Na 150 verstuurde sollicitatiebrieven het afgelopen jaar, en overal nul op het rekest besluit Yvonne Ragas de stoute schoenen aan te trekken; ze plaats een oproep op Linkedin, om haar 27-jarige zoon Yoeri te helpen bij het vinden van een baan.
Yoeri heeft een licht lichamelijke beperking en wordt volgens haar mogelijk daardoor afgewezen tijdens sollicitatieprocedures. Voor een nieuw onderzoek komen we graag in contact met mensen die zich in dit verhaal herkennen.
‘Hulpvraag van een moeder,’ begint ze haar bericht. ‘Wie heeft er plaats in zijn bedrijf voor een jonge man van 27 jaar. Hij heeft een lichamelijke beperking en wordt mogelijk daardoor afgewezen tijdens sollicitatieprocedures. Hij zit nu sinds 1 jaar zonder werk en is dringend op zoek naar een (overwegend) zittende functie.’
Uit cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vandaag presenteert blijkt dat Yoeri verre van een uitzondering is. Maar liefst 1,2 miljoen Nederlanders zeggen belemmerd te worden in het vinden van een baan door langdurige ziekte, aandoening of handicap.
Geboren met een open rug
Yoeri heeft een spini bifida of ‘open rug’. Dat is een aangeboren afwijking die het gevolg is van een ontwikkelingsstoornis van ruggenmerg en wervelkolom. Hij kan daarom geen grote afstanden lopen en draagt aangepaste schoenen. ‘Maar met zijn hoofd is niks mis,’ vertelt zijn moeder Yvonne. ‘Hij heeft zijn mbo-opleiding afgerond en probeert nu werk te vinden als chemisch analist.’ Volgens haar is er inmiddels in die sector genoeg werk te vinden. Maar toch komt Yoeri vooralsnog niet aan het werk, en dat zou kunnen komen door het feit dat hij lichamelijk beperkt is.
Werkgevers schrikken van iemand in een rolstoel
Tot kerst vorig jaar had hij werk; 3 maanden op een laboratorium waar hij smaakstoffen en ingrediënten controleert voor de voedingsindustrie. ‘Maar toen het in januari drukker werd, hebben ze toch weer afscheid van hem genomen. Het werk zou te zwaar voor hem zijn.’ Yoeri zoekt een overwegend zittende functie. Maar als chemisch analist moet je soms toch veel lopen. Bijvoorbeeld om monsters op te halen. ‘Kleine afstanden kan hij lopen. Maar als hij het hele terrein over moet dan gebruikt hij daarvoor zijn rolstoel. Als het kantoor dan alleen maar trappen heeft dan houdt het op. Het is opvallend hoe weinig werkplekken hierop zijn aangepast; De ene keer heeft het gebouw geen lift, of hebben ze een tourniquet waardoor hij met de rolstoel niet op de werkplek kan komen, en de andere keer kan hij de voorgeschreven veiligheidsschoenen niet aan.’ Maar het moeilijkste vindt Yvonne het onbegrip vanuit de werkgevers. ‘Ze zien iemand met een rolstoel en vullen meteen in dat het werk fysiek dan wel te belastend voor hem zal zijn. Zonder het hem zelf te vragen.’
Laat iemand hem een kans geven om verder te komen in het leven
Niet opgenomen in het doelgroepenregister
Yvonne wordt inmiddels benaderd door adviseurs die bemiddelen tussen werkgevers en werkzoekenden die zijn opgenomen in het doelgroepenregister. Dat is een landelijk register, waarin alle mensen staan die vallen onder de ‘banenafspraak’, een overeenkomst tussen het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de werkgevers, om banen te creëren voor mensen met een arbeidsbeperking. In ruil ontvangen werkgevers een subsidie. Maar het punt is dat Yoeri niet is opgenomen in het doelgroepenregister. ‘Hij is twee keer bij het UWV geweest voor een indicatie vanwege zijn fysieke beperking. Maar het UWV oordeelt dat hij geschikt is om het minimumloon te verdienen. Hij komt daarom niet in aanmerking voor het register of bijvoorbeeld een Wajong-uitkering. En werkgevers worden niet gestimuleerd met een subsidie om iemand als Yoeri aan te nemen. Het weerhoudt hem overigens niet om te blijven solliciteren. Maar op eigen kracht is het hem tot op heden niet gelukt.’