De 81-jarige moeder van Marjolein Lotens (50) lijdt aan Alzheimer en heeft daarom steeds meer zorg nodig. Eigenlijk gaat het thuis niet meer, vertelt haar dochter, maar het verpleeghuis waar haar moeder naartoe wil heeft een wachtlijst van een jaar. Omdat ook de thuiszorg maar beperkt langskomt maakt Marjolein zich grote zorgen. “Je hoopt iedere keer dat het niet te erg is wat je aantreft.” Maar uiteindelijk gaat het toch mis.
In de afgelopen jaren ziet Marjolein hoe het langzaam steeds slechter gaat met haar moeder. Moeder Toos kookt bijvoorbeeld niet meer voor zichzelf, is regelmatig duizelig en vergeet soms zelfs haar medicijnen voor diabetes. Eén keer treft Marjolein haar moeder aan en blijkt dat ze niet heeft geslapen. “Ze kreeg de lampen boven de eettafel niet uit, dus is ze wakker gebleven”.
“Thuiszorg binnen 10 minuten de deur uit”
Marjolein maakt zich zorgen over haar moeder, zeker op de momenten dat ze er zelf niet kan zijn om een oogje in het zeil te houden. Ook de thuiszorg die ze inhuurt om de tijd op de wachtlijst te overbruggen, kan haar ongerustheid niet wegnemen. Marjolein: “Thuiszorg vertelde mij bijvoorbeeld dat ze niet de zorg kunnen bieden die ze willen. Die verzorgers draaien vaak dubbele diensten en zijn al na 10 minuten weer de deur uit.”
In oktober 2021 gaat het goed mis en gebeurt waar Marjolein al die tijd voor vreest, Toos komt midden in de nacht ten val en kan van de pijn niet meer opstaan. Met haar schoen tegen de verwarming weet Toos de buren te alarmeren. “Gelukkig had ze deze afspraak met de buren en konden zij de deur forceren en een ambulance bellen”, vertelt Marjolein.
Mantelzorger zwaar belast
We komen in contact met haar voor ons onderzoek ‘Dementiezorg onder druk’. Daarin onderzoeken we hoe de druk op de zorg en de mantelzorger toeneemt door de groeiende groep ouderen met (complexe vormen van) dementie. Volgens Alzheimer Nederland telt Nederland in 2021 ruim 800 duizend mantelzorgers die zorgen voor iemand met dementie. In de dementiemonitor geeft ruim de helft van hen (53 procent) aan zwaar belast te zijn, 3 procent is zelfs overbelast.
Ook Marjolein merkt dat het zwaar is om voor een naaste met dementie te zorgen. Zeker op het moment dat haar moeder eigenlijk al een indicatie heeft voor het verpleeghuis en op de wachtlijst terecht komt. “Op dat moment dacht ik nog dat het wel zou gaan, een jaartje overbruggen, maar je kunt niet in de toekomst kijken en zien hoe het ziektebeeld zal verlopen. Ik verzorg haar met liefde en ben ook van het kaliber dat altijd doorgaat, maar het is heel belastend en je doet jezelf regelmatig tekort. Er zijn maar zoveel uren in een dag en ik heb ook een gezin en een baan.”
Zakje voor ontlasting
De val van moeder Toos blijkt uiteindelijk ook haar ‘redding’ te zijn. “Mijn moeder bleek gelukkig geen ernstige verwondingen te hebben overgehouden aan de val, maar ze maakte wel een verwarde indruk. De artsen hebben toen besloten om haar in het ziekenhuis te houden en ze kreeg urgentie voor een plek in het verpleeghuis.”
Acht weken ligt Toos in het ziekenhuis te wachten. Niet de meest geschikte plek voor mensen met dementie, zo merkt Marjolein op. “Ze zijn daar niet opgeleid voor deze zorg, ze zijn gericht op herstel en niet op verzorging. Mijn moeder kreeg een zakje voor ontlasting, omdat niemand tijd had om regelmatig met haar naar de wc te gaan. Ze werd in een rolstoel gezet, met een plank ervoor zodat ze niet weg kon. Een tent om haar bed, zodat ze er niet uit viel.”
Toch is Marjolein de artsen in het ziekenhuis dankbaar, want door hun beslissing en de inzet van het ziekenhuis zit haar moeder nu eindelijk in een verpleeghuis. Op bezoekmomenten schiet haar moeder in tranen zodra ze Marjolein ziet. Het biedt Marjolein rust nu ze weet dat haar moeder eet, slaapt en naar de wc kan, maar zorgeloos is ze niet. “Hoe moet dat met de generatie van mij, als het nu al zo met de zorg gesteld is?”