Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) onderzoekt in opdracht van de overheid de luchtkwaliteit rondom Schiphol. Maar uit de metingen die ze doen, verwachten ze pas in 2021 conclusies te kunnen trekken. De voorlopige metingen zijn openbaar, dus besluiten we voor ons onderzoek Overlast vliegtuigen een maand lang de hoeveelheid ultrafijnstof bij te houden op twee locaties. Wat blijkt? In tien procent van de tijd is het gemiddeld aantal ultrafijnstofdeeltjes in de polder rond Schiphol hoger dan aan een drukke weg in de binnenstad.

Op tien verschillende plekken rondom Schiphol heeft het RIVM meetkastjes geplaatst om de luchtkwaliteit te meten. We verzamelen van half april tot half mei de metingen van twee verschillende meetstations rondom Schiphol via Luchtmeetnet: Oude Meer-Aalsmeerderdijk en Badhoevedorp-Sloterweg. Deze meetstations zijn op dit moment actief en houden onder andere de hoeveelheid ultrafijnstofdeeltjes bij. De rode en de blauwe lijn geven respectievelijk het gemiddeld aantal ultrafijnstofdeeltjes per uur aan in de meetstations in Aalsmeer en Badhoevedorp.

grafiek

Tijdens bijna honderd uur komt het gemiddeld aantal ultrafijnstofdeeltjes rondom Schiphol boven de 50.000 per kubieke centimeter lucht. Bij twaalf van deze uren komt het deeltjesaantal zelfs boven de 100.000 duizend. Maar wat zeggen deze cijfers? Wat zijn veel en wat zijn weinig ultrafijnstofdeeltjes? We zetten het gemeten aantal deeltjes rondom Schiphol af tegen het aantal deeltjes dat normaal gesproken op andere plekken gemeten wordt. In een rapport van het RIVM vinden we:

grafiek

Uitgelicht

Dave de Jonge, GGD Amsterdam / De Monitor

‘In een schoon kantoor zijn 2000 ultrafijnstofdeeltjes, op de Noordpool maar 10 of 20.'

Komen deze deeltjes van Schiphol? Dat kunnen we uit de beschikbare data niet afleiden. Het RIVM geeft zelf al aan dat er een snelweg aangelegd is die tussen Schiphol en het meetstation Badhoevedorp ligt (op ca 600 meter afstand van het meetstation). Op hun site lezen we:

‘Het wegverkeer dat er rijdt, kan een verstorende bron voor ultrafijn stof vormen. Reden om de locatie wel als extra locatie in te zetten is dat Badhoevedorp de enige grotere woonkern nabij Schiphol is waar anders niet gemeten zou worden.’

Hoge uurpieken

Eerder spreken we al met Dave de Jonge, die namens de GGD Amsterdam de metingen doet. Hij neemt ons mee naar het meetstation Oude Meer-Aalsmeerderdijk vlakbij Schiphol.

‘Op dit meetstation hebben we de afgelopen weken een aantal keer richting 100.000 uur gemiddelden gemeten.’

Opvallend is dat deze uurpieken een paar keer na 20:00 uur ’s avonds voorkomen. Geen logisch moment voor een file. Maar of de deeltjes van Schiphol komen kan De Jonge niet zeggen: 'Het kan ook van een barbecue of van een bootje komen.’ Volgens De Jonge is uit eerder onderzoek gebleken dat Schiphol een bron is van ultrafijnstof en dat die ook neer kunnen dalen in de omgeving. Maar of dat ook voor de deeltjes geldt die zijn meetstation meet, kan hij niet zeggen. 'Dat is niet aan ons. Wij leveren de cijfers in.’

Bronnen van ultrafijnstof

Het is uiteindelijk aan het RIVM om te onderzoeken waar het ultrafijnstof precies vandaan komt. In hun meetplan zien we:

‘Door de deeltjesgrootteverdeling te meten kan beter onderscheid gemaakt worden tussen de bronnen van ultrafijn stof. Zo hebben deeltjes als gevolg van vliegtuigemissies een kleinere diameter dan die als gevolg van wegverkeer.’

Welke effecten deze concentraties ultrafijnstof hebben op de gezondheid van omwonenden van Schiphol, daar is nog (te) weinig over bekend. Daarom doet het RIVM ook daar op het moment onderzoek naar. Marijn onderzocht alvast met een mobiele ultrafijnstofmeter op welke plekken je voor de zekerheid beter je adem in kan houden. Kijk de video hieronder:

Makers