Vragen over aardrijkskunde, biologie en geschiedenis verdwijnen dit jaar uit de Centrale Eindtoets (vanaf dit jaar: doorstroomtoets) van de overheid. Ook de andere toetsaanbieders gaan deze vakken niet toetsen, blijkt uit een rondvraag. Kinderen krijgen alleen vragen over de wettelijk verplichte onderdelen: rekenen, taalverzorging en lezen. 

Sinds 2015 maken groep 8-leerlingen in Nederland een wettelijk verplichte eindtoets. Daar mogen naast taal- en rekenvragen ook vragen over andere delen van het curriculum in zitten, zoals aardrijkskunde, biologie en geschiedenis. Het aantal kinderen dat hier toetsvragen over kreeg, liep de afgelopen jaren echter sterk terug en aankomend jaar kunnen scholen dit soort vragen helemaal niet meer afnemen. Slechts één toetsaanbieder heeft een extra toetsonderdeel: dat gaat over het sociaal-emotioneel functioneren van leerlingen. De andere vijf aanbieders toetsen alleen de wettelijk verplichte onderdelen.

Smalle toetsing leidt tot smal onderwijs

Al sinds de invoering van de eindtoets is er discussie over wat er in de toets moet zitten, omdat deze niet alle kerndoelen van het onderwijs kan dekken. Op dit moment zijn alleen het domein Rekenen, en voor taal de subdomeinen Taalverzorging en Lezen wettelijk verplicht. “Vooral voor het vak taal is de toetsing nu erg beperkt,” zegt toetsexpert Karen Heij, die promoveerde op de eindtoets.

Ook de Onderwijsraad uitte vorig jaar haar zorgen in het rapport Taal en rekenen in het vizier (2022) en noemt de toetsing ‘onevenwichtig'. “De landelijk genormeerde toetsen beslaan maar een deel van de doelen en bevatten alleen een bepaald type vragen. Dat heeft effect op het onderwijs. Leraren willen leerlingen immers goed voorbereiden op een toets en richten het onderwijs dan vooral daarop […] Ze leren min of meer een trucje.”

Helpt het vak Begrijpend Lezen het leesplezier om zeep?

Saai en taai. Helpt het vak begrijpend lezen het leesplezier van kinderen om zeep?

Is er een verband tussen het vak begrijpend lezen en het gebrek aan leesplezier op de basisschool?

PO-Raad: We slaan de taalvaardigheid plat

Volgens critici zijn voor de brede taalontwikkeling van kinderen zaken als achtergrondkennis, leesmotivatie, schrijfvaardigheid en mondelinge vaardigheid echter ook heel belangrijk. Daar zou nu -vanwege de focus op de vakken in de eindtoets- minder aandacht naar uitgaan in het onderwijs. Schooldirecteur Eva Naaijkens: “Schooldirecteuren boeken graag resultaten op de toetsen, want ze weten: ouders kijken daarnaar bij het kiezen van een school en de Onderwijsinspectie beoordeelt scholen erop.”

De koepel van basisscholen maakt zich zorgen over de focus op alleen de wettelijk verplichte onderdelen. Stijn Temmen van de PO-Raad: “We proberen nu iets breeds als taalontwikkeling te vangen in een toets die slechts een klein onderdeel daarvan meet. Daarmee slaan we taalvaardigheid plat”.

Hoe kan het dat Nederlandse kinderen minder plezier hebben in lezen en ook minder goed lezen?

Leesvaardigheid van Nederlandse 10-jarigen onder westers gemiddelde

Hoe kan het dat Nederlandse kinderen minder plezier hebben in lezen en ook minder goed lezen?

Minister: Toetsing ‘nooit perfect’

Ria Westendorp, directeur Toezicht Primair Onderwijs bij de Onderwijsinspectie, zegt in een interview voor haar oordeel over een school breder te kijken naar hoe het (taal)onderwijs is ingericht, en niet alleen naar de resultaten op de toets. Zij meent dat de doorstroomtoets nuttig is als objectief gegeven, maar dat scholen hun onderwijs er niet op moeten richten.

Mariëlle Paul, de nieuwe demissionaire onderwijsminister, ziet dat de landelijke toetsing in het basisonderwijs ‘nooit perfect’ is en laat weten dat het ministerie voortdurend kijkt of aanpassingen nodig zijn: “We gaan onderzoeken of praktische vaardigheden en competenties, zoals schrijfvaardigheid, in de doorstroomtoets kunnen worden opgenomen.”

Meer weten? Kijk onze uitzending:

Helpt onze toetscultuur het leesplezier om zeep?
25 min 28 s

Nederlandse kinderen lezen niet graag. Qua leesplezier bungelen onze 10-jarigen ergens onderaan de internationale ranglijst en hun leesvaardigheid zit inmiddels onder het westerse gemiddelde. Wat is er in Nederland anders dan in andere landen? Leerkracht Henny en schoolleider Eva tippen ons dat onze toetscultuur er weleens debet aan zou kunnen zijn. Scholen en leerlingen worden afgerekend op hun toetsresultaten, dus daar richt het taalonderwijs zich veelal op. Hoe zit dit in elkaar? Wat leren kinderen eigenlijk tijdens de begrijpend leeslessen? En zijn er ook scholen waar kinderen wél plezier hebben in lezen en schrijven?

Verder lezen?

Wat gebeurt er als je geen begrijpend lezen meer geeft op de basisschool?

Vijf vragen aan de directeur van de school waar kinderen lezen wél leuk vinden

De kinderen lezen heel veel, maar het vak begrijpend lezen; daar doen we niet aan.

‘We analyseren teksten dood waardoor kinderen hun leesplezier verliezen’

Leerkracht: ‘De Donald Duck heeft een hoger taalniveau dan de gemiddelde leerstof voor groep 7’

Ons 'kunstjesonderwijs' leidt tot minder leesplezier volgens leerkracht Henny.

Zo ging Jacques Vriens om met leeshatende leerlingen en toetsdruk

Zo kreeg Jacques Vriens zijn leerlingen aan het lezen: ‘Geen uitgebreide boekbesprekingen en help moeizame lezers op weg met luisterboeken’

Nog een goede tip is: kinderen aan de 'melkmachine' hangen.

Werkboeken van lesmethodes doen leerkracht Petra denken aan vakantiedoeboeken.

Leerkracht Petra wil niet afhankelijk zijn van commerciële lesmethodes: ‘Het maakt het onderwijs schraal’

“De methode is een soort keurslijf voor de gemiddelde leerling."

Makers