‘Na bijna vier behandelingen in drie klinieken in binnen- en buitenland is mijn vrouw uitgeput en moe.’ Twan (38) en Femke (39) hebben zich bijna verzoend met het feit dat hun kinderwens niet vervuld kan worden. Bijna, want zowel de zus als schoonzus van Twan zijn bereid om draagmoeder te zijn. ‘Juridisch mag het,’ zegt Twan die reageert op ons onderzoek Kinderwens, over beperkingen in het medische vruchtbaarheidscircuit. Maar kan het dan ook?
‘Ik heb gebeld met het VUmc, de enige kliniek in Nederland waar je terecht kunt voor een IVF-traject met een draagmoeder. Maar de boodschap is kort gezegd: “Bespaar je de moeite". Ik kan daar met mijn hoofd niet bij. Bijna iedereen wordt in Nederland geholpen; alleenstaande vrouwen, lesbische stellen. Iedereen. Maar in ons geval zijn er een paar artsen die besluiten dat stellen in onze situatie niet geholpen worden in Nederland.’ VUmc hanteert strikte criteria voor IVF-draagmoederschap. Alleen vrouwen die bijvoorbeeld een medische afwijking aan hun baarmoeder hebben, en daardoor nooit zwanger kunnen raken, komen in aanmerking.
Medische malle molen
Een indicatie waar Femke niet aan voldoet. Zij heeft geen medische verklaring. Maar ze is na twaalf terugplaatsingen, talloze onderzoeken en een operatie niet zwanger. Twan twijfelt er dan ook niet aan dat er wel degelijk een medische oorzaak is. ‘Alleen hebben ze die nog niet gevonden.’ Zeven jaar geleden beginnen ze. ‘Het leek ons leuk en we waren er klaar voor.’ Maar al snel wordt duidelijk dat het niet ‘vanzelf’ gaat. ‘Mijn vrouw heeft een onregelmatige cyclus en een zwangerschap blijft uit. Er volgen onderzoeken, een hormoonkuur, en IUI, dat is een bepaalde inseminatietechniek. Kortom, we gingen de complete medische ‘malle molen’ in, voor onze kinderwens. En het leidt allemaal tot niks.’
Waarschijnlijk is zij ziek geworden van de behandelingen. De hoeveelheid hormonen die zij binnen heeft gekregen is met geen pen te beschrijven.
Poging Duitsland
Het stel gaat over op ICSI, dat is een bijzondere vorm van IVF. ‘De embryo’s zijn goed, er volgen vele terugplaatsingen, en zelfs twee zwangerschappen. Maar die zijn van hele korte duur.’ Twan begint te zoeken op internet. Hij leest over onderzoeken en behandelingen in Spanje en Duitsland. Na drie volledige pogingen reizen ze af naar Duitsland. Daar wordt een speciaal behandelplan samengesteld, met nog meer medicatie. ‘De punctie is goed. En we hebben nu één terugplaatsing gehad,’ vertelt Twan, ‘maar helaas zonder resultaat.’ Voor Femke is het teveel. Ze is uitgeput en moe en kan het fysiek niet meer aan. ‘Waarschijnlijk is zij ziek geworden van de behandelingen. De hoeveelheid hormonen die zij binnen heeft gekregen is met geen pen te beschrijven.’
Zus en schoonzus willen draagmoeder zijn
Langzaam dringt het door dat een zwangerschap er waarschijnlijk voor hen nooit in zit. ‘We zijn bijna zover dat we het een plekje kunnen geven. De gezondheid van mijn vrouw staat voorop. En we hebben samen een heel mooi en gelukkig leven.’ Maar dan is er tóch een beetje hoop. Zowel het zusje van Twan als de vrouw van zijn broer willen draagmoeder zijn. ‘Ze vinden het vreselijk voor ons en willen helpen. En we hebben nog zeven mooie embryo’s in de vriezer.’ Maar voor de behandeling zijn ze vooralsnog aangewezen op het VUmc, de enige kliniek die hen kan helpen, en daar krijgen ze resoluut ‘nee’ te horen. Twan kan daar niet bij. ‘Dit gaat niet over wetgeving of landelijk beleid. Maar over het oordeel van enkele artsen die een allesbepalende beslissing nemen over onze toekomst. Sommige klinieken in België voeren deze behandeling wel uit, maar niet voor inwoners in Nederland. Ze vinden het heel vervelend voor ons, maar willen het beleid van het VUmc respecteren.'