Een mooi leven als piloot, dat is waar Ruben* van droomde. Maar dat liep anders. Ruim 10 jaar na het afronden van zijn pilotenopleiding heeft hij een forse schuld en zit in de wettelijke schuldsanering (WSNP). De weg naar een schuldenvrij bestaan is geen gemakkelijke, zo vertelt hij. ‘Het was één grote bak ellende om überhaupt in die schuldregeling terecht te komen.’

We spreken Ruben voor het onderzoek Schulden waarin we onderzoek doen naar de vraag hoe het kan dat er steeds minder mensen in de WSNP (Wettelijke Sanering Natuurlijke Personen) terechtkomen. Dit terwijl het aantal mensen met problematische schulden niet afneemt.

Uitgelicht

Daling aantal mensen in de wettelijke schuldsanering / Michaeljayberlin | Dreamstime

Opnieuw minder mensen in wettelijke schuldsanering

Lening voor opleiding

De geldzorgen beginnen een aantal jaar nadat Ruben zijn opleiding tot piloot heeft afgerond. Om de opleiding te bekostigen heeft hij een forse lening afgesloten bij de bank. Dat is gebruikelijk in deze sector omdat het een privé-opleiding is, waar je geen beurs voor kunt krijgen. Gelukkig kan Ruben direct na het behalen van zijn diploma als piloot aan de slag bij een grote luchtvaartmaatschappij en hoopt daarmee de investering in zijn opleiding terug te verdienen.

'Het was een leuke baan, ik had het naar mijn zin en ik verdiende goed. Maar na drie jaar werken kwam de crisis en werd ik wegbezuinigd,’ vertelt Ruben. Niet snel daarna krijgt hij moeite om aan zijn betalingsverplichtingen van de bank te voldoen en zijn studieschuld af te betalen. De vliegbrevetten die hij moet halen om te mogen blijven vliegen kan hij niet meer betalen, dus de kans op een nieuwe baan als piloot wordt steeds kleiner. ‘Toen bevroor de bank ook nog eens mijn rekening en kon ik niet meer bij mijn geld. Rekeningen voor huur, gas water en licht stapelden zich op en ik kreeg aanmaning op aanmaning, boete op boete.’

‘Van kastje naar de muur’

Ruben besluit bij de gemeente aan te kloppen, in de hoop dat zij hem kunnen helpen met zijn oplopende schulden. Ondertussen heeft hij ook zijn woning opgezegd en gaat hij antikraak wonen om de kosten laag te houden. Maar juist die instabiele woonomgeving zorgt voor problemen in zijn zoektocht naar hulp, zo legt Ruben uit. ‘In de gemeente waar ik toen woonde was de schuldhulp geregeld per stadsdeel. Omdat ik antikraak woonde verhuisde ik ook regelmatig en viel dan elke keer weer onder een ander stadsdeel. En bij elke verhuizing moest ik me ook weer melden bij een andere schuldhulpverlener. Die zich dan ook weer moest verdiepen in mijn dossier en alles weer opnieuw moest opstarten. Om gek van te worden, je wordt gewoon van het kastje naar de muur gestuurd.’

Vijf verhuizingen, verschillende gemeenteloketten en een aantal jaar verder is Ruben het zat en besluit een klacht in te dienen bij de gemeente. En wat blijkt: hij had gewoon bij de eerste schuldhulpverlener kunnen blijven. Ruben: ‘Dat is toch echt verschrikkelijk. Het hele traject had veel sneller gekund en ik had al een aantal jaar eerder in de wettelijke schuldsanering kunnen zitten. Dan was ik waarschijnlijk nu al schuldenvrij geweest, en waren de schulden in de tussentijd ook niet verder opgelopen. Het is dat ik op een gegeven moment met mijn vuist op tafel heb geslagen, maar anders zat ik misschien nu nog steeds in het voortraject naar de wettelijke schuldsanering. Dan was het nog steeds pappen en nathouden in plaats van echte hulp bieden.’

Frustrerend noemt de oud-piloot het hele traject en hij hoopt dat het voor toekomstige schuldenaren allemaal minder lang duurt. ‘Ik vind eigenlijk dat je dit landelijk zou moeten regelen, dat er één loket is waar je terechtkan voor die toegang tot de wettelijke schuldsanering. Een plek waar ze spijkers met koppen slaan en weten hoe de regels in elkaar zitten.’

* Ruben is een gefingeerde naam. Hij zit nu inmiddels ruim 2 jaar in de wettelijke schuldsanering en hoopt einde van dit jaar schuldenvrij te zijn.

Makers