Veel bewoners van Zuid-Limburg kampen nog steeds met mijnbouwschade. Bovendien heeft zich een nieuw probleem aangediend: door het stijgende mijnwater dat de grond omhoog drukt, kan nieuwe schade ontstaan. Uit onderzoek van Pointer blijkt dat er sinds 2015 honderden meldingen bij gemeenten in de mijnstreek zijn gedaan. In totaal is er 416 keer schade gemeld, van scheuren in muren en verzakkingen tot ondergelopen kelders en kruipruimtes.
In 25 gevallen is de schade afgehandeld door het Calamiteitenfonds Mijn(water)schade. Deze behandelt alleen zaken waar bij de woning sprake is van een schrijnende woonsituatie, veroorzaakt door constructieve gebreken aan de fundering. In de andere gevallen konden de gemeenten niets betekenen voor de bewoners.
Jan de Wit, voorzitter van het Calamiteitenfonds, denkt dat het probleem veel groter is: ‘het gaat naar schatting om 10.000 huizen die schade hebben opgelopen.’
Luister naar de uitzending vanuit het Nederlands Mijnmuseum in Heerlen:
Oude mijnstreek Limburg wordt het nieuwe Groningen
Dat lang niet alle schadegevallen bij de gemeenten gemeld worden, blijkt ook uit een oproep die Pointer deed. Voor veel bewoners is niet duidelijk bij wie ze kunnen aankloppen om hun schade aan te geven. In de radio-uitzending van Pointer pleit CDA-Tweede Kamerlid Agnes Mulder daarom voor één loket waar burgers terecht kunnen om hun schade te melden. Mulder benadrukt dat de overheid in dit soort schadegevallen naast de burger moet gaan staan en niet tegenover hen. Bewoners met schade moeten nu nog allemaal zelf uitzoeken hoe ze de schade hersteld kunnen krijgen.
Hans Vijlbrief, staatssecretaris Mijnbouw, laat Pointer weten dat er een schaderegeling in de maak is. Maar de regeling laat inmiddels lang op zich wachten. Al in 2015 beloofde toenmalig minister Wiebes dat er een regeling zou komen. En in 2021 nog schreef oud-minister Stef Blok van Economische Zaken en Klimaat in een brief aan de Tweede Kamer dat hij een regeling ontwerpt.
Dit onderzoek is tot stand gekomen in de Pointer pop-up in Heerlen. Op zondag 18 december deed Pointer op NPO Radio 1 verslag van haar bevindingen, rechtstreeks vanuit het Nederlands Mijnmuseum.