De Lakenvelder, de Fries Hollandse koe, de Blaarkop, het Brandrode Rund, de Witrik en de Fries Hollandse koe: dit zijn de zeldzame rundveerassen in Nederland. In totaal gaat het om zo’n 9200 oerkoeien, 0,25% van alle Nederlandse koeien. Hun status is bedreigd of zelfs kritiek, maar door de nieuwe fosfaatregels dreigen ze echt te verdwijnen. Dat stellen boeren die zeldzame koeien hebben, zoals Tessa en Wim Ram: ‘Ons bedrijf gaat kapot aan de nieuwe mestwet’.
‘Wij zijn een natuurboerderij en fokken met de zeldzame runderrassen de Lakenvelder en de Blaarkop,’ zo schrijven Tessa en Wim ons. ‘Als er geen uitzondering komt voor deze koeienrassen moeten wij noodgedwongen stoppen met ons bedrijf en gaan alle koeien naar de slacht. Omdat wij de dure fosfaatrechten niet kunnen betalen, lopen wij het risico op een enorme boete en zijn wij een crowdfunding campagne gestart.’
Afschaffen melkquotum
Wat is er aan de hand? In Nederland is een koeienoverschot en dus ook een mestoverschot.
Het koeienoverschot komt doordat in april 2015 het melkquotum werd afgeschaft, waardoor boeren veel meer melkkoeien kochten. Maar al deze extra koeien zorgden voor meer mest en fosfaten, en dat is schadelijk voor het milieu. Hierdoor overschrijdt Nederland de Europese fosfaatregels.
Voormalig staatssecretaris van Economische Zaken Martijn van Dam moest ingrijpen. Hij stelde in 2017 het fosfaatreductieplan in om de veestapel te laten krimpen. Boeren met melkkoeien mochten niet meer dieren hebben dan ze hadden op 2 juli 2015. Voor vleeskoeien was de peildatum 15 december 2016. Alle koeien die na die datum zijn gekocht of geboren moesten weg.
Uitzondering
Bij dit fosfaatreductieplan werd er een uitzondering gemaakt voor de zeldzame runderrassen. Van Dam schreef hierover in een Kamerbrief: ‘Omdat ik het van belang vind dat deze runderrassen in stand worden gehouden, heb ik in overleg met de Stichting Zeldzame Huisdierrassen (SZH, de stichting die opkomt voor boeren met zeldzame runderrassen, red.) afspraken gemaakt om de negatieve effecten van de regeling te verminderen.’
Fosfaatrechten
Sinds 1 januari 2018 is er nieuwe fosfaatwetgeving: veehouders moeten volgens de nieuwe regels hun veestapel inkrimpen of dure fosfaatrechten bijkopen. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) berekent op basis van het aantal koeien dat een boer op 2 juli 2015 had hoeveel fosfaatrechten die boer krijgt en dus hoeveel koeien die boer mag hebben. De koeien die teveel zijn moeten weg of worden geslacht of er moet een geldbedrag per koe worden betaald: je koopt dan een fosfaatrecht. Doe je dat niet, dan krijg je als boer een boete.
Het ministerie maakt in dit nieuwe systeem echter geen uitzondering of het gaat om een zeldzaam met uitsterven bedreigd runderras als de Lakenvelder of een ‘ordinaire’ zwartbonte Holstein waar er ruim 1,2 miljoen van zijn. Deze willekeur is Geert Boink, voorzitter van de SZH, een doorn in het oog. ‘Ze zijn ons gewoon vergeten. Het gaat om zeldzame koeien die een onderdeel zijn van ons culturele erfgoed. Je hebt voor de biodiversiteit een minimaal aantal koeien nodig om inteelt te voorkomen.’
Slachten
Uit een door de SZH gehouden enquête onder melkveehouders van zeldzame koeien blijkt dat een derde van de boerenbedrijven hun zeldzame koeien zal laten slachten, inkruisen of afvoeren. Boink zegt: ‘De nood is hoog. We kunnen geen dag meer wachten. Er gaan nu al koeien naar de slacht, die eigenlijk behouden hadden moeten worden. We kunnen geen uitstel meer hebben. Het is nu al vijf over twaalf.’
Minister Carola Schouten van Landbouw heeft duidelijk gemaakt dat de nieuwe fosfaatwetgeving geen ruimte laat voor uitzonderingen. Wel bekijkt ze momenteel welke ‘passende mogelijkheden er zijn om het behoud van oud-Hollandse rundveerassen verder te ondersteunen.’