Voor ons onderzoek naar Lokaal Bestuur krijgen we veel tips uit Renkum, waar inwoners last hebben van een nabijgelegen papierfabriek. De vergunning is afgegeven door de provincie, maar bewoners kijken vragend naar de gemeente. Wat kan je dan als bestuurder? We leggen het voor aan wethouder Joa Maouche.
Het stinkt, bewoners kunnen op sommige zomerdagen niet meer in de tuin zitten en hebben last van geluid, stof en trillingen. Dit allemaal door een verandering in het productieproces van papierfabriek Parenco, die overschakelde van de productie van wit papier naar karton. Toch voldoet de fabriek aan zijn provinciale vergunning, waardoor de inwoners van Renkum weinig tegen de overlast kunnen doen. Hoe kom je als gemeente dan op voor je bewoners?
‘De provincie is het bevoegde gezag. Die geeft de vergunning af en doet ook aan handhaving als daar reden toe is. Als gemeente zit je daartussen en dat voelt misschien gek. Het enige wat wij kunnen doen is bij de provincie de boel op de agenda houden. En bij Parenco op gesprek gaan, om daar de druk op de ketel te houden zodat zij hun verantwoordelijkheid nemen’, aldus wethouder Maouche (GroenLinks). Volgens hem kan de gemeente dus weinig meer dan praten.
Gemeenteraad
Toch vinden veel inwoners van Renkum dat de wethouder zich er iets te makkelijk vanaf maakt. Zij willen dat de gemeente de regierol op zich neemt. In een recente raadsvergadering pleit gemeenteraadslid Jan Wessels (CDA) hiervoor. ‘Dan kan de gemeente alle partijen verbinden en de druk op de ketel houden.’
De wethouder is hier geen voorstander van. Tijdens de raadsvergadering reageert hij: ‘Het is niet verstandig om de regisseursrol op te pakken. Daarmee geven we de provincie het comfort dat wij als gemeente de kar wel gaan trekken.’ Maouche gelooft niet dat er hierdoor sneller een oplossing komt dan wanneer de provincie zelf verantwoordelijk blijft.
Teleurgesteld
Sommige bewoners in Renkum zijn teleurgesteld in Maouche, die in verkiezingstijd aankondigde Parenco hard aan te pakken wanneer de situatie niet zou verbeteren. Nu hij wethouder is, lijkt hij toch terug te komen op die belofte. ‘Als wethouder kan ik invloed aanwenden, probeer ik bij de directie van Parenco steeds maar weer te benadrukken wat het belang is. Maar de provincie is het bevoegd gezag en zij gaan over de vergunning’.
‘Het is niet alsof de gemeente niks doet. Onze burgemeester gaat samen met de gedeputeerde bij Parenco langs. Die hebben een nieuwe eigenaar. Wij gaan het belang van een oplossing benadrukken. En de provincie is degene die daar samen met de omgevingsdiensten blijft controleren.’
Raadslid Jan Wessels vindt dit niet genoeg. ‘Vanuit de gemeente is er echt meer nodig dan kopjes koffie drinken. Ik wil van de wethouder horen wat het concrete plan is over hoe we gaan zorgen dat de overlast afneemt. Aan handhaving hebben we niets, want ze blijven binnen de normen. Het karretje zit in de poep en dat moet los getrokken worden.’
‘De vergunning is niet meer terug te draaien. Ik weet ook niet zo snel een oplossing, zeker niet als iedereen naar elkaar wijst. Het komt er nu eigenlijk op neer dat de burgers in dit dorp afhankelijk zijn van de goede wil van Parenco. Die zeggen: ‘We zijn ermee bezig, we doen ons best.’ Maar buiten merk je er niets van. Sterker nog, de overlast lijkt wel toe te nemen. Ik vind het een onbehagelijk gevoel dat we burgers hier niet tegen kunnen beschermen’, aldus Wessels.
Jan Wessels heeft met steun van alle partijen in de gemeenteraad een motie ingediend waarbij de wethouder gevraagd wordt om een concreet stappenplan om de problematiek aan te pakken. Wethouder Maouche reageert hier toch instemmend op: ‘Geen oplossing is geen optie.’