De afgelopen jaren zijn bijna 500 claims ingediend bij het ministerie van Justitie en Veiligheid. Dat meldt het programma Reporter Radio. Het gaat om schulden die niet teruggevorderd konden worden, omdat frauderende gerechtsdeurwaarders het geld hadden weggesluisd.
Schuldeisers kunnen dan bij het ministerie een claim indienen als er een tekort ontstaat op de klantenrekening van deurwaarderskantoren. De overheid is hoofdelijk verantwoordelijk voor zo’n tekort. In totaal zou dat tekort bij vier deurwaarderskantoren zijn opgelopen tot meer dan 4,7 miljoen euro.
Beslag leggen
Hoeveel er inmiddels aan claims is uitgekeerd is niet precies bekend, zo laat het ministerie aan Reporter Radio weten. Wel is er de mogelijkheid om een deel van de schuld op de failliete gerechtsdeurwaarders terug te vorderen. Zo kan er beslag gelegd worden op het ontroerend goed van de deurwaarders.
Tot verbazing van de beroepsorganisatie van gerechtsdeurwaarders – de KBvG – is dat tot nu toe niet gebeurd. Voorzitter Wilbert van de Donk van de KBvG: 'Het ministerie heeft een vordering op de ontzette deurwaarders. In het verleden hebben we zelden of nooit gezien dat het ministerie ook echt hard achter die deurwaarders aangaat. Uiteindelijk komt het dus uit de staatskas en draaien we met z’n allen voor die schuld op.'
Taakstraf
Ook blijven dossiers volgens Van den Donk veel te lang bij het Openbaar Ministerie op de plank liggen. Zo werd een ex-gerechtsdeurwaarder in Assen vorig jaar tot een taakstraf van 120 uur veroordeeld, omdat het volgens de rechter om ‘oude feiten’ ging. De man zou voor tonnen aan geld van klanten hebben gebruikt voor privédoeleinden. Ook zou hij onterecht kosten in rekening hebben gebracht.
Van den Donk: 'Het onderzoek van justitie is weinig voortvarend geweest. Het duurt te lang voordat dit soort zaken voor de rechter komt. Dat heeft een negatieve invloed op de strafmaat, terwijl dit toch financiële malversaties van een fikse orde zijn. Het rechtsgevoel van de burgers wordt op deze manier geweld aangedaan.'
Meer dan 3 miljoen
Wim Jongejan moest als waarnemend gerechtsdeurwaarder verschillende lopende zaken bij frauderende gerechtsdeurwaarders afhandelen. Zo ook bij de gerechtsdeurwaarders van BSR met een tekort van meer dan 3 miljoen euro. Ook Jongejan merkt een gebrek aan prioriteit.
'Als ambtenaar ben ik dan verplicht aangifte te doen als ik misstanden constateer. Maar ik heb daar echt voor moeten bidden en smeken. Dat heeft mij echt verbaasd. En dan te weten dat de staat in het geval van BSR voor 3 miljoen het schip in gaat.'
Terugvorderen
Het ministerie is nog niet begonnen met het terugvorderen van gelden bij gerechtsdeurwaarders. Volgens het ministerie is dat pas zinvol als duidelijk wordt voor welk bedrag de staat precies opdraait. Eerst moeten alle claims worden afgehandeld.
Jongejan vindt dat er meteen had moet worden ingegrepen. Hij zegt dit ook tijdens gesprekken op het ministerie te hebben geadviseerd. ”Als men afwacht tot alles is uitgezocht dan ben je jaren verder en dan is elk zicht op verhaalsmogelijkheden praktisch onmogelijk.”