‘Bij de eerste 3 verpleeghuizen waar ik ging kijken was de wachttijd één jaar tot anderhalf jaar. Eén verpleeghuis had zelfs zulke kleine kamers dat ik moest huilen toen ik het zag. Daar wil je niemand naar toe brengen.’

In ons dossier Zorg aan Huis (link) krijgen we een mailtje van Wilma, de mantelzorger van Ruud (66) uit Schiedam. Ruud is jong dementerende en inmiddels zo ziek dat hij naar een verpleeghuis moet. Maar tot grote verbazing van Wilma blijkt de wachttijd voor een verpleeghuis in zijn regio tussen één en anderhalf jaar te zijn.

Kijk hier de uitzending terug.

Bizar

Elke dag komt de thuiszorg langs bij Ruud om te helpen met zijn verzorging en zijn medicijnen. Daarnaast krijgt hij hulp van een buurtteam. Het is voor Ruud niet meer veilig om thuis te blijven wonen, want zijn zeldzame vorm van alzheimer maakt hem ook praktisch blind. Wilma heeft Ruud daarom op de wachtlijst gezet voor een verpleeghuis. Maar zelfs als hij voorrang krijgt omdat zijn gezondheid snel achteruit gaat, duurt het nog minimaal een half jaar voor hij terecht kan.

En daar blijft het niet bij. Nu Ruud op de wachtlijst staat voor een verpleeghuis valt hij plotseling onder een andere wet dan toen hij gewoon thuiszorg kreeg. Een wijkverpleegkundige legt ons uit hoe dat zit. ‘Op het moment dat het thuis niet langer gaat en je op de wachtlijst van een verpleeghuis komt, val je niet langer onder de zorgverzekeringswet (Zvw) maar onder de Wet langdurige zorg (Wlz). Dat betekent dat de overheid jouw zorg gaat betalen in plaats van de zorgverzekeraar. En aan de zorg die de overheid betaalt zit een maximum. Dat is bij de thuiszorg via de zorgverzekeraar niet zo. Daarom kan het dus zijn dat je zelfs ineens minder uren zorg krijgt, net op het moment dat iedereen heeft gezegd: ‘Het gaat thuis niet langer.’

Minder zorg

Voor Ruud betekent dat in de praktijk dat het nu langer duurt voordat hij weet of hij meer zorg kan krijgen terwijl hij wacht op zijn plek in het verpleeghuis. De thuiszorg komt 4x per dag, maar volgens Wilma is dat niet genoeg. ‘Na 6 uur ‘s avonds weet niemand wat hij doet. Hij kan zomaar op straat belanden. Hij is zo goed als blind, dus hij laat ook van alles vallen en daar kan hij makkelijk over struikelen. Het is heel gek dat het zo lang duurt voordat hij naar een verpleeghuis kan.’

Voorheen bepaalde de wijkverpleegkundige van de thuiszorg hoeveel zorg Ruud kreeg. Na een bezoek van de wijkverpleegkundige kon dat dan waar nodig worden aangepast. Maar Ruud valt nu onder de verantwoordelijkheid onder het Centrum indicatiestelling zorg (CIZ) van de overheid. En daarmee komt een aanvraag voor extra zorg over allerlei verschillende schijven.

De wijkverpleegkundige ziet dat dit voor mensen problemen oplevert. ‘We hebben een tijdje geleden een meneer gehad die we niet meer de zorg konden bieden die eerst geboden werd. Zijn kinderen hebben hun vader op de wachtlijst gezet voor een verpleeghuis. Wij kwamen eerst elke ochtend voor diabetes- en speciale medicijnen voor zijn geheugen en daarnaast nog 4x per dag om te wassen en aankleden. Dat kon toen niet meer omdat die zorg onder Wlz viel en het Ciz bepaalde dat hij juist minder zorg nodig had. Wij moesten een buurvrouw inschakelen die elke dag zorg moest gaan verlenen om de man te helpen. Daar schrikt zo’n familie wel van, dat hadden ze niet door toen ze hun vader op de wachtlijst plaatsten voor het verpleeghuis. En de zorg dus onder een andere instantie viel.’

Weeffout

Daarbovenop komt nog dat als het Ciz bepaalt hoeveel zorg je krijgt, je een eigen bijdrage moet gaan betalen voor precies dezelfde zorg die je voorheen gratis kreeg. Dat komt voor veel mensen als een grote verrassing. Voor mensen die rondkomen van het bestaansminimum valt de bijdrage per maand wel mee. Maar mensen die meer te besteden hebben moeten soms enkele honderden euro’s per maand betalen. Bij een wachttijd van een jaar tot anderhalf jaar voor een plek in het verpleeghuis, kan het totaalbedrag flink oplopen.

Ook zorgverzekeraars en thuiszorginstellingen geven aan dat er sprake is van een absurde situatie. Een grote zorgverzekeraar spreekt tegen ons van een weeffout in het systeem. ‘Iemand wordt zieker en dus wordt besloten om te gaan verhuizen naar een zorginstelling. Technisch gezien val je dan ineens onder een ander potje. Maar je bent nog steeds even ziek en hebt misschien zelfs wel meer hulp nodig. Alleen omdat je nu onder de verantwoordelijkheid van een ander potje valt, kan je minder zorg krijgen. Dat kan niet de bedoeling zijn.’

Makers