Nederland is op slot en de richtlijnen van het RIVM in deze corona-crisis zijn helder: blijf thuis, vermijd sociale contacten en houdt 1,5 meter afstand als je onder de mensen bent. Maar in de zogenaamde vitale beroepen is dat niet altijd mogelijk. Zo kregen we een aantal reacties voor ons onderzoek naar Vitale Beroepen vanuit de GGZ, de geestelijke gezondheidszorg. Medewerkers op de gesloten afdelingen, waar mensen met zware psychiatrische diagnostiek verblijven, merken dat de spanning al vanaf dag één oplopen.
Joris Schuurman Hess reageerde op onze oproep om de gevolgen van de maatregelen tegen het corona-virus met ons te delen. Hij is werkzaam bij GGZ-instelling Emergis in Zeeland. Deze instelling behandelt 10.000 mensen per jaar. De poliklinieken zijn gesloten dus de dagbehandeling ligt helemaal stil. Dat gaat om ongeveer 3500 mensen op dit moment. Maar op de gesloten afdelingen gaat het werk door. Zo goed en kwaad als het kan.
Spanning loopt meteen op
“Voor mijn directe werk heeft het enorme gevolgen”, zegt Joris Schuurman Hess. "Ik ben woonbegeleider. Ik werk met twintig patiënten met grote psychische problemen als chronische depressiviteit en persoonlijkheidsstoornissen. Die wonen in twee huizen op het terrein, ze delen daar de woonkamer en de keuken, en hebben een eigen kamer. Normaal loop ik in en uit en help ik ze de dag door. Dat is nu voorbij. Ik moet het contact tot een minimum beperken. Dat betekent dat ik alleen medicatie uitdeel, en de maaltijden verzorg. En dan moet ik weg. Er is geen behandeling en dagbesteding meer. Ik merkte een dag nadat de maatregelen in zijn gegaan al dat de spanning enorm oploopt op de afdeling. De behandeling is gestoeld op zekerheid, duidelijkheid en regelmaat. Dat valt weg. Ik kan wel uitleggen waarom, en dat het waarschijnlijk tot 6 april gaat duren. Maar op de vraag of alles dan weer bij het oude is, kan ik geen antwoord geven. En dat is voor mijn patiënten heel moeilijk. Het druist ook in tegen alles wat ik ben. Ik ben hulpverlener en ik moet ze min of meer aan hun lot overlaten. Dat vind ik zwaar. Ik merk nu al dat het vertrouwen dat ik heb opgebouwd geschaad is."
Eindeloos handen wassen
Ook Astrid Stam reageerde. Zij werkt in een psychiatrische vervolgkliniek voor ouderen in Bennebroek. "Ik kom net uit de avonddienst en het is verschrikkelijk onrustig op de afdeling. Ik werk met ouderen die gediagnostiseerd zijn met zware psychische problemen, vaak schizofrenie. Je kan wel zeggen dat de kans dat ze beter worden nihil is. De afdeling is eigenlijk hermetisch afgesloten. Het is heel moeilijk om uit te leggen wat er aan de hand is. Je kan het ook niet buiten houden natuurlijk, de tv staat hier ook aan. Er zijn patiënten die doorslaan en eindeloos hun handen staan te wassen. Maar ik kan de onrust niet wegnemen. We moeten afstand houden en het contact tot een minimum beperken."
Dubbel gevoel
"Ik voel ook een enorme verantwoordelijkheid. Ik heb dus een vitaal beroep, maar het is niet zonder risico’s. Ik wil niet op mijn geweten hebben dat ik dat virus naar binnen sleep. Ik doe er alles aan om dat te voorkomen. Want we hebben vijf patiënten met de hoogste graad COPD. Die overleven het niet als ze een corona-besmetting oplopen. Dus het is dubbel: aan de ene kant wil ik er zoveel mogelijk zijn voor mijn patiënten, aan de andere kant moet ik zoveel mogelijk uit de buurt blijven om het risico van besmetting te verkleinen."