‘Daar blijven die vogels een beetje cirkelen en dan gaan ze chop chop chop door die hakkers heen. We hebben wel eens gezien dat er een hele groep houtduiven door zo’n molen ging en die werden inderdaad gewoon gehakt.’ We zijn thuis in Haren bij Egbert Boekema, vogelliefhebber en voorzitter van Avifauna Groningen. Hij is geen voorstander van de uitbreiding van het aantal windmolens bij de Eemshaven. Volgens hem is dit de meest bijzondere plek voor trekvogels in Nederland en dus de allerslechtste plek om windmolens neer te zetten.
In de Groningse Eemshaven staan nu al 88 windmolens en er komen er 64 bij. Boekema: ‘De Eemshaven fungeert als een soort trechter. Omdat je de Waddenzee boven hebt en de Dollard aan de onderkant, vliegen de vogels precies richting de Noordoostelijke punt over land, richting de Eemshaven dus. Er vliegen per jaar zo’n miljoen vogels overheen.’
Duizenden vogels dood
Uit onderzoek blijkt inderdaad dat er in de Eemshaven relatief veel vogels doodgaan door tegen de wieken van windmolens aan te vliegen. Volgens een rapport, uitgevoerd door twee ecologische bureaus in opdracht van de provincie Groningen, gaan er gemiddeld 33 vogels per turbine per jaar dood. Dat is bijna 3.000 dode vogels per jaar voor de 88 bestaande windturbines tezamen en ruim 2.000 per jaar voor de 64 geplande turbines: in totaal zo'n 5.000 vogels per jaar.
Dit aantal is aanmerkelijk hoger dan op andere plekken in Nederland. In open, agrarische gebieden is dat bijvoorbeeld vijf tot tien vogels per turbine per jaar. Dit komt door het grote aantal vogels dat over het Eemshavengebied vliegt.
De nieuwe windmolens komen onder meer aan de westkant van de Eemshaven te staan. Vooral deze uitbreiding is Boekema een doorn in het oog: ‘Vogels vliegen instinctief zo lang mogelijk langs de kust, ze durven niet over water, en zullen daar nog meer turbines moeten passeren. Dit leidt tot nog meer slachtoffers.’
Een ander nadeel van de uitbreiding in westelijke richting is volgens Boekema dat daar als natuurcompensatie het gebied Ruidhorn is aangelegd en vogels maken hier inmiddels massaal gebruik van. De nieuwe windmolens gaan dan grenzen aan dit vogelrijke gebied, waardoor de veiligheid volgens Boekema opnieuw niet gewaarborgd is.
Boekema: ‘Ik vind dat de afweging niet goed is gemaakt. Men had de nieuwe windmolens een paar kilometer landinwaarts moeten zetten. Maar dat wilden ze niet, daarom zijn ze in de Eemshaven gezet. Men heeft onvoldoende besef wat daar aan vogels langskomt. Dat is uniek, nergens in Nederland is dat zo. Vanuit vogelperspectief is het de allerslechtste plek die je kunt bedenken.’
‘Zet windmolens een hele maand stil’
De provincie Groningen heeft het plan om de windmolens af en toe stil te zetten om het aantal botsingsslachtoffers met 75% te reduceren. Momenteel ontwikkelt de Universiteit van Amsterdam modellen om de vogeltrek vrij precies te kunnen voorspellen. Als er dan vogeltrek wordt voorspeld, zullen de windturbines een nacht lang worden stilgezet, dat zal volgens gedeputeerde Nienke Homan ongeveer 25 nachten per jaar gebeuren.
Is dit misschien een goede oplossing? Boekema: ‘Het is onmogelijk om te voorspellen wanneer die vogels trekken. Soms zie je op een dag dat het oostenwind is dat de ganzen niet trekken, maar als de wind draait in de loop van de dag en het wordt ineens westenwind, dan gaan ze alsnog. Ze reageren binnen twee uur en trekken weg. Er zijn mensen die al dertig jaar die vogeltrek tellen, en ook die kunnen niet van tevoren zeggen: het wordt goed of niet. Dat is afwachten. Je weet het nooit.’
Als de windmolens al stil moeten worden gezet, dan zou je ze volgens Boekema een héle maand stil moeten zetten, de maand van de vogeltrek. Maar of dat gaat gebeuren? Het plan om de windmolens 25 nachten per jaar stil te zetten, stuit nu al op verzet van de windboeren.