natuur. Hoe erg is dat?

“Ik vind dat echt zorgwekkend”, zegt Harmen Spek. “Plastic raak je namelijk nooit kwijt. Als het in aanraking met zonlicht komt wordt het steeds kleiner en uiteindelijk verpulverd het tot microplastic, dat gaat nooit meer weg. Over een eeuw zit het er nog steeds. Daarnaast is er altijd frictie op zo’n pad, ook als het afgedekt is met een toplaag. En waar frictie is, is slijtage.”

Lappendeken

Naar het effect van microplastics in de bodem is nog niet veel wetenschappelijk onderzoek gedaan, maar volgens Spek geven de eerste signalen er alle reden toe om ons daar zorgen over te maken. “We moeten gewoon niet willen dat miljoenen kilo’s plastic op een legale manier in het milieu worden gebracht. Je wil geen plastic in zee, je wil geen plastic in water, maar je wil het ook zeker niet op het land. We zijn zo ontzettend afhankelijk van de bodem, die al steeds meer uitgeput raakt door intensieve landbouw, en dan krijg je dit er ook nog eens bij.”

Het omlaag brengen van de plasticnorm in recyclinggranulaat blijft daarom op de agenda staan bij de Plastic Soup Foundation. “Wij pleiten voor dezelfde norm die geldt voor grond en baggerspecie volgens de Regeling bodemkwaliteit, dat wil zeggen dat deze bij toepassing slechts ‘sporadisch’ plastic mag bevatten. Dat betekent ‘in principe geen’. Het is gewoon onzinnig dat we accepteren dat plastic onderdeel is van de grondstof.”

Wil je op de hoogte blijven van dit onderzoek?

Meld je aan voor de nieuwsbrief.

Makers