We zijn gewoon in Nederland, maar het aanzicht heeft haast iets weg van een beroemde scène uit de film Lord of the Rings. Het moment waarop de pratende reuzenboom Treebeard ontdekt dat zijn geliefde bos is vernietigd. Op de flanken van een heuvel kijken hij en de Hobbits uit over een kaal landschap, waar tussen de rokende puinhopen alleen nog wat zielige stronken staan.
Bas ‘t Hart grinnikt even om de vergelijking. ‘Ja. Het is net een oorlogsgebied, niet?’ Hij wijst op de metershoge stapels stammen. ‘En dan te bedenken dat dit pas de eerste 50 hectare zijn. De komende 2 jaar verdwijnt er nog eens 100 hectare.’
We staan op de plek waar een half jaar geleden nog een dicht bos stond. Bas, die even verderop een natuurcamping runt, heeft ons uitgenodigd om een kijkje te komen nemen. Per e-mail reageert hij op ons onderzoek naar Bomenkap, waarin we uitpluizen waarom Nederland in rap tempo bos verliest. Het omvormen van bos naar andere vormen van natuur is zo’n belangrijke oorzaak. Vooral in Natura 2000 gebieden worden de laatste jaren veel bomen gekapt, om plaats te maken voor heide, zandverstuivingen of andere zogeheten ‘schraalgronden’.
En zo belanden we op De Lemelerberg, een oude stuwwal van 80 meter hoog, omgeven door oud bos en heidevelden, waar we grote machines aan het werk zien. Op een vrachtwagen worden stapels stammen geladen, terwijl even verderop takken door een versnipperaar worden gehaald. Overal liggen de afgezaagde kronen van bomen, die niet geschikt zijn om planken van te maken. Bas wijst op het aangrenzende bos. ‘Je kunt je het bijna niet voorstellen, maar zo zag het er eerst uit.’
Volgens landschap Overijssel (LO), de beheerder van het gebied is deze grootschalige kap noodzakelijk om de oorspronkelijke natuur te herstellen. Vergeleken met 100 jaar terug is zo’n 90 procent van de oorspronkelijk heidevelden verdwenen, door bebossing en agrarische activiteit. De overgebleven stukken heide en de dieren die daarop leven hebben het volgens LO moeilijk.
Bas denkt er het zijne van. ‘Het is maar net waar je de grens trekt. 300 jaar geleden was het hier een en al bos. Ik snap niet waarom het landschap van 100 jaar geleden dan waardevoller zou zijn om het herstellen.’ Deels is het ook emotie, zo erkent hij. Oude eiken gekapt zien worden is nooit prettig om te zien en als de ravage is opgeruimd kan het vast ook heel mooi worden. Maar is het wel echt nodig, vraagt Bas zich af. Is zijn geliefde bos ook niet van levensbelang om de opwarming van de aarde te bestrijden bijvoorbeeld? ‘Dat juist bossen veel meer CO2 opnemen dan schraal heideland lijkt niet te zijn meegenomen in de plannen, terwijl we landelijk net stevige klimaatambities hebben opgesteld.’
Compensatieboom
Het heeft inderdaad iets vreemds. Boek een vliegticket en je kunt met een klik op de knop een compensatieboom planten, om zo de uitstoot van je trip naar Thailand weg te strepen. Nederland heeft zijn CO2-voetafdruk nog lang niet onder controle, maar is tegelijkertijd bomen aan het kappen, zonder daarvoor terug te planten.
Na ons eerste gesprek met Bas pakken we het klimaatakkoord er maar eens bij. Daarin staat namelijk ook het één en ander over landgebruik. Zo is glashelder verwoord dat we juist meer bos nodig hebben. Alle overheidslagen, natuurbeheerders, landbouwers en grondeigenaren moeten daarom ontbossing beperken tot wat strikt noodzakelijk is. Worden er toch bomen gekapt - bijvoorbeeld vanwege internationale natuurafspraken - dan moet er afspraken worden gemaakt over ‘een adequate CO2-compensatie’, lees: het herplanten van bomen.
Hoe zit dat dan op de Lemelerberg? In het beheerplan, waarin de voorgenomen kap is onderbouwd, komt het woord CO2 niet één keer voor. Het sleutelwoord is vooral: biodiversiteit. De kap is volgens de provincie noodzakelijk vanwege de natuurafspraken die Nederland binnen de EU heeft gemaakt. In Natura 2000-gebieden als de Lemelerberg gelden zogeheten ‘instandhoudingsdoelen’. Alle beschermde planten en dieren die daar in ‘niet verwaarloosbare’ aantallen aanwezig moeten ‘in gunstige staat van instandhouding’ blijven. Het zijn in eerste plaats de provincie en de terreinbeheerder die bepalen wat die doelen precies inhouden, en ook of daar bos voor moet wijken.
En daar lijkt de schoen een beetje te wringen. Zo worden in het plan voor het Vecht- en Beneden Regge-gebied een aantal zeldzame vissen en amfibieën genoemd, waarvan het maar de vraag is of ze er überhaupt voorkomen. De grote en kleine modderkruiper bijvoorbeeld, of de bittervoorn en de rivierdonderpad. Ze zijn in de jaren negentig een enkele keer waargenomen, maar sindsdien is onbekend of de soorten nog in het gebied zitten en hoe groot hun populatie dan is. Vogels als de veldleeuwerik en de nachtzwaluw, die door Landschap Overijssel in de publieksinformatie worden genoemd, komen we het beheerplan niet tegen. Deze vogels komen in heel Europa wel steeds minder voor, maar ze hebben geen bedreigde status. Voor de veldleeuwerik zijn bijvoorbeeld 1163 andere leefgebieden gebieden in Europa aangewezen. Deze vogel komt vooral voor op de heidesoorten op en rond de Lemelerberg, waarvoor wel een Europese aanwijzing geldt, net zoals in andere Nederlandse Natura 2000-gebieden. Maar of daar overal ook ook bos voor moet wijken is de vraag. Door heel Noordwest-Europa komt droge heide in ruime mate voor, maar volgens het Europees Milieuagentschap heeft het gewas een ‘matig-ongunstig toekomstperspectief’.
Dus, hoe noodzakelijk is dan om het bosgebied om te vormen, zeker als dat ten koste gaat van een andere belangrijke functie: CO2-opslag? En worden die gekapte bomen dan elders herplant, zoals in het klimaatakkoord is afgesproken?
De provincie Overijssel weet het antwoord daarop niet. ‘Het is een discussie die momenteel ook in de Provinciale Staten speelt’,’ aldus een woordvoerder. ‘Overijssel telt 24 Natura 2000-gebieden, waar de komende jaren in meer of mindere mate bos zal worden omgevormd tot andere natuur. Er wordt wel gesproken over compensatie, ook met het Rijk, maar hoe concreet dat is, weet ik niet.’ De provincie laat weten ook niet verplicht te zijn tot herplanten, zoals de wet voorschrijft. Provincies kunnen een ontheffing geven als bomen gekapt worden om Natura 2000 doelen te halen.