Als het aan de burgemeester en wethouders van Zwolle ligt, komt er een meerjarig onderzoek naar geroofd Joods vastgoed tijdens de Tweede Wereldoorlog. Dat maakte de gemeente Zwolle gisteren bekend. Aanleiding is het onderzoek dat Pointer deed naar de Vastgoedboeken van de Duitse bezetter. Het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie en Genocidestudies (NIOD) moet het onderzoek gaan uitvoeren.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden panden van Joodse eigenaren onteigend en in beheer gesteld van de Niederländische Grundstücksverwaltung om vervolgens door te worden verkocht aan louche makelaars. In Zwolle werden 78 percelen geroofd en doorverkocht. Het onderzoek naar de Vastgoedboeken van de Duitse bezetter maakte in Zwolle veel los. Het voorstel van het College van B&W om onderzoek te doen naar geroofd (on)roerend goed moet nog door de gemeenteraad worden aangenomen.
De focus van het onderzoek ligt niet alleen op het geroofde vastgoed, maar de gemeente wil ook het opleggen van achterstallige belastingen en andere manieren van kil en bureaucratisch optreden van de gemeente na de oorlog bij het onderzoek betrekken. Zwolle is één van de 34 gemeenten die momenteel onderzoek doen, of onderzoek hebben gedaan. Eerder beschreef Pointer het verhaal van de Zwolse fietsenmaker Geerink, die tijdens de oorlog tien panden kocht van Joodse bewoners en daarbij vijf Joden verraadde.