Het afvoerputje van de psychiatrie, zo beschrijven verschillende oud-patiënten en professionals in de GGZ de klinieken intensieve behandeling. Na de sluiting van de KIB in Amsterdam zijn er nog twee over voor psychiatrische patiënten zonder gevangenisstraf of verstandelijke beperking: het CIB (Centrum Intensieve Behandeling) van Parnassia in Den Haag en de KIB (Kliniek Intensieve Behandeling) van GGzE in Eindhoven. Beide liggen onder vuur na kritiek van oud-patiënten en hun naasten. “Het is makkelijker om een euthanasietraject te beginnen, dan om goede zorg te krijgen.”
De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) bracht in november een kritisch inspectierapport uit over het CIB. Begin december presenteerde patiëntenorganisatie MIND een rapport over 126 meldingen die ze kregen over het beleid dat in deze klinieken gehanteerd wordt. De signalen sluiten aan bij de twintig oud-patiënten van de KIB en het CIB en naasten die Pointer sprak.
Klinieken voor intensieve behandeling
In het CIB kan je terecht voor een time-out van 3 tot 6 maanden, een diagnosetraject en een behandeling van 12 maanden. Bij die time-out is het doel vooral om het personeel van de kliniek waar iemand eerder zat te ontlasten. Er is een open en een gesloten afdeling. De klachten gaan vooral over de gesloten afdeling.
Verschillende professionals uit de GGZ omschreven het CIB en de KIB als het afvoerputje van de psychiatrie. Er komen mensen die al een lange voorgeschiedenis hebben in verschillende klinieken, waarbij de behandeling is vastgelopen. Iedereen erkent dat het een lastige doelgroep is, waarvan veel behandelaren niet meer goed weten wat ze ermee aan moeten. Ook voor de patiënt is het soms een laatste hoop om behandeling te krijgen.
De patiëntenpopulatie is volgens de IGJ de afgelopen jaren veranderd en bestaat tegenwoordig op een enkele uitzondering na uit jonge vrouwen met ernstige (meervoudige) persoonlijkheidsproblematiek. Denk aan borderline persoonlijkheidsstoornis, eetstoornissen, depressie, PTSS, verslaving, verward gedrag, agressie, suïcidaliteit en heftige zelfbeschadiging. Ze wonen tussen opnames door vaak nog bij hun ouders, en hebben voordat ze op het CIB komen al een lange voorgeschiedenis in de specialistische GGZ en/of jeugdzorg. Een oud-cliënt vertelt: “Het was een onvoorspelbare omgeving. Een klein vlammetje kan omslaan in een laaiend vuur. Vrouwen gingen elkaar overtroeven in zelfdestructie.”
Meldpunt
Het MIND-rapport bekritiseert de uitvoering van het autonomiebevorderend beleid, ook wel hoogrisicobeleid genoemd, dat bedoeld is om bij mensen die chronisch suïcidaal zijn of aan zelfbeschadiging doen, patronen en gedrag te doorbreken. Het doel is dat mensen weer eigen regie over hun leven nemen. Dit beleid kan positief uitpakken, maar op sommige plekken werkt het beleid eerder averechts, door onvoldoende warmte, structuur en veiligheid. Van de binnengekomen 126 meldingen was het overgrote deel negatief. 34 meldingen gingen over het CIB in Den Haag, 9 over de KIB in Eindhoven.
Uit het rapport van MIND en citaten uit gesprekken van Pointer met oud-cliënten en hun naasten komen een aantal opvallende elementen naar voren.
Zo zeggen mensen nieuwe trauma's op te doen tijdens de behandeling. “Ik heb er bij het CIB trauma's bijgekregen. Ik ben nog steeds in therapie, maar ik kom niet verder, omdat ik steeds herbelevingen heb van mijn tijd in het CIB”, vertelt de 26-jarige Noah.
Cliënten voelen zich ook overvraagd. Zo zegt een van hen: “Er wordt van je verwacht dat je alles zelf doet. Dat je zelf naar het personeel stapt als je in crisis bent en dat je zoveel mogelijk eigen keuzes maakt. Als je in dissociatie bent, dat je er zelf uit probeert te komen. Ik kan dat gewoon niet.”
Cliënten klagen bovendien over een kille bejegening. “Als ik iemand die overstuur was wilde troosten, mocht dat niet. Je moest je op je eigen proces concentreren”, stelt een cliënt. Reeds bestaande gevoelens van lage eigenwaarde werden bij cliënten versterkt. “Soms ging ik denken dat ik het wel verdiend zou hebben dat er zo met mij omgegaan werd.”
Verwachtingen niet waargemaakt
In de klinieken intensieve behandeling verwachten mensen een intensieve behandeling, maar krijgen die niet, zo zeggen ze. “Ik kwam in de KIB met een trauma, maar het enige contactmoment was tijdens een wekelijks kwartiertje groepstherapie”, vertelt de 37-jarige Geertje. “Als ik daar over mijn trauma begon, zeiden ze: ‘We merken dat het niet goed met je gaat, we brengen je terug naar je kamer’. Dus je leert eigenlijk om geen emoties te hebben.” Een andere oud-cliënt vertelt: “Het is makkelijker om een euthanasietraject te beginnen, dan om goede zorg te krijgen.”
Er wordt buitensporig veel dwang toegepast, met name separaties. “Voor en na mijn tijd in het CIB ben ik nooit gesepareerd”, vertelt Noah. “In het CIB ben ik voor situaties waar ik eerder ook in gezeten had, zoals paniek, wel gesepareerd. Als bepaalde verpleegkundigen aan het werk waren, wist ik dat er iemand gesepareerd ging worden.”
Het taboe op het vragen van hulp wordt bij cliënten daarom mettertijd steeds groter. “Als je te maken hebt gehad met suïcidaliteit leer je dat je hulp moet zoeken. Maar als je lastig wordt gevonden als je hulp zoekt, dan leer je dat je er niet mag zijn. Dan lijkt het alsof jouw leven niks waard is.”
Ook is er sprake van een gevaarlijke omgang met suïcidaliteit en ernstige zelfbeschadiging. “Mijn zus slikte vaak voorwerpen in”, vertelt Natasja (36). Haar zus zat zowel in het CIB als de KIB en heeft zich op die laatste plek gesuïcideerd. “Er was een regel dat ze haar niet meer naar de dokter zouden sturen. Later kwam ze alsnog in het ziekenhuis en zeiden artsen dat ze schade hadden kunnen voorkomen als ze eerder gestuurd was.” Verschillende mensen vertellen ook over cynische opmerkingen van personeel na een suïcidepoging. “Ik kwam een keer terug van verlof na enorm bloedverlies door zelfbeschadiging. Ze zeiden: ‘Het is je eigen schuld’”, aldus een oud-cliënt.
Naasten worden vaak buitenspel gezet door de klinieken. “Ik kreeg een formulier waarop standaard aangevinkt stond dat ouders niet op de hoogte gesteld mochten worden”, vertelt een van de cliënten. “Ze sluiten je af van je familie. Autonomiebevorderend familiebeleid heet dat. Familie werd alleen gebeld in levensbedreigende situaties.”
Veel mensen gaven bij het meldpunt van MIND en aan Pointer aan dat ze slechter uit de behandeling van het CIB en de KIB kwamen, dan ze erin gingen. Ze hadden soms zelfs therapie nodig om het trauma dat in de hulpverlening was ontstaan te verwerken. Zoals de 30-jarige Marcella vertelt over het trauma dat ze bij de KIB opliep: “Daardoor raakte ik het vertrouwen in hulpverlening kwijt.”
Kritiek op het CIB
In de media zijn het afgelopen jaar verschillende negatieve verhalen over het CIB in Den Haag naar buiten gekomen. In Trouw vertelde een moeder over haar dochter die op 19-jarige leeftijd meer dan 7 maanden in een isoleercel doorbracht. Verschillende vertrouwenspersonen trokken aan de bel bij Parnassia, maar alternatieven voor separatie werden tegengehouden en er werd niet erkend dat de behandeling mislukt was. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd meende dat de uitleg van Parnassia ‘navolgbaar’ was en greep ook niet in.
In het AD vertelden verschillende ouders over het ‘harteloze regime’ in het CIB. Ouders en andere naasten kwamen bij elkaar om hun ervaringen te delen en vonden steun in de lokale politiek. Parnassia kondigde daarop aan om hun behandeling in het CIB opnieuw vorm te geven. Over hoe de nieuwe behandeling er per mei 2025 uit moet zien is nog geen duidelijkheid.
De IGJ was in haar inspectierapport kritisch op het beleid van het CIB. De IGJ stelt dat de verwachtingen van cliënten en hun naasten niet waargemaakt worden door het CIB. Ze hopen op behandeling voor hun problematiek, maar ervaren wat ze meemaken niet als een behandeling. De relatie met het behandelend team wordt door cliënten beschreven als ‘een machtsverhouding’ waarin vaak bestraffend opgetreden wordt.
Parnassia wil met een verbeterplan zorgen over bejegening en het betrekken van naasten aandacht geven, schrijft de IGJ. Ook willen ze separaties terugdringen en voorkomen. Verschillende ouders waren in reactie op het rapport nog niet gerustgesteld dat met deze nieuwe koers en het rapport van de IGJ hun zorgen weggenomen gaan worden. Parnassia wil tegen Pointer niet reageren op de rapporten van MIND en de IGJ en verwijzen naar het statement op hun site over de transformatie van het CIB.
De beroepsvereniging van verpleegkundigen V&VN stelt in een reactie op het rapport van MIND dat autonomiebevorderend beleid niet mag betekenen dat iemand geen zorg ontvangt. “Het vereist juist een intensieve, persoonlijke aanpak waarbij de patiënt centraal staat.” De beroepsvereniging van psychiaters, de NVVP, zegt dat bij autonomie bevordend beleid noodzakelijke zorgvuldigheid, betrokkenheid en evaluatie bij sommige gevallen in het MIND-rapport niet aanwezig zijn.
Nic Vos de Wael, die het rapport voor MIND schreef, ziet dat patiënten met een andere uitvoering van het beleid veel meer vooruitgang boeken, waar het bij het CIB en andere plekken vaak steeds slechter met mensen gaat. “Veel mensen geven aan dat ze later hersteld zijn door een passende en liefdevolle benadering.”
Bekijk hieronder de uitzending van Pointer over separatie in de GGZ: