Nederland is een van de rijkste landen ter wereld. Toch leeft bijna een half miljoen huishoudens in armoede. Stijgende prijzen zijn te zien in de broodtrommels van de kinderen uit deze gezinnen. Wat kunnen scholen doen om hen te helpen? We lopen een dagje mee met meester Derk.
De lucht is al lichtblauw en ook de zon laat zich zien tussen de wolken door. Een groep halsbandparkieten vliegt schreeuwend van plek naar plek, de vogels trekken zich niks aan van de stadsdrukte in de Indische Buurt in Amsterdam. Ze besluiten te landen in de boom van het kleine schoolpleintje waar ze vrolijk het luidruchtige gekrijs voortzetten.
Het is inmiddels kwart over acht en Derk van Voorst, leerkracht van groep 5, bereidt nog snel de laatste dingen voor in het klaslokaal van de Indische Buurtschool in Amsterdam. Hij legt stapels schriften klaar en schrijft de laatste dingen op het bord. Als 10 minuten later de schoolbel gaat, komen de leerlingen met veel kabaal het klaslokaal binnen. Papa’s en mama’s lopen nog even mee, maken een praatje, geven hun kind een kus en gaan het klaslokaal weer uit. De lesdag kan beginnen.
Derk loopt rustig door het lokaal en de kinderen zijn druk aan het knutselen. Ze hebben net estafette lezen gehad, waarbij de leerlingen correct, vlot en vloeiend leren lezen. Nu maken ze een nieuwe versie van Vincent van Gogh’s schilderij ‘De aardappeleters’. Ze kiezen een feestdag en reproduceren het schilderij in die stijl. Een meisje heeft gekozen voor Thanksgiving. Op het schilderij prijkt nu een grote gevulde kalkoen op de plek waar het bord met aardappelen hoort te staan.
Hoera, mijn lievelingsfruit!
Niet veel later is het tijd voor de lunch. De zon schijnt op de broodbakjes. Een met dierenstickers beplakte broodtrommel van Paw Patrol gaat open. De mandarijntjes en peer, die naast de twee volkoren boterhammen met kaas en ei liggen, worden uit de broodtrommel gehaald en omhooggehouden. De eigenaar roept enthousiast dat hij zijn lievelingsfruit mee heeft. Zijn klasgenootjes haken er direct op aan en iedereen begint zijn of haar lievelingsfruit te benoemen. Appels, aardbeien, watermeloen.. alles komt voorbij. Derk kijkt tevreden toe, maar denkt ook terug aan 6 maanden eerder. Toen dezelfde broodtrommel van Paw Patrol er anders bij stond.
Honger in de klas
De bestickerde broodtrommel had vaak namelijk maar één wit broodje met een plakje kaas. En deze leerling was niet de enige met weinig eten. Naarmate de prijzen stegen en de kosten voor gas de pan uit rezen, waren er steeds meer kinderen die met honger in zijn klas zaten. De kinderen kwamen naar Derk toe en vertelden hem dat ze honger hadden of dat ze hun broodtrommel ‘vergeten’ waren. Dit raakte hem: een kind komt immers niet zomaar bij je. Hij kon zich bijna niet voorstellen hoe moeilijk het moest zijn om dit tegen je leraar te zeggen.
Derk besprak met de kinderen dat er inflatie was, dat alles duurder werd en wat dit kon betekenen voor sommige kinderen. Alle leerlingen luisterden aandachtig en het gesprek zette zich voort in de klas. Hoe ga je daar thuis mee om? Durf je het te vertellen in de klas als je even geen eten bij je hebt? Tijdens het gesprek deelde Derk crackertjes uit., die hij uit zijn tas haalde.
Hoe help je ouders en kinderen?
In een vergadering besprak hij het probleem met de andere leerkrachten. Allemaal wisten ze dat er op hun school kinderen uit kwetsbare gezinnen zitten en alle leerkrachten herkenden het probleem van honger in hun klas. Wat konden ze doen om de kinderen te helpen?
Geld regelen was geen probleem: met een aanvraag bij het Jeugdeducatiefonds kregen ze tijdelijk een bedrag. Maar hoe zorg je dat je ouders en kinderen niet afschrikt of laat opvallen? Een ontbijt klaarzetten op school is een optie, of geld geven aan ouders. Maar die plannen werden ook weer afgeschoten. De intern begeleider kwam met een idee: voedselbonnen die ouders kunnen inleveren bij een winkel in de buurt. Ouders kunnen twee bonnen pakken, elk ter waarde van 5 euro, en deze inleveren bij een winkel voor boodschappen. Ja, dat is een goed idee!
De bakkerij en de Turkse groenteboer werden gepolst. Ze werkten graag mee aan dit initiatief en wilden zelfs op eigen kosten wat extra’s aan boodschappen meegeven aan elke ouder die er gebruik van zou maken. School betaalt de winkels voor elke bon die gebruikt wordt en de ouders gaan hopelijk met goed gevulde tassen naar huis.
De schaamte voorbij
In het begin durfden maar weinig ouders gebruik te maken van de voedselbonnen, ondanks het bericht van school. Daarom besloot Derk een balletje op te gooien in zijn klas. Hij legde het boek waaruit hij voorlas even weg en maakte een praatje met de kinderen. Zonder namen te noemen vertelde Derk dat er ouders gebruikmaakten van de bonnen van school. Veel van zijn leerlingen reageerden enthousiast en ze barstten los met vragen en ideeën. Het balletje rolde, de kinderen namen het verhaal mee naar huis en ouders kregen te horen dat de bonnen een succes waren. Toen er één schaap over de dam was, volgden er meer.
Nu, een half jaar later, maakt een kwart van Derks klas gebruik van de bonnen en komen er geen leerlingen meer bij hem om te vertellen dat ze honger hebben. De crackertjes mogen voorlopig in de tas blijven.
Dit verhaal is geschreven door Birgit Ham, student aan de Hogeschool Windesheim.