Bijna alle Gelderse gemeenten halen hun klimaatdoelstelling op dit moment niet. Zelfs de gemeenten die het meeste doen aan duurzaamheid, doen niet genoeg. ‘Het is nu vooral dweilen, terwijl de kraan verder open gaat,’ aldus Derk Loorbach. Hij is hoogleraar sociaal economische transities en onderzoekt de invloed van grote veranderingen in de samenleving, waaronder de overgang naar duurzame energie.
Nederland wil in 2050 80-95% minder CO2 uitstoten en alle huizen voorzien van duurzame energie. Oftewel, voor onze elektriciteit en verwarming moeten helemaal van het aardgas af, we moeten geen olie meer gebruiken en ook geen kolencentrales laten draaien.
Gemeenten zijn rondom deze ontwikkeling wettelijk nog nergens toe verplicht, maar velen beloven wel dat ze op termijn alleen nog maar 'energieneutraal' worden. Dat houdt in dat alle energie die ze gebruiken duurzaam wordt opgewekt. Daarbij moet je vooral denken aan zon- en windenergie, maar ook nieuwe vormen van schone brandstoffen. De grote vraag is of de mooie woorden ook worden ingevuld met pijnlijke maatregelen. In het hele land bestaat een grote weerstand tegen windmolens, terwijl die onmisbaar lijken als gemeenten alleen nog maar schone energie willen.
In Gelderland lijken ze in ieder geval een extra stap te willen zetten. Maatschappelijke organisaties, bedrijven en burgers sloten daar in 2015 het Gelders Energie Akkoord (GEA). Vrijwel alle gemeenten doen mee en verbinden zich daarmee aan concrete doelstellingen. Men heeft namelijk landelijke doelen qua duurzame energie en uitstoot van CO2 van het Energieakkoord vertaald naar de gemeente. Dat houdt in dat de Gelderse gemeenten afgesproken hebben hoeveel energie ze gaan besparen, hoeveel schone energie ze zelf gaan opwekken en dat ze publiceren of dat lukt. Daardoor kan iedereen zien of de gemeenten goed op schema liggen om de doelen van 2050 te halen. Het is een interessant initiatief, maar levert het resultaten op die de rest van het land richting geven?
Meer energie verbruik
Uit een eerste inventarisatie van het onderzoeksbureau Drift blijkt dat de meeste gemeenten in Gelderland niet minder energie zijn gaan gebruiken in de afgelopen jaren. Het is de bedoeling dat gemeenten ieder jaar 1,5% minder energie verbruiken. Echter, mede door een aantrekkende economie stijgt het energieverbruik juist in de meeste gemeenten. Vooral regio’s met veel bedrijvigheid hebben daar last van. Bijvoorbeeld de gemeente Zaltbommel waar veel glastuinbouw aanwezig is. Het energieverbruik nam daar de afgelopen jaren met ruim 7% toe.
De cijfers zijn afkomstig van de klimaatmonitor van Rijkswaterstaat, waarin het energieverbruik van alle gemeenten op te zoeken is. Omdat er maar naar twee jaar is gekeken, kan een koude winter veel invloed hebben op de cijfers. Maar de cijfers passen wel binnen de trend dat het energieverbruik in Gelderland de afgelopen jaren nog niet altijd sterk genoeg daalt.
Terugtrekkende beweging
Ook het opwekken van duurzame energie is nog lang niet op peil in Gelderland. Slechts op een paar plekken wordt meer duurzame energie opgewekt dan het Nederlandse gemiddelde. Zaltbommel wekt op dit moment 1,1% duurzame energie op, terwijl Nederland in 2020 in totaal 14% duurzame energie zou moeten opwekken. Volgens Loorbach worden de mogelijkheden nog niet goed benut: ‘Slechts 2% van het dakenpotentieel in Gelderland is nu benut.’
Volgens de gedeputeerde van de provincie Gelderland, Jan-Jacob van Dijk, hebben gemeenten in het verleden te makkelijk afspraken gemaakt over klimaatdoelstellingen. ‘In 2014 is bij de coalitieonderhandelingen heel makkelijk gezegd ‘we worden energieneutraal’, zonder dat de gemeenten wisten wat het was.’ In de afgelopen jaren is veel gedaan volgens de gedeputeerde, maar er is ook veel gedoe en ruzie geweest over windmolenparken en velden met zonnepanelen. Politici hebben zich wel verbonden aan doelstellingen, maar als het erop aankomt en er moeten windmolens geplaatst worden, wordt het vaak niet doorgezet. ‘Wat ik de gemeente verwijt is dat als puntje bij paaltje komt, ze terugtrekkende bewegingen maken. Ik betreur dat, past niet bij leiderschap.’