Sinds corona zijn intrede deed, zijn alle optredens van Mark* gecanceld. Dat betekent geen inkomsten, maar ook geen aflossing van zijn schuld. “Ik wil er graag vanaf, maar ik kom er niet vanaf.” 

We spreken Mark voor ons lopend onderzoek naar zzp’ers en schulden. Als zelfstandige kon de gemeente hem niet helpen met schuldhulpverlening, zo vertelt hij ons. Hij ging zelf op zoek naar een bewindvoerder, maar die maakte er een potje van volgens hem. Mark vertelt hoe het zover kwam.

“Ik heb schulden uit het verleden, zo’n 26.000 euro die ik nu niet terug kan afbetalen. Want door corona heb ik nauwelijks inkomsten. Ik wil er graag vanaf, maar ik kom er niet vanaf.

Eerder heb ik een tijdje zonder werk gezeten als zelfstandige, dat was tijdens de vorige kredietcrisis. Iemand zei me: ‘Je kunt in de bijstand, maar dat moet je niet willen’. Ik nam zijn advies voor lief, hoewel ik dat achteraf gezien misschien beter niet had kunnen doen.

Toen ik zonder inkomen zat, liepen de schulden heel snel op. De Belastingdienst, het energiebedrijf, allemaal wilden ze geld. Maar ik kon de rekeningen niet betalen. De woningbouwvereniging stond op een zeker moment met een container voor mijn huis, ik zou uit huis gezet worden. Met kunst en vliegwerk heb ik een voorschot kunnen regelen en kon ik er gelukkig blijven wonen. Het was niet leuk, die tijd. En dan druk ik me nog zacht uit.

Ik kreeg aanmaningen van de Belastingdienst, verkeersboetes die opliepen, een zorgverzekeraar die steeds meer wilde. Je hebt al geen geld, en dan moet je steeds meer betalen.

Ik nam een baantje erbij, waardoor ik vervolgens mijn schulden begon af te lossen. Als instanties zien dat je geld verdient, gaan ze vechten wie als eerste geld krijgt. De Belastingdienst won. Er werd loonbeslag gelegd op mijn inkomen. Ik hield zo’n zeshonderd euro per maand over om van te leven. Dan moest de huur er nog vanaf. Soms had ik een paar muziekoptredens en verdiende ik wat bij. Zwart. Dat geld kon ik voor mezelf houden.

In de schuldhulpverlening ben ik niet terecht gekomen. De gemeente zei tegen me: ‘We kunnen je niet helpen als zzp’er’. Ik wilde zelfstandig muzikant blijven en bleef ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Ik zocht zelf een bewindvoerder, die me kon helpen met mijn schulden. Maar die maakte er een potje van. Telkens kreeg ik iemand anders te spreken, dan was het weer een stagiair die niks van mijn casus afwist. Mijn huur werd betaald, maar de overige dingen vaak niet. Het schoot niet op.

Ik kwam op een punt waarop ik dacht: schiet mij maar lek. En toen kwam ik mijn vriendin tegen. Zij stimuleerde me om met muziek er weer wat van te maken. Een kennis wees mij op het Bbz-krediet (Besluit bijstandverlening zelfstandigen, red). Ik was blij dat ik kon beginnen met aflossen.

Mijn vriendin werd zwanger. En toen kwam corona. Alle optredens werden afgezegd en we hadden geen inkomen. Ons kindje is geboren in een uitdagende financiële periode.

We ontvingen de Tozo (Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers, red), maar na het betalen van de huur en vaste lasten hou je niks over. Ik ga nu tijdelijk werken in een teststraat, om toch inkomsten te hebben.

Ik heb overwogen om me om te scholen, maar zover ben ik nog niet. Eigenlijk wil ik dat ook niet. Ik doe het liefst waar ik goed in ben, en waar ik me goed bij voel. Dat is muziek maken.”

*Deze naam is gefingeerd vanwege privacy, echte naam is bekend bij de redactie.