Een laag, kloppend geluid weerkaatst onheilspellend hard op de muren. We staan in een doodnormale straat in een doodnormaal dorp. Toch wanen we ons even in de openingsscène van een oorlogsfilm.

Geschrokken turen we naar de lege horizon. ‘Is dit zo’n Chinook?’, schreeuwt mijn collega naar de man tegenover ons. Bart, een vriendelijke veertiger, grijnst even en knikt naar de daken. Op een meter of vijftig schiet het bruin-groene silhouet van de helikopter over onze hoofden. Rijen, een slaperig dorpje in het zuiden, ligt pal naast een grote luchtmachtbasis. Ons gesprek met Bart smoort in een donderend geraas van wieken. Nog geen twee minuten later dient de volgende geluidsaanval zich aan. Een Duitse goederentrein blaast op hoge snelheid voorbij. Want, oh ja, Rijen ligt ook aan het drukst bereden stukje spoor van Nederland. ‘Het is een lange’, merkt Bart droogjes op, nauwelijks te verstaan boven de oorverdovende mix van passerende containers en het geklingel van de spoorwegovergang. Verbouwereerd kijken we hem aan. ‘Welkom in Rijen!’

Waar is het nog stil?

Voorbijrazende treinen, vliegverkeer, het constante geruis van auto's, blèrende sirenes. Steeds vaker merk ik op hoe lawaaiig onze omgeving eigenlijk is. Op zichzelf is dat best opmerkelijk, want echt zuinig op mijn oren ben ik nooit geweest. Tel de ontelbare concerten, feestjes en uren die ik met een koptelefoon heb doorgebracht bij elkaar op en het is een wonder dat ik überhaupt nog iets kan horen.

Snel geïrriteerd over herrie ben ik dus ook niet. Dat ik steeds meer let op geluid heeft wellicht te maken met mijn werk. Jij merkt die voorbijtrekkende straaljager waarschijnlijk niet op, omdat je hersenen stemgeluid goed kunnen scheiden van het geluid om ons heen. Een microfoon op een tv-camera kan dat niet. Om problemen in de montage te voorkomen luister ik dus goed of er teveel herrie is. En als je aandachtig luistert, echt gaat luisteren, valt op dat het vrijwel nergens meer echt stil is.

vuilnis

Engelstaligen hebben er een mooi woord voor: noise pollution, oftewel ‘geluidsvervuiling’. Stel je een landschap voor dat bezaaid ligt met plastic rommel. Zo ziet onze leefomgeving er in geluidstermen uit: een vuilnisbelt. Neem bijvoorbeeld de Drents-Friese Wold, waar ik onlangs voor een reportage was. Diep in het grootste aaneengesloten bos van Nederland in de dunstbevolkte provincie van ons land. Een plek waar alleen het kwetteren van de vogels te horen zou moeten zijn. Toch hoor je onmiskenbaar het verkeer op de N381.

Dat gebrek aan stilte begint zo langzaamaan een lichte obsessie te worden. Met een app op mijn telefoon meet ik regelmatig hoeveel geluid al die passerende vrachtwagens, treinen, scooters en auto’s nu eigenlijk produceren. Mijn record? 90 dB. Gemeten op een kruispunt in Amsterdam, onder de rook van de A10 en de A4, terwijl ondertussen een traumahelikopter overvloog en verderop een piepende vuilniswagen voorbijreed. Het typische grote stadsgeluid waar jij misschien niet eens meer op let, maar dat een vernietigende invloed heeft op onze gezondheid. Zo blijkt uit talloze rapporten die de laatste jaren zijn verschenen.

Omgevingslawaai is een onderschat risico voor de volksgezondheid. We moeten echt actie ondernemen om de vele bronnen van geluidsvervuiling terug te dringen.

Zsuszanna Jakab, Regiodirecteur WHO

Word je de hele dag blootgesteld aan 90db, dan word je doof. Maar wetenschappers vinden steeds meer bewijs dat ook veel lagere geluidsniveaus al schade veroorzaken. Hart- en vaatziekten, ontwikkelingsachterstanden bij kinderen, stress en depressie zijn door wetenschappers gelinkt aan omgevingslawaai. Zsuszanna Jakab, de Europese regiodirecteur van de Wereldgezondheidsorganisatie WHO, deed onlangs een dringende oproep aan EU-lidstaten. ‘Geluidsoverlast neemt toe in onze steden en dorpen en vernietigt de levens van veel Europese burgers. Het gaat niet alleen om hinder, omgevingslawaai is een onderschat risico voor de volksgezondheid. We moeten echt actie ondernemen om de vele bronnen van geluidsvervuiling terug te dringen.’

Check de geluidskwaliteit in jouw buurt

Naar schatting wonen 100 miljoen EU-burgers in een omgeving met teveel lawaai. 1 op de 3 Nederlanders wordt dagelijks blootgesteld aan niveaus die volgens de WHO onverantwoord hoog zijn. Een voorbeeld. In de nieuwe richtlijnen van de WHO wordt geadviseerd om geluid door wegverkeer terug te dringen tot gemiddeld 53db per etmaal en 45 db in de nacht. Er is volgens de onderzoekers zeer sterk wetenschappelijk bewijs dat dagelijkse blootstelling aan hogere niveaus leidt tot een grotere kans op hartfalen. Het Europese Milieuagentschap schat in dat per jaar 12.000 Europeanen een voortijdige dood sterven als gevolg van blootstelling aan teveel omgevingslawaai.

Geschrokken klikte ik door naar de website van het RIVM, dat een tool bevat om de geluidskwaliteit in je buurt te checken (ik raad je aan om dat te doen). De EU-lidstaten hebben namelijk afgesproken om iedere vijf jaar geluidskaarten te maken, om in de gaten te houden hoe ernstig de mate van geluidsvervuiling precies is. Op mijn straat, middenin Utrecht, prijkt het etiket ‘zeer slecht’. Het verkeer produceert meer dan 65 db per dag, ruim boven de ‘veilige’ norm van de WHO.

Maps

En dat zette mij aan het denken. Zou mijn straat bezaaid liggen met plastic, dan had ik allang actie ondernomen. Maar de herrie in mijn straat irriteert me niet. Het is er simpelweg, zoals het ruisen van de zee. Pas als ik op een echt stille plek ben, merk ik hoe lawaaiig mijn leefomgeving eigenlijk is.

Zo wil ik graag in kaart brengen waar in Nederland de herrie het heftigst is en wat de invloed is op de gezondheid van bewoners. Maar ik wil ook weten wat we daar zelf aan kunnen doen. We zijn immers allemaal zowel slachtoffer als veroorzaker van dit milieuprobleem. Laat jij je auto staan, nu je weet dat je buurman daar wel eens hartaanval van kan krijgen? Het is te makkelijk om alleen van de overheid te vragen dit op te lossen. In Brussel, New York en Parijs hebben ze de afgelopen jaren ervaring opgedaan met burgerwetenschap. Bewoners van deze steden hebben met hun telefoon of kleine computers herrie gemeten en gewaardeerd. Op basis van die data zijn lawaaikaarten gemaakt, waarmee beleidsmakers weer aan de slag kunnen. Door de maximumsnelheid te verlagen bijvoorbeeld, of wegen anders in te richten. Welke kansen bieden deze projecten voor Nederland?