De geestelijke gezondheidszorg in Nederland piept en kraakt onder hoge werkdruk, personeelsuitval en ellenlange wachtlijsten. Wie langere tijd in de GGZ doorbrengt, merkt dat de schoen wringt. Op dit moment wachten volgens de Nederlandse Zorgautoriteit 80.000 mensen op een aanmeldgesprek of een behandeling in de GGZ.
Myrrhe van Spronsen (40) heeft een indrukwekkend CV. Ze studeert geneeskunde in Rotterdam en volgt twee research masters. Daarna doet ze promotieonderzoek in de neurobiologie en een postdoc-onderzoek op Yale. Ze bestudeert de medische wetenschap uitvoerig, maar kent ook de andere kant van de medaille als ervaringsdeskundige.
Van Spronsen wordt vier keer opgenomen in een kliniek vanwege een psychose. Daar praat ze zelf vrij luchtig over. “Ik heb af en toe een veilige plek nodig”, legt ze uit. Veel interessanter waren voor haar de inkijkjes in de wereld van de GGZ. “Door mijn ervaringen heb ik het GGZ-traject kunnen zien als patiënt, evaringsdeskundige, arts en neurowetenschapper.”
Gebrek aan gelijkwaardigheid
Ondanks alle goede bedoelingen van hulpverleners in de GGZ, raakt Van Spronsen teleurgesteld in het systeem. Samen met psychiater Jim van Os schrijft ze haar belangrijkste kritiek op in het boek: ‘Wij zijn God niet’. “Menselijkheid en gelijkwaardigheid is vaak ver te zoeken”, zegt Van Sprongen, “als je in de GGZ komt, hebben mensen weinig tijd. Ze hebben je dossier gelezen en denken dat ze je kennen. Het risico is dan dat je een dossier gaat behandelen, in plaats van de mens.”
Ook de grote hoeveelheid medicijnen die patiënten voorgeschreven krijgt, ziet Van Sprongen als een probleem. “Op korte termijn kan het zinvol zijn, bijvoorbeeld als crisisoplossing.” Het gevolg is wel dat mensen vaak jaren, of soms hun hele leven aan de medicatie vastzitten. Dan zit je ook met de bijwerkingen, zoals gewichtstoename, een hoge bloeddruk, of een afvlakking van je emoties.
Dat heeft Van Spronsen zelf ook ervaren. “Door de medicatie stond ik niet goed in contact met mijn eigen emoties, waardoor de weg naar herstel langer wordt.”
Regie over je eigen leven
“Ik ben op zoek naar de ideale GGZ, waar behandelaar en patiënt op gelijke basis staan, maar helaas bestaat die nog niet. Ik wil niet die afhankelijke patiënt zijn”, legt Van Spronsen uit. Ze wil ‘de regie over haar eigen leven houden’. “De psychiater heeft lang gestudeerd en legt uit welke behandelingen en trajecten goed voor je zijn. Voor je het weet verlies je de regie, terwijl je als patiënt ook wensen en opvattingen hebt. Ik wil zelf aan het roer staan van mijn eigen schip, maar daar moet je behoorlijk assertief voor zijn. Ik denk dat veel mensen behoefte hebben aan regie.”
Belang van ervaringsdeskundigen
Jaarlijks doet zo’n 8 procent van de bevolking een beroep op de GGZ, terwijl zo’n 18 procent van de Nederlanders last heeft van psychisch lijden. Een op de tien vindt dus niet zijn weg naar de juiste psychische hulp. Van Spronsen ziet de oplossing voor het vastgelopen systeem in de inzet van bijvoorbeeld ervaringsdeskundigen. “Dat heeft mij enorm geholpen. Het mes snijdt daarnaast aan twee kanten, want mensen kunnen hun eigen ervaringen inzetten en daar ook iets aan verdienen.”