Het is een dossier dat me al jaren niet loslaat: mensen met verward gedrag. En vooral: hoe helpen we ze nu ze steeds vaker zelfstandig wonen? Ze blijken en masse met de Luisterlijn te bellen. Maar die kan weinig meer dan precies dat: luisteren. ‘Dat levert soms hele complexe en pijnlijke situaties op.’
‘We moeten deze mensen niet opsluiten in een politiecel maar een behandeling geven!’ Zo sloeg de politie in onze eerste uitzending over verwarde mensen alarm. Niet zij maar de GGZ zou deze mensen op moeten vangen. Nu jaren later houdt dit dossier mij (en ook de samenleving én de politiek) nog steeds bezig.
Gek van de overlast
Want wat doe je als je buurman in geestelijke nood afglijdt, hij hulp weigert, de zorgen toenemen en jij ook bijna gek wordt van de overlast? Vaak belanden omstanders voor een dichte deur bij de instanties. De erbij gehaalde agenten zijn geen hulpverleners en de GGZ (geestelijke gezondheidszorg) kan niet zomaar iemand opnemen. Dat kan alleen in crisissituaties. Eén van de lastigste dilemma's voor de omgeving en ook voor hulpverleners is dat verwarde mensen vaak pas met de GGZ in aanraking komen als ze al met hele ernstige problemen kampen.
Machteloos toekijken
Bijna een jaar geleden beloofde de politiek daarom een landelijk telefoonnummer waar je je melding kwijt kan, als één van de vele maatregelen om de hulp te verbeteren. Een meldlijn die dag en nacht bereikbaar is en waar GGZ-hulpverleners klaar staan. Zo moeten in wijken en buurten psychische problemen éérder worden gesignaleerd, en hoeven buren niet machteloos toe te kijken hoe die verwarde buurtgenoot steeds gekker wordt.
Meldpunt op de rit?
Maar hoe staat het nu met dat meldpunt? Wanneer gaat het er komen? En wat me vooral intrigeert: ik lees dat het meldpunt alleen voor ómstanders bedoeld is en niet voor de mensen met een verwarde geest zélf. Terwijl juist daar veel eenzaamheid zit en behoefte aan hulp en contact.
Tweehonderdduizend telefoontjes van verwarde mensen
‘Het is ongelooflijk hóeveel mensen met een GGZ achtergrond ons in de avond en nachtelijke uren bellen om gewoon een luisterend oor te vinden, ’ vertelt Monique van Bijsterveld. Ze is van de Luisterlijn, een vrijwilligersorganisatie die 24 al uur per dag paraat is om simpelweg te luisteren naar wie zijn of haar verhaal maar kwijt wil, anoniem. Elk jaar krijgt de Luisterlijn rond de tweehonderdduizend telefoontjes van mensen die in behandeling zijn van de GGZ, op de wachtlijst staan voor een psychische behandeling, of uitbehandeld zijn bij de GGZ. Het is inmiddels 40 procent van alle telefoontjes die ze binnenkrijgen.
Pijnlijke situaties
‘Sinds GGZ-patiënten langer thuis moeten blijven wonen en ook door de wachtlijsten, zien we dat het aantal bellers met deze achtergrond enorm stijgt,’ benadrukt Van Bijsterveld. ‘En dat vind ik een zorgelijke zaak.’ De vrijwilligers zijn namelijk geen hulpverleners. Zij verbinden niet door naar andere instanties. Soms is er meer nodig dan een luisterend oor. ‘En dat levert soms hele complexe en pijnlijke situaties op omdat we de problemen niet kunnen wegnemen.'
‘Van mens tot mens advies’
‘Ik zou graag meer willen doen. We helpen ze nu van mens tot mens we kunnen niet altijd de problemen oplossen. Als het echt zorgelijk is geven wij het advies professisonele hulp te gaan zoeken:. Maar wat Van Bijsterveld vooral frustrerend vindt is dat ze morgen weer bellen. ‘En overmorgen weer en de week erop weer. Zo creëren we als samenleving ons eigen probleem zonder een oplossing voor hen te bieden.’
Stemmen in het hoofd
Zo is er een man met stemmen in zijn hoofd. ‘Elke keer belt hij ons op. Het enige dat we kunnen doen is hem rustig maken.’ Maar zo’n man moet uit eindelijk zélf leren omgaan met die stemmen, hij moet ervoor behandeld worden. Ook bij psychoses zou ik door willen kunnen schakelen. Die mensen hebben echt acute hulp nodig.’
Niet verwerkte trauma’s
Een ander voorbeeld waar vrijwilligers mee te maken krijgen zijn niet verwerkte trauma’s, zoals seksueel misbruik. 'Een beller liet weten dat de angsten die ze hieraan overgehouden heeft haar behoorlijk in de weg zitten bij haar dagelijks functioneren. Soms is voor zichzelf of anderen zelfs gevaar. Door een gesprek met onze vrijwilligers kan ze de situatie even aan, maar hoe is het morgen?'
Doorschakelen naar GGZ
‘Ik zou véél meer willen samenwerken en doorschakelen. Zodat onze vrijwilligers kunnen zeggen: ‘Ik verbind u nu door met de GGZ’. Maar ja, die zijn niet in de nacht beschikbaar. De vrijwilligers weten om te gaan met deze bellers maar vinden het schrijnend dat de GGZ zo tekort schiet. Het aantal oproepen is in korte tijd heel veel meer geworden. Er zijn inmiddels een miljoen mensen in behandeling in de GGZ en er zijn forse wachtlijsten.'
‘Ik ga haar iets aandoen’
Soms is de situatie nog ernstiger. ‘We hebben ook mensen aan de telefoon die de pillen al geslikt hebben en niet alleen dood willen gaan.Het gebeurt een paar keer per jaar dat we kunnen voorkomen dat iemand overlijdt. Pas als mensen echt een ánder iets dreigen aan te doen halen we de politie erbij. Zoals die keer dat een man belde en zei dat hij zijn vrouw had opgesloten en haar iets aan zou doen.’
Contact
‘Ik merk dat een deel van de mensen die ons belt duidelijk behoefte heeft aan meer dan een luisterend oor. Zoveel leed en kosten zouden we kunnen besparen als we meer samenwerken met de GGZ-hulpverleners en andere instanties. En dat ook zo’n landelijk meldpunt niet alleen voor omstanders maar ook voor verwarde mensen zelf beschikbaar komt.’
Het onderzoek
Nu jaren na onze eerste uitzending wil ik onderzoeken: wat is de stand van zaken in het GGZ-dossier? Zijn er inmiddels genoeg psycholances (aangepaste ambulance voor mensen met verward gedrag) waardoor geen politiebusjes meer hoeven worden ingezet? Is de hulpverlening op straat beter geworden zodat de politie mensen in verwarring niet meer mee hoeft te nemen? Werken instanties nu beter samen? Welke trajecten zijn er opgestart?