De moeder van Maurits van den Berg (87), Hilde, krijgt in 1939 een baan als harpist bij de Katholieke Radio Omroep (KRO). Maar in Hilversum krijgt ze te maken met hetzelfde antisemitisme dat ze in Duitsland juist probeerde te ontvluchten. Wie tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn baan wil behouden, moet de ‘ariërverklaring’ tekenen. Hilde, die een Joodse man heeft, weigert. Haar zoon Maurits vertelt ons ruim 80 jaar later haar verhaal.
"Dat is het hele orkest, allemaal mannen. En zij is de enige vrouw. Ze was toen 21 jaar,” zegt Maurits van den Berg trots over zijn moeder, Hilde van den Berg. De Duitse Hilde, geboren in 1900, was destijds een getalenteerde harpist in Berlijn. Op een dag, als ze met haar vader in het gebouw van de Berliner Philharmoniker zit, ziet ze een nieuwe, jonge violist, de eerste concertmeester, spelen: “Wie is dat?”, fluistert ze. Het blijkt de Nederlandse, en Joodse, Maurits van den Berg (senior), die net naar Berlijn is verhuisd. Haar toekomstige man.
In de beginjaren van hun relatie kan het geluk niet op. De geëmancipeerde Hilde blijft de sterren van de hemel spelen op haar harp in het Radio Symfonieorkest in Berlijn, en Maurits werkt in de Berliner Philharmoniker zelfs samen met de beroemde Russische dirigent Stravinsky. Met volle teugen genieten ze van Berlijn, eind jaren twintig een van de culturele hoofdsteden van de wereld. Totdat de stad zich tegen hen keert, als het nationaalsocialisme oprukt.
Briefje met ‘Jodenhoer’
Nadat Hitler in 1933 aan de macht komt, verslechtert het klimaat voor Joden in het land. Maurits van den Berg senior verliest zijn baan in het orkest in Duitsland. Gelukkig kan hij in andere Europese landen nog wel optreden. Gedurende de jaren dertig speelt hij zelfs drie keer als solist bij het Koningklijk Concertgebouw Orkest in Nederland, onder leiding van dirigent Eduard van Beinum. Maar in Duitsland zit hij gedwongen thuis.
Omdat Hilde niet Joods is verliest zij haar baan in Duitsland niet. Maar ook de Duitse Hilde krijgt te maken met antisemitische opmerkingen, vanwege haar relatie. Als Hilde op een ochtend de repetitie komt binnenlopen, ziet ze tot haar grote schrik een gat in de klankbodem van haar harp, vertelt haar zoon Maurits. Een zeer belangrijk onderdeel van de harp.” Er is ook een briefje achtergelaten met daarop ‘Judenhure’, oftewel ‘Jodenhoer’. “Dus dat waren de collega's”, concludeert Maurits koeltjes, “die op een of andere manier dat gat erin geslagen hebben.”

De situatie komt tot een kookpunt voor het stel als in 1935 de rassenwetten van Neurenberg worden aangenomen. Hierin wordt onder meer besloten dat Joden en niet-Joden niet langer mogen trouwen. Wanneer Hilde van een vriend te horen krijgt dat zij op de lijst staat van de Gestapo om opgepakt te worden, vlucht het stel halsoverkop naar Nederland.
“Mijn moeder heeft alles achtergelaten, haar harp en haar appartement. Mijn vader had enkel zijn viool mee”, vertelt Maurits. De reis was bloedstollend spannend, omdat de Gestapo door de trein liep, weet Maurits. Maar zijn ouders werden niet gepakt. “Mijn moeder zei: ‘Ik was nog nooit in Nederland geweest, maar ik was bijna de trein uitgestapt om het perron een kus te geven’, zo blij was ze.”
‘Nazi-vriend’
Eenmaal in Nederland gaat moeder Hilde als harpist bij de Nederlandse radio-omroeporkesten aan de slag. Ze begint in 1935 bij de AVRO, twee jaar later wordt haar zoon Maurits van den Berg (junior) geboren. In 1939 gaat Hilde bij het KRO-orkest werken. Als harpist speelt ze onder leiding van dirigent Guus Jansen in het Rococo-octet, een van de KRO-ensembles.

Hoewel Maurits nog een klein jongetje was toen zijn moeder bij de KRO speelde, heeft hij de naam van de dirigent altijd onthouden: “Ze sprak niet bepaald positief over Guus Jansen. Over hem hoefde ik het nooit te hebben, dan werd ze heel fel.” Hij vervolgt: “Het woord nazi-vriend heeft ze wel gebruikt, ja.”
Ariërverklaringen
In 1940 vallen de Duitsers Nederland binnen en staat het leven van het muzikantenstel weer op zijn kop. Aanvankelijk blijft Hilde werken als harpist bij de KRO. Maar in maart 1941 worden de radio-omroepen opgeheven door de Duitsers en komt er een genazificeerde omroep: de Nederlandsche Omroep. Ook Guus Jansen gaat daar aan de bak als dirigent.
Voormalig KRO-programmaleider Hendrikus Schaffers maakt op dat moment carrière bij de Nederlandsche Omroep. Hij is berucht: al jaren voor de oorlog werden onder zijn bewind bijna alle Joodse KRO musici ontslagen. Ook Maurits komt de naam Schaffers na al die jaren bekend voor: “Hij stond niet bepaald aan de goede kant, herinner ik me van mijn moeders verhalen. Ze is nooit in detail daarop ingegaan. Maar aangezien ik die naam nog steeds weet, is dat zeker niet in positieve zin geweest.”
Hilde moet verklaren dat zij en haar man niet Joods zijn, mede door het beleid van Schaffers. Dit weigert ze. Het niet tekenen van de ariërverklaring heeft grote gevolgen: ze wordt ontslagen en daarmee valt het gehele inkomen voor het gezin weg. Maar voor Hilde is de keuze simpel, vertelt Maurits. “‘Na wat ik [in Berlijn] heb meegemaakt, teken ik dit niet. Ik denk er niet aan’, heeft ze gezegd. En toen is ze op staande voet ontslagen.”
Hilde moet een nieuwe manier vinden om voor brood op de plank te zorgen, voor de kleine Maurits en haar onderduikende man. Want als de razzia’s in 1942 toenemen, duikt haar Joodse man Maurits onder in hun huis in Hilversum, in een schuilkelder onder de woonkamer.
En dus schnabbelt Hilde bij verschillende orkesten, bijvoorbeeld in Utrecht. “In de avond op de fiets met haar harp-koffertje achterop, van Utrecht naar Hilversum, in het donker. Op een gegeven moment zelfs op een fiets met houten banden, toen er in de oorlog een tekort aan rubber ontstond. Maar dat deed ze.” Uiteindelijk komt het gezin zo de oorlog door, mede doordat de Duitse Hilde met haar Duitse tongval nieuwsgierige officieren af weet te houden, vertelt Maurits.
Verdachte collaborateurs
Na de oorlog moeten meerdere oud-KRO'ers die verdacht worden van collaboratie zich verantwoorden. Zo ook de mannen wiens namen Maurits zich zo goed kan herinneren. Programmaleider Hendrikus Schaffers wordt voor het Bijzondere Gerechtshof veroordeeld tot het betalen van een boete van 500 gulden wegens het ontslaan van Joodse medewerkers van de Nederlandsche Omroep, nog voordat de Duitsers dat van hem vroegen.
Dirigent Guus Jansen hoort tijdens de radiozuivering dat hij twee jaar bij geen enkele radio-omroep mag werken vanwege zijn gedragingen tijdens de oorlog, waaronder vrijwillig werken voor de Duitse radio in oorlogstijd.
Hoe zijn ouders zijn behandeld tijdens de oorlog laat bij hen flinke sporen na, vertelt hun zoon: “Voor mijn ouders is dat wel heel indringend geweest. En waarom? Ze hadden het al een keer meegemaakt in Berlijn. En dat een land als Nederland dit nu ook moest ondergaan. Dat hier eigenlijk hetzelfde regime heerste. Daar hebben ze wel grote problemen mee gehad.”
In 2025 maakt Maurits zich steeds meer zorgen over de huidige politieke ontwikkelingen. “Het is wel niet zoals toen, maar de aanzetten zijn er om groepen mensen weer te diskwalificeren. En op alle mogelijke manieren hen het leven moeilijker te maken. Maar ik denk dat je die tijd misschien meegemaakt moet hebben om te weten wat het betekent als je onder een dusdanige dictatuur leeft.”
Programmaleider Hendrikus Schaffers ontsloeg dus Joodse KRO-musici tijdens de Tweede Wereldoorlog. Maar onderzoek van Pointer toont aan dat hij ook al jaren voor de oorlog hierbij betrokken was. Wie waren deze musici? Kijk hier de uitzending van Pointer over de verdwenen Joodse musici of bekijk hieronder de video van Maurits waarin hij zijn verhaal vertelt: