Tot nu toe laten we het beschermen van kinderen tegen overgewicht vooral over aan ouders. Maar kunnen die hun eigen kroost daar eigenlijk wel tegen beschermen? “Ruim 60 procent van de ouders heeft niet in de gaten dat hun kind te zwaar is”, zegt stafarts Emilie Ruiter. 

Voor ons dossier VET, waarin we onderzoeken hoe moeilijk het is om gezond op te groeien, bellen we met Emilie Ruiter, onderzoeker aan het Radboudumc en stafarts jeugdgezondheidszorg bij GGD Gelderland-Zuid. Zij onderzocht in welke mate ouders overgewicht en obesitas bij hun kinderen herkennen. Dat bleek tegen te vallen.

Waarom deed Ruiter hier überhaupt onderzoek naar? “Een kind met overgewicht loopt meer risico op allerlei narigheid zoals depressie, een laag zelfbeeld en stigmatisering. Daarnaast heeft het een grotere kans om later in het leven chronische ziekten te krijgen, zoals diabetes type 2 en kanker.” We moeten dus meer weten over hoe we deze kinderen kunnen helpen, meent Ruiter. “De eerste logische vraag was: Weten hun ouders eigenlijk wel dat ze te zwaar zijn?”

Mijn kind obees? Nee.

Ruiter en haar collega’s legden daarvoor de getallen die ouders zelf invulden over de lengte en het gewicht van hun kind, naast de metingen van de Jeugdgezondheidszorg. Die bleken niet bijster veel te verschillen. Daarnaast keken ze naar het antwoord van ouders op de vraag: Wat vindt u van het gewicht van uw kind? En daar ging het mis. “Tweederde van de ouders met een kind tussen de 2 en 12 jaar met overgewicht vond zijn kind zelf niet te zwaar”, licht Ruiter toe. Bij obese kinderen zag zelfs meer dan 90 procent van de ouders niet in dat hun kind extreem zwaar was. “Dan gaven ze aan dat ze hun kind normaal vonden qua gewicht of misschien een beetje te zwaar. Maar obees, nee.”

Wanneer heeft een kind overgewicht? 

Om te bepalen of iemand overgewicht heeft, kijken professionals naar de BMI (Body Mass Index). Dit is een internationaal gebruikte maat die laat zien of je een gezond gewicht hebt in verhouding tot je lengte. Ruiter: “We gebruiken de BMI als range om overgewicht en obesitas te bepalen. Bij kinderen wordt daarbij rekening gehouden met geslacht en leeftijd.” De gewichtsstatus die de BMI aangeeft, is niet helemaal waterdicht, legt Ruiter uit: “Een zeer atletisch kind dat aan bodybuilding doet en overmatig gespierd is, zou kunnen uitkomen op de status overgewicht. Daarom is de klinische blik van een professional ook altijd nodig. Maar vooral voor grote groepen is de BMI een goede standaard.”

Angst voor het stigma

Dus hoe zwaarder de kinderen, hoe vaker het gewicht werd onderschat door ouders. Hoe verklaart de arts dat? Je kunt dat als ouder toch niet níet zien, zou je denken? “We hebben dat nog niet verder onderzocht, maar misschien voelen ouders maatschappelijke druk om een kind met een normaal gewicht te hebben. Daarnaast zijn ze mogelijk bang voor het sociale stigma dat vaak aan obesitas kleeft.”

Het kan ook zijn dat ze het gewoon echt niet zien, meent Ruiter. “In kranten en op tv zie je vooral plaatjes van zeer dikke kinderen met fastfood in hun hand als het over obesitas gaat. Dit zijn extreme gevallen die de beeldvorming over te zware kinderen bepalen. Dit kan mogelijk een van de verklaringen zijn waarom ouders hun kind met overgewicht niet als te zwaar zien.” Ook denken ouders dikwijls: mijn kind is in de groei, die groeit er wel overheen. Ruiter: “Dat kinderen nog groeien is ook zo natuurlijk. Daarom is overgewicht bij jonge kinderen ook nog het beste tegen te gaan. Als een kind op gewicht blijft, gaat het snel de goede kant op, want het groeit nog in de lengte. Maar dan moet je niet op dezelfde voet doorgaan qua eten en bewegen.”

Eeen groeispurt is niet altijd de oplossing voor overgewicht

Kinderarts Saskia: ‘Kinderen groeien niet over overgewicht heen; het wordt eerder erger’

Sophie moest wel een onderliggende ziekte hebben, aldus haar moeder.

Hoe hoger opgeleid, hoe meer onderschatting

Wat verder opviel in het onderzoek was dat vooral hoogopgeleide ouders een zachter oordeel vellen over het gewicht van hun kind. Ruiter: “Dat kunnen we niet verklaren, we hebben het niet verder uitgezocht. Maar bij die ouders was de onderschatting inderdaad het grootst. Ook bij de kinderen met obesitas.” Speelt schaamte een rol? Dat die ouders wel kennis hebben dat het niet gezond is, maar niet weten wat ze ertegen kunnen doen? “Wie weet. Want ook als je als ouder wel kan inschatten dat je kind te zwaar is, moet je wel de motivatie en opvoedvaardigheden hebben om er iets aan te doen.” We leven in een verleidelijke omgeving, legt Ruiter uit, met een groot ongezond voedselaanbod, vol kindermarketing waar buiten spelen lang niet altijd mogelijk is. “Dan is het extra moeilijk om een kind gezond op te laten groeien.”

Onze leefomgeving wordt steeds ongezonder

Zo is jouw eetomgeving veranderd in de afgelopen 10 jaar

De vraag is dus of ouders hun kinderen wel kúnnen beschermen als ze zo slecht kunnen inschatten hoe zwaar ze zijn, en daarnaast vrij machteloos staan om er iets aan te doen. Pleit dat wellicht voor meer ingrijpen in de omgeving van kinderen zoals in zwembaden, op sportverenigingen en op school? Dan geven we kinderen meer gelijke kansen op een gezond gewicht zonder dat ze daarvoor afhankelijk zijn van hun ouders?

Wat Ruiter het belangrijkst vindt, is dat alle kinderen gezonde voeding en voldoende lichaamsbeweging gaan krijgen. “Dat kan op allerlei manieren: we kunnen ouders helpen, maar ook kindermarketing inperken, zorgen voor voldoende ruimte om buiten te spelen en een gezonde lunch aanbieden op school. Ze zeggen weleens: It takes a village to raise a child. Daar maak ik van: It takes a healthy village, to raise a healthy child.”

Oproep 

Is jouw kind te zwaar? Wat zou jou helpen? Laat het ons weten!

Wil je op de hoogte blijven van dit onderzoek?

Elke week sturen we je onderzoeksverhalen, tips van de redactie, en verhalen die je nog van ons kan verwachten.

Makers