Steeds minder kinderen worden gevaccineerd, maar hoe zorgelijk is de situatie eigenlijk? Het blijkt dat de situatie nú best meevalt, áls de daling tenminste geen trend blijkt te zijn.

Het Rijksvaccinatieprogramma vaccineert kinderen tegen 12 ziektes. De vaccinaties zijn vrijwillig. Het startte in 1957 met vaccins tegen 4 ziektes waaronder polio. Het programma wordt aangepast als nieuwe wetenschappelijke inzichten of andere ontwikkelingen daar reden toe geven.

De reden voor dit vaccinatieprogramma is dat het goed is voor de gezondheid van Nederlanders. De kans op een epidemie neemt af, en de ziektes komen minder voor. Dat is goed nieuws want die ziektes kunnen tot hele vervelende klachten leiden, en zijn soms dodelijk. Vorige week deden we een oproep waarin we mensen vroegen naar hun ervaringen met deze vaccinaties en of er een wettelijke verplichting moet komen.

Uitbraak

Als het RIVM, het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, in juni meldt dat de vaccinatiegraad voor de derde keer achterelkaar daalt, is dat dan ook nieuws. Want zo schreef ze: ‘Als deze trend zich doorzet, neemt de kans op een mazelenuitbraak in de toekomst toe.’ Mazelen krijgt de meeste aandacht omdat dat van deze 12 de meest besmettelijke ziekte is.

Hoe groot is de daling? Eerst wat cijfers. Van het geboortecohort 2014 deed 91,2% mee aan het volledige vaccinatieprogramma. 3,6% had geen enkele vaccinatie. Als we verder kijken nemen we de mazelen als voorbeeld. De WHO, de wereldgezondheidsorganisatie, heeft een vaccinatienorm voor mazelen: 95% voor de eerste (baby’s van 14 maanden) en tweede (9-jarigen) vaccinatie. In Nederland zitten we daar inmiddels onder. In 2014 was 93,8% van de baby’s ingeënt, bij de schoolkinderen ligt dat nog lager en is de norm nooit gehaald.

Uitgelicht

Een meisje wordt ingeent tegen mazelen. (bron: ANP Robin van Lonkhuijsen) /

Artikel over vaccinatieplicht leidt tot zeer heftige discussies

Om te bepalen hoe erg dit is, willen we eerst weten wat die norm precies betekent. Navraag leert dat het vooral een norm is die vaststelt hoe goed je het vaccineren georganiseerd hebt. Het is niet een norm die alle alarmbellen doet afgaan als je er onder zit. Hans van Vliet van het RIVM zegt daarover: ‘De norm is niet een hele harde grens. De 95% van de WHO is aan de veilige kant. Als je daar een beetje onder zit is er niet gelijk wat aan de hand.’

Norm

De problemen ontstaan als je langdurig onder de norm zit. Als een paar mensen mazelen hebben, zal bij een hoge vaccinatiegraad dat snel weer stoppen. Is die graad steeds lager, dan is een steeds grotere groep vatbaar, en verdwijnt de ziekte niet. Dat is in sommige Europese landen nu aan de hand.

Dus stellen we het RIVM nogmaals de vraag: in hoevere is het verontrustend dat we nu al 3 jaar dalen? Ze leggen uit dat er na de laatste meting extra onderzoek is gestart. Er is dus zeker sprake van enige zorg. Maar ze zeggen ook dat de daling ‘heel gering’ is of ‘miniem’. Het is nog niet zo dat de alarmbellen gaan rinkelen.

Speculeren

We vroegen het RIVM ook naar de oorzaak van de daling en bij welke soorten mensen de daling het meest te zien is. Tot onze verbazing weten ze dat niet: over de oorzaak kunnen ze alleen speculeren. En ze kunnen uit de analyses niet één groep achterhalen die minder vaccineert. Er is volgens Van Vliet ook positief nieuws: ouders zijn nu veel bewuster met vaccineren bezig. Het is niet langer vaccineren uit angst of routine.

Makers

Verslaggever