‘Handen af van Haren’ en ‘Haren niet bij stad’. Spandoeken met deze teksten hingen een paar jaar terug prominent in het Groningse dorp om te protesteren tegen een mogelijke fusie met de stad Groningen. Driekwart van de inwoners stemde in een referendum tegen samenvoeging. Zonder succes.

Inmiddels is de fusie alweer twee jaar een feit, maar de verontwaardigde geluiden klinken nog steeds. “We voelen ons niet serieus genomen. Haren mag alleen zijn mond dichthouden en de portemonnee trekken”, aldus oud-wethouder Mariska Sloot. Tegenwoordig houdt zij een zwartboek bij over de herindeling. We spreken haar voor ons onderzoek Het einde van het ‘echte dorp’.

Het is midden 2018 als het doek definitief valt voor de zelfstandige gemeente Haren. Een meerderheid van de Eerste Kamer stemt voor de fusie, nadat eerder ook de Tweede Kamer dat heeft gedaan. Daarmee is er geen weg terug meer: de gemeentelijke herindeling is per 1 januari 2019 definitief. Het markeert het einde van jarenlange politieke onrust en fikse onenigheid met de provincie, die stelt dat Haren financieel en bestuurlijk niet zelfstandig verder kan.

Hoewel tegenstanders op alle mogelijke manieren proberen aan te tonen dat ze daar wel degelijk toe in staat zijn, adviseert de provincie aan de minister om Haren, Groningen en de eveneens zelfstandige gemeente Ten Boer samen te voegen. De herindeling wordt dus van bovenaf opgelegd, zeggen de tegenstanders, terwijl fusies eigenlijk ‘van onderop’ horen te komen: gemeenten moeten het zelf willen.

Uitgelicht

Fuseren levert financieel niks op

Waarom fuseren met buurgemeenten veel nadelen kent

Mariska Sloot, voormalig raadslid en wethouder in Haren, maakt zich nog altijd boos. “Vooraf ben je heel bang dat je je eigen zeggenschap kwijtraakt, want wij vormen maar 9 procent van de totale bevolking van de nieuwe gemeente Groningen. Dus leg je afspraken vast in een bestuursovereenkomst. Helaas geeft die slechts garantie tot aan de voordeur, want de nieuwe gemeenteraad mag eigenstandig beslissingen nemen. Bovendien is een fusiegemeente wettelijk verplicht om alle regels en tarieven te harmoniseren. Gemaakte afspraken gaan dus vaak niet door. Daar zit een groot gevoel van frustratie.”

Hogere kosten

Die pijn beginnen inwoners volgens haar nu ook echt te voelen. Ze noemt een paar concrete voorbeelden, waaronder de gedifferentieerde tarieven voor de afvalstoffenrekening (diftar). Harenaren betaalden eerder per kilo afval die ze aanboden; sinds 1 januari 2021 is dat een vast bedrag. Plastic afval en blik gescheiden inleveren kan niet langer. ”Wij waren altijd heel trots op het diftar-systeem, dat bij ons al bijna dertig jaar werkte”, vertelt Sloot. “Dat is afgeschaft terwijl het behoud ervan in het bestuursakkoord stond. Ons afval kunnen we nu niet meer fatsoenlijk scheiden én we gaan gemiddeld 200 euro per jaar meer betalen. Onze onroerendezaakbelasting (OZB) is ook flink verhoogd, zeker voor ondernemers en sportverenigingen.”

Als voorzitter van de lokale voetbalvereniging ziet ze zich geconfronteerd met kostenverhogingen die ze liever niet doorberekent in de contributie. “In coronatijd nota bene waarbij we niet kunnen voetballen, de kantine niet open kan en leden weglopen omdat je niet kunt sporten. We gaan duizenden euro’s meer betalen als club omdat we nu bij deze gemeente horen. Waar we niet eens zelf voor gekozen hebben!”

‘Hondenbelasting, weg ermee!’

Marianne Suurmeijer is een andere inwoner die zich kwaad maakt over de impact van de fusie. Zij richt haar pijlen met het comité ‘Hondenbelasting, weg ermee!’ in eerste instantie op de recent ingevoerde ‘blaftaks’. Het is de hoogste van heel Nederland. “In Haren en Ten Boer betaalden we tot voor kort geen hondenbelasting. Maar in de stad is er wel hondenbelasting en we moeten harmoniseren. Nu is het dus 133 euro voor een hond, 330 euro voor twee honden en bijna 600 euro voor drie honden. Dat is toch buitenproportioneel? Ik heb een klein pensioen. Ik heb nooit rekening met dit soort bedragen kunnen houden bij de aanschaf van mijn honden.”

Ze vindt het extra kwalijk dat er van het geld niks wordt gedaan voor hondenbezitters. “We moeten zelf de poep opruimen, maar er zijn geen faciliteiten als poepzakjes en nauwelijks afvalbakken.” Het geld van de hondenbelasting verdwijnt volgens Suurmeijer allemaal in de pot algemene middelen. “Ze kunnen dat geld gewoon niet missen. Het gaat over de hele gemeente Groningen om bijna een miljoen euro opbrengst. Dus helemaal afschaffen lijkt gezien de financiën geen optie.”

Zwartboek

Suurmeijer raakt daar een gevoelig punt. Waar Haren met zijn relatief hoogopgeleide en welgestelde bevolking wel eens werd omschreven als het Wassenaar van het Noorden, hoort de gemeente Groningen juist bij de armste gemeenten. Daarnaast heeft Haren een groot groen grondgebied, dat nu onder Groningen valt. Menig Harenaar vreest dat dit zal worden volgebouwd met woningen en zonneparken. “We hebben wel eens het idee dat wij het wingewest van Groningen zijn”, verwoordt Marianne Suurmeijer het gevoel. “Haren is Haren niet meer, het is verschrikkelijk.”

Mariska Sloot houdt nu een zwartboek bij met daarin alle veranderingen sinds 1 januari 2019. “Het is het enige wat ik kan doen, plus continu in de pen klimmen richting gemeente. Ik merk wel dat veel inwoners niet meer in verandering geloven, omdat ze steeds de knip op de neus hebben gekregen. De mensen zijn murw geslagen.”

Heb je een tip voor dit onderzoek?

Woon je ook in een gemeente die recent is gefuseerd? Of ben je raadslid in een dergelijke gemeente en wil je je ervaringen delen? We horen graag je verhaal!