Demissionair minister Mona Keijzer wil dat mensen de mogelijkheid krijgen om de komende 10 jaar in hun vakantiehuis te wonen. Het zou een mogelijke oplossing zijn voor de huidige wooncrisis. Maar veel gemeentes zijn tegen de plannen van de minister, en daardoor zitten bewoners in recreatiehuizen in de knel: “We houden nu twee huizen bezet.”
Al meerdere keren kreeg Rico Wanschers (65) brieven van de gemeentehandhaving in zijn bus. Ze schreven: "We hebben uw auto nu al twee keer voor de deur zien staan. Hoe zit dat met uw vaste telefoonaansluiting? En u trekt uw woning af van de belasting."
Wanschers, ook voorzitter van de Belangenvereniging Vrij Wonen, woont gedeeltelijk in zijn vakantiehuis op de Buitenplaats Horsterwold in Zeewolde. En dat mag niet, aldus de gemeente.
Rijk versus gemeente
Maar het mag wél van demissionair minister Keijzer (Wonen), zelfs permanent. Zij schreef onlangs dat iedereen die vanaf 16 mei 2024 (presentatie hoofdlijnenakkoord kabinet) of al langer aantoonbaar op een vakantiepark woont, daar de komende 10 jaar ongestoord moet kunnen blijven. En dus zit Wanschers in een spagaat. Volgens het beleid van de gemeente moet hij dus ontkennen dat hij er woont, maar volgens de landelijke regeling moet hij juist aantonen dat hij er woont. “Dat is nogal tegenstrijdig”, zegt Wanschers.
Mona Keijzer wil de woningnood aanpakken, en richt zich daarom ook op vakantiehuizen. Volgens het Rijk staan er in Nederland bijna 60.000 mensen permanent ingeschreven op het adres van een recreatiewoning. Het werkelijke aantal bewoners op vakantieparken ligt waarschijnlijk hoger.
Semipermanent wonen
Wanschers bezit ook al ruim twintig jaar zo'n vakantiewoning. Hij kocht de grond van zijn huis in 2002 van een projectontwikkelaar, met de belofte dat hij er semipermanent mocht wonen. Naar eigen zeggen een "mooie, riante woning" op een recreatiepark in de provincie Flevoland. "Mij werd verteld: je mag er 40 weken per jaar wonen, en 12 weken niet. Zo stond dat ook in het contract. Voorheen was ik beroepsmilitair, dus twaalf weken niet in de woning zijn was voor mij geen probleem", aldus Wanschers.
Na de aankoop van de grond bedacht de gemeente zich, en werd het bestemmingsplan aangepast. "Ze vonden hun gemaakte afspraken met de projectontwikkelaar toch wel erg ruim, en dus werd in het nieuwe bestemmingsplan gezet dat de eigenaren een ander hoofdverblijf moesten hebben."
Twee huizen bezet
Een flinke tegenvaller voor Wanschers, die met zijn vrouw en zoon op zoek moest naar een andere woning om ingeschreven te staan. Verschillende rechtszaken volgden, tot op de dag van vandaag – maar zonder enig resultaat.
Het gezin vond een huurwoning in de vrije sector, om de hoek, in Harderwijk. Ze wonen nu ongeveer een halve week op het vakantiepark in Zeewolde, en een halve week in het huurhuis in Harderwijk. "We hebben zo’n 1600 euro aan kosten voor ons huurhuis, en zijn daardoor inmiddels een paar ton aan schade verder. Bovendien houden we nu twee huizen bezet, wat nogal onnodig is.”
Win-winsituatie
Om onder de nieuwe regels van minister Keijzer te vallen, moeten eigenaren van een vakantiewoning dus aantonen dat zij permanent verblijven op een park. “Het is gekmakend, want van de gemeente mág ik niet permanent in mijn vakantiehuis wonen – wat de reden is dat ik een extra woning in de buurt huur. En nu vraagt het Rijk mij om aan te tonen dat ik wél permanent in mijn vakantiehuis woon.”
En dat laatste wordt lastig voor de ex-beroepsmilitair, aangezien hij met zijn gezin dus op een ander adres staat ingeschreven. Toch gaat Wanschers een aanvraag doen om hopelijk alsnog permanent in zijn vakantiehuis te kunnen wonen. “Minister Keijzer heeft aangegeven dat gemeenten met enige coulance moeten omgaan met deze situatie. En als ik in het gelijk word gesteld, dan laat ik ook nog eens een huurhuis achter voor iemand anders. Win-win, zou je denken.”
Maar voorlopig merkt hij juist verzet van de gemeente Zeewolde, die niet wil dat mensen permanent op het recreatiepark wonen. Zelf hoopt Wanschers dat het Rijk nog een stapje verder gaat. “Als ik nu mijn huurwoning zou opgeven en vervolgens schaft een nieuw kabinet over 10 jaar dit gedoogbeleid af, dan heb ik een groot probleem. De overheid zou eigenlijk meer naar de wensen van de woningeigenaren moeten luisteren.”