Door slechte communicatie, het niet nakomen van afspraken en dossiers die zich al jaren voortslepen, zijn veel Groningers die in het aardbevingsgebied wonen het vertrouwen in de overheid kwijt. Hoe dat kan? Pointer kreeg een blik achter de schermen, door te spreken met 13 oud-medewerkers over het reilen en zeilen binnen de organisatie.
Een interne memo van de Nationaal Coördinator Groningen zelf schetst in 2022 al een verontrustend beeld over de werkwijze van de organisatie, die de versterkingsoperatie van huizen in het Groningse aardbevingsgebied moet uitvoeren. ‘Bewoners zitten vast in het systeem en worden vermorzeld’, is te lezen. Verder staat er dat ‘bewoners niet worden geholpen, ondanks de inzet van medewerkers’. Ook schort er het nodige aan de communicatie. ‘Het kan en moet nog beter: communicatie is naast de bewoner zitten, niet alleen zenden’. Er moet een plan van aanpak komen om deze problemen op te lossen, is de conclusie.
Dit beeld van de organisatie lijkt anno 2025 weinig veranderd. De oud-medewerkers die we spraken waren onder andere projectleider, bewonersbegeleider, jurist of inkoper. Ook zagen we honderden documenten van de Ondernemingsraad in die openbaar zijn geworden via de Wet Open Overheid (Woo). Het beeld dat naar voren komt is van een zeer ambtelijke organisatie met een hoog ziekteverzuim en veel ingehuurde medewerkers.
Gaten zitten in het dak
“Dan zag je op papier een huis dat er perfect uitzag. Dan kwam ik daar, en dan zaten aan de buitenkant de gaten in het dak, zeg maar. Dan dacht ik: hoe kan dit?”, vertelt een oud-medewerker. Pointer onthulde begin dit jaar al dat er door bewoners getwijfeld wordt aan de kwaliteit van de rapporten die ze krijgen, waarin staat of hun huis wel of niet aardbevingsbestendig is.
Ook medewerkers kregen hier dus soms wel iets van mee. “Wij hoorden best vaak van bewoners dat er inhoudelijk fouten stonden in de rapporten. Maar of dat echt zo was, was voor ons lastig te controleren. Wij zijn geen bouwkundigen. Ik heb wel gezien dat er soms knullige fouten in stonden, het adres of foto’s die niet klopten,” aldus een bewonersbegeleider. Een projectleider probeerde de aansturing van de externe bureaus aan te kaarten bij zijn teamleider. “Maar ik kreeg gewoon geen antwoord. En dan dacht ik: ja hallo, maar dit is wel overheidsgeld.”
De controle is lopendebandwerk
De NCG huurt ingenieursbureaus in die ter plaatse checken of een huis aardbevingsbestendig is. Een zogenoemde ‘opname’ van een huis door zo’n bureau kost al snel meer dan tienduizend euro. Het is de taak van de NCG om vervolgens te controleren of het oordeel van een ingehuurde bureau klopt.
Maar dat is heel lastig, geeft een medewerker aan die met die taak belast was. “Wij doen die controle vanachter een bureau, dat heeft me erg verbaasd,”, geeft hij aan. “Je moet dat huis gewoon zien, anders weet je niet hoe de constructie in elkaar zit en wat er onder de grond zit. Ik heb constant het gevoel gehad dat ik lopendebandwerk aan het uitvoeren was en ik had geen idee of wat ik voorgeschoteld kreeg op werkelijkheid berustte.”
45 minuten per dossier
In een interne memo van de NCG uit 2023 staat hoeveel tijd medewerkers hebben voor de kwaliteitscontrole: ‘We hebben een planning gemaakt. Daarbij gaan we uit van 45 minuten per dossier. Dat betekent 7 á 8 dossiers per dag. Dit is een richtlijn en geen resultaatverplichting.’ Toch werd dit wél als resultaatverplichting gevoeld, geven medewerkers aan. “Er werd gestuurd op het halen van de targets. Maar als je het goed wilde doen, had je echt uren nodig per dossier.”
In een reactie benadrukt de NCG nogmaals dat de genoemde 45 minuten nooit als norm of verplichting is gehanteerd naar medewerkers toe. “Ook toen gold: de medewerker neemt de tijd die nodig is om de kwaliteitstoets zorgvuldig te doen,” licht een voorlichter toe.
Veiligheid van bewoners bungelt onderaan
De medewerkers, die er werkten tussen 2020 en 2025, noemen de druk vanuit ‘Den Haag’ als één van de oorzaken die hun werk vertraagde en moeilijker maakte. “De medewerkers zelf, die wilden wel. Maar het spel was gewoon te gecompliceerd. Daardoor durf ik wel te zeggen: de veiligheid van de bewoners, zoals zo vaak werd gezegd, stond niet op de eerste plek. De bewoner bungelde vaak onderaan.”
In de afgelopen jaren werden er telkens wetten en regels verandert, wat het voor een uitvoeringsorganisatie als de NCG ook lastig maakt. “We zagen ook de ongelijkheid die daardoor ontstond, de ene bewoner kreeg iets wel en de andere niet. Dat was heel oneerlijk en wij konden het niet uitleggen.” Een jurist zegt: “Ik heb wel meegemaakt dat ‘Den Haag’ zei: die bezwaren lopen zo lang, daar moeten we wat aan doen. En dan werden er in 1 maand 200 brieven uitgestuurd met dezelfde tekst. Daarin stond dan: u heeft gelijk, we gaan een nieuw besluit nemen. Maar dat was alleen zodat we een vinkje konden zetten: dit is afgerond. In de praktijk was de bewoner de dupe, want die moest nog langer wachten.”
Traagheid en stroperigheid
Het is de medewerkers ook niet altijd duidelijk waarom bewoners zo lang moeten wachten op een versterkingsbesluit. “Wij als bewonersbegeleiders waren het doorgeefluik van de rapporten aan de bewoners. Als wij intern het bericht kregen dat er een nieuwe batch versterkingsrapporten af was, sprongen wij in de startblokken en maakten afspraken met bewoners. Maar dan gebeurde er ‘iets’ intern waardoor we de rapporten op het laatste moment toch niet mochten verstrekken. Gingen ze weer op de stapel. Dan moesten wij weer terug naar de bewoners en zeggen: ‘We komen niet, het duurt toch langer’.”
De traagheid en stroperigheid wordt door iedereen die we spreken wel herkend. “Voor elk wissewasje moest ik naar de centrale directie. Dus ikzelf kon ook geen besluiten nemen”, zegt een projectleider. “Dat vertraagt de hele organisatie. En dan moest het daarna ook nog naar Economische Zaken.”
Monsterlijke bureaucratie
We leggen onze bevindingen voor aan Tweede Kamerlid voor de SP Sandra Beckerman. Ze noemt het ‘monsterlijke bureaucratie’. “Voor de duidelijkheid, er werken ook fantastische mensen. Maar het is een hele machinerie met heel veel radertjes, en als je eenmaal tussen die radertjes bekneld raakt, dan kan je daar gewoon niet meer uit komen. Het is echt monsterlijk.”
Het ging de oud-medewerkers vaak ook niet in de koude kleren zitten. “Ik kwam binnen met idealen, zo van: ik ga die mensen helpen. Het eindigde ermee dat ik huilend voor de tv zat met de parlementaire enquête. Zo van: mij is het ook niet gelukt. Ik ben heel gedesillusioneerd vertrokken.”
De NCG laat in een reactie weten: “Diverse onderzoeken – waaronder de Parlementaire enquête gaswinning Groningen – hebben blootgelegd dat de belangen van Groningers jarenlang structureel zijn genegeerd en bewoners zijn vermalen door het systeem. Wij zetten ons intensief in om onze werkwijze steeds te verbeteren en bewoners nog meer centraal te stellen. Dit betekent onder andere dat we onze processen vereenvoudigen en de communicatie met bewoners verbeteren. Deze veranderingen zijn helaas niet van vandaag op morgen gerealiseerd, maar dit heeft onze volle aandacht en hoogste prioriteit.”
Bekijk de uitzending van Pointer 'Naschokken in Groningen' op zondag 8 juni, om 22:20 uur op NPO2.