‘Het is niet makkelijk en iedere dag weer zoeken waar ik de nacht kan doorbrengen,’ vertelt Miranda Lammertsma. Zij mailt ons voor ons onderzoek Woonproblemen. Miranda is nu bijna anderhalf jaar dakloos en leidt een zwervend bestaan. En dát is niet haar enige probleem. Zij loopt al een jaar onverzekerd rond met een fikse, chronische kaakbotontsteking en andere gezondheidsklachten.

Het begint allemaal als Miranda met een huurachterstand uit haar huurwoning wordt gezet en op straat komt de staan. De gemeente Leeuwarden schrijft haar vervolgens uit het bevolkingsregister, de basisregistratie personen (BRP), met de vermelding VOW (Vertrokken Onbekend Waarheen). Volgens de gemeente Leeuwarden is zij dus onvindbaar, maar volgens Miranda weet de gemeente wel beter. Die weet haar namelijk wél te vinden voor het versturen van post via het adres van haar ouders.

Uitgelicht

Teun en Jos bij zijn boot / De Monitor

Dakloze Jos woont op boot en raakt na uitschrijving gemeente ook uitkering kwijt

De problemen zijn ontstaan toen haar toenmalige partner ziek werd. Miranda was zoveel tijd kwijt aan mantelzorg dat zij nauwelijks nog in staat was om te werken en veel inkomsten waren er op dat moment niet meer. ‘We zijn daardoor eigenlijk vrij vlot in de financiële problemen geraakt en toen onze relatie over was, redde ik het zelf niet meer.'

Ik kon mijn huur niet meer betalen en daar is het eigenlijk mis gegaan.

Miranda Lammertsma

'De vaste lasten waren niet in mijn eentje te betalen en toen heeft de schuldhulpverlening eigenlijk de stekker eruit getrokken. Ik had niet voldoende inkomsten om mijn schulden af te lossen.’

Overal en nergens slapen

Als we Miranda voor het eerst ontmoeten, heeft ze in Gorinchem de nacht doorgebracht. ‘Ik slaap eigenlijk een beetje overal door Nederland verspreid. In Leeuwarden, maar ook in Rotterdam, daar heb ik een vriend zitten. In Gorinchem heb ik kennissen waar ik mag blijven slapen. Ik slaap ook in Den Haag, Arnhem, overal en nergens. Het is maar net wie er een plekje heeft en wie me een nachtje kan faciliteren. Overdag slenter ik meestal door de stad en zoek de warme plekjes op en met mooi weer ga je wat makkelijker in een parkje zitten.’ Soms overnacht Miranda ook noodgedwongen in een park. ‘Vooral met slecht weer voel je je dan wel beetje zielig.’

Na de uitschrijving uit de basisadministratie raakt Miranda nog verder in de problemen.'

Mijn ziektewetuitkering van het UWV is stopgezet en je kunt niet meer werken, want je kunt geen adres opgeven bij een werkgever.

Miranda Lammertsma

En daar blijft het niet bij. ‘Mijn bankrekening én mijn zorgverzekering zijn opgezegd. Ik heb een aantal fysieke problemen, die inmiddels ook chronisch zijn, maar ik kan niet naar een dokter.’ Miranda had toen ook al een burn-out. ‘Die klachten zijn alleen maar erger geworden.’

Briefadres

Iedereen in Nederland is verplicht zich in te schrijven in de gemeentelijke basisadministratie, ook als je geen vaste woon- of verblijfplaats hebt zoals Miranda. In dat geval is het mogelijk om met een briefadres bij familie of kennissen in te schrijven in de gemeentelijke basisregistratie. Daarmee heeft de overheid een correspondentieadres en kunnen uitkeringen en verzekeringen gewoon doorlopen.

Zodra Miranda hiervan op de hoogte is, klopt zij bij de gemeente Leeuwarden aan voor de aanvraag van een briefadres bij haar ouders die ook in Leeuwarden wonen. Inschrijven als inwonende op het adres van haar ouders wil Miranda niet. Zij wil hen niet opzadelen met haar schulden. ‘Omdat er dan deurwaarders aan de deur komen, die leggen beslag op hun inboedel, omdat ik daar dan op papier zou wonen.’

Voor Miranda is het briefadres heel belangrijk omdat zij daarmee haar leven weer op de rails kan krijgen en aanspraak kan maken op een uitkering en een zorgverzekering. Maar voorlopig lijkt dat nog niet aan de orde, want de gemeente Leeuwarden heeft haar briefadres nog steeds niet verstrekt. ‘Je bent een spook in het systeem. Je staat niet in de computer, dus besta je niet, ongeacht of ik aan de balie sta. Ze horen mijn verhaal aan, maar ik word ook met het spreekwoordelijke kluitje het riet ingestuurd. Ik ben er nu al bijna een jaar mee bezig en ik heb tot op heden nog steeds geen briefadres. Mijn vader is ook meerdere keren naar de balie geweest, maar hij krijgt het ook niet voor elkaar.’

Daklozenopvang

De gemeente Leeuwarden heeft afspraken met de daklozenopvang voor mensen als Miranda. Wie in de nachtopvang slaapt, kan ook via het Leger des Heils een briefadres aanvragen. Miranda: ‘Zolang als ik mijzelf kan redden wil ik niet naar de opvang. Dan kom ik in een doelgroep te zitten die echt te maken heeft met multi-problematiek. Er speelt bij mij natuurlijk ook een heleboel, maar ik ben nog wel zelfredzaam en dat wil ik ook eigenlijk ook graag zo houden.’ Daar komt bij dat verblijf in de daklozenopvang geen voorwaarde is die de gemeente mag stellen bij het verstrekken van een briefadres.

We benaderen de afdeling Burgerzaken van de gemeente Leeuwarden voor een reactie:

‘Een briefadres is een bijzondere voorziening die niet zomaar wordt verstrekt. Gezien ook de lastige problematiek gaan we altijd in gesprek met mensen om te zien wat er eigenlijk speelt. Dat hebben we ook met mevrouw Lammertsma gedaan. Helaas verliep dat eerste contact vrij stroef. Daarna is er nog een keer een gesprek geweest met onze klachtenbemiddelaar, een soort verzoeningsgesprek om haar situatie simpelweg in kaart te brengen.’

Volgens de gemeente is na het laatste gesprek met Miranda een afspraak gemaakt dat zij aanvullende informatie zou aanleveren met een overzicht van haar schulden, maar heeft zij dat ondanks meerdere verzoeken niet gedaan. Miranda en haar begeleider van het wijkteam zeggen niets van deze afspraak te weten en welke documentatie de gemeente dan precies bedoelt. Bovendien is het geen wettelijke eis om inzicht te geven in haar schulden als voorwaarde voor het verstrekken van een briefadres.

Een patstelling dus. Wel heeft de gemeente toegezegd weer contact met Miranda op te zullen nemen. Maar Miranda is er nog niet gerust op. ‘Ik zie op dit moment eigenlijk geen licht aan het eind van de tunnel.’

Makers